Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[handelsnaam 1],
[handelsnaam 2],
1..De procedure
- het exploot van dagvaarding van 9 november 2021, met producties;
- de conclusie van antwoord, met producties;
- de separaat ingediende producties van [eiser];
- de separaat ingediende producties van [gedaagde];
- het tussenvonnis van 24 januari 2022 waarin een mondelinge behandeling is bepaald.
2..De feiten
3..Het geschil
- [gedaagde] te veroordelen aan hem te betalen € 4.613,78, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over € 3.974,35 vanaf 2 november 2021;
- [gedaagde] te veroordelen in de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
€ 3.974,35. De gevorderde buitengerechtelijke kosten bedragen € 522,44 en de reeds verschenen rente berekend tot en met 1 november 2021 bedraagt € 116,99.
4..De beoordeling
Hoofdsom
itvoerbaarheid bij voorraad
5..De beslissing
2 november 2021 tot de dag van volledige betaling;