In deze zaak heeft Iza Zorgverzekeraar N.V. een vordering ingesteld tegen [gedaagde] wegens onbetaalde zorgkostennota's. De zorgverzekeringsovereenkomst tussen partijen is tot stand gekomen, waarbij [gedaagde] verplicht was om premies en eigen risico te betalen. Iza heeft in de periode van januari 2016 tot en met april 2021 zorgkostennota's ter waarde van € 1.459,90 aan [gedaagde] verzonden. Ondanks diverse aanmaningen en deelbetalingen van [gedaagde], resteert er een bedrag van € 619,39. Iza heeft haar vordering beperkt tot € 500,00, maar behoudt zich het recht voor om het resterende bedrag later te vorderen.
Tijdens de procedure heeft [gedaagde] erkend dat er een betalingsachterstand is, maar heeft aangevoerd dat er een betalingsregeling liep. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [gedaagde] niet tijdig aan zijn betalingsverplichtingen heeft voldaan en dat de betalingsregeling geen betrekking had op de onderhavige vordering. De kantonrechter heeft geoordeeld dat [gedaagde] nog een bedrag van € 619,39 aan Iza verschuldigd is, maar heeft de vordering van Iza beperkt tot € 500,00. Tevens is [gedaagde] veroordeeld in de proceskosten van Iza.
De kantonrechter heeft in zijn uitspraak de wettelijke rente toegewezen over het te betalen bedrag en de proceskosten vastgesteld. Dit vonnis is uitgesproken door mr. K.J. Bezuijen op 28 januari 2022.