ECLI:NL:RBROT:2022:6860

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
17 augustus 2022
Publicatiedatum
17 augustus 2022
Zaaknummer
C/10/637654 / HA ZA 22-373
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Incident proceskostenzekerheid in civiele procedure tussen Chileense rechtspersoon en Nederlandse vennootschap

Op 17 augustus 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam in een incident uitspraak gedaan over de proceskostenzekerheid in een civiele procedure tussen BYB GROUP SPA, een rechtspersoon naar Chileens recht, en JAGUAR, THE FRESH COMPANY B.V., een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid gevestigd in Nederland. BYB, eiseres in de hoofdzaak, vorderde betaling van diverse bedragen van Jaguar, die zij niet had ontvangen voor geleverde blauwe bessen. Jaguar, gedaagde in de hoofdzaak, vorderde in het incident dat BYB zekerheid zou stellen voor de proceskosten, omdat BYB in Chili is gevestigd en geen woon- of gewone verblijfplaats in Nederland heeft. De rechtbank oordeelde dat BYB op grond van artikel 224 Rv verplicht was om zekerheid te stellen voor de proceskosten, aangezien er geen uitzonderingssituaties van toepassing waren. De rechtbank bepaalde dat BYB een bedrag van € 12.413,00 moest stellen als zekerheid voor de proceskosten in de hoofdzaak. De rechtbank compenseerde de proceskosten van het incident, zodat iedere partij de eigen kosten droeg. De uitspraak werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de zaak werd aangehouden voor verdere behandeling in de hoofdzaak.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rolnummer: C/10/637654 / HA ZA 22-373
Vonnis in incident van 17 augustus 2022
in de zaak van
de rechtspersoon naar Chileens recht
BYB GROUP SPA,
gevestigd te Linares, Republiek Chili,
eiseres in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
advocaat mr. H.G.D. Hoek te Rotterdam,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
JAGUAR, THE FRESH COMPANY B.V.,
gevestigd te Breda,
gedaagde in de hoofdzaak,
eiseres in het incident,
advocaat mr. J.P.M. Borsboom te Rotterdam.
Partijen zullen hierna ‘BYB’ en ‘Jaguar’ genoemd worden.

1..De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 21 april 2022, met producties;
  • de conclusie van eis in het incident ex artikel 224 Rv (zekerheidstelling voor proceskosten);
  • de incidentele conclusie van antwoord.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2..Het geschil in de hoofdzaak

2.1.
Zakelijk weergegeven vordert BYB in de hoofdzaak bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, Jaguar te veroordelen tot betaling van:
€ 285.897,42 aan voorschotbetalingen, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente vanaf 10 februari 2022 tot aan de dag van algehele voldoening;
€ 221.758,87 aan gederfde winst, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente vanaf de dag van dagvaarding tot aan de dag van algehele voldoening;
91% van de door Jaguar met (alle onderdelen van) de vijftien zendingen gerealiseerde verkoopprijzen;
subsidiair voor punt 3, bij wijze van incidentele vordering, in geval de door BYB gewenste stukken niet bij antwoord al, of later op last van de rechtbank in de zin van artikel 22 Rv in de procedure zijn gebracht, afschrift van de facturen of destructiebewijzen, op de wijze dat Jaguar deze bij akte in de procedure heeft te brengen;
alle proceskosten, die van beslagleggingen daaronder begrepen, te vermeerderen met de wettelijke rente over deze bedragen vanaf twee weken na datum vonnis;
de nakosten te vermeerderen met de wettelijke rente.
2.2.
Zakelijk weergegeven heeft BYB het volgende aan haar vorderingen ten grondslag gelegd. Partijen hebben een overeenkomst met elkaar gesloten ter zake de levering van blauwe bessen in het seizoen 2021-2022. Ondanks dat er diverse leveringen hebben plaatsgevonden heeft Jaguar niet alle verschuldigde bedragen aan BYB betaald. BYB heeft de overeenkomst daarom op 24 februari 2022 ontbonden en Jaguar aansprakelijk gehouden voor de nog te betalen voorschotbedragen met wettelijke rente en een schadevergoeding.
2.3.
Jaguar heeft nog niet voor antwoord geconcludeerd in de hoofdzaak.

3..Het geschil in het incident

3.1.
Jaguar vordert in het incident dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, BYB zal veroordelen om – op straffe van niet-ontvankelijkheid in de hoofdzaak – binnen vier weken na de datum van het vonnis ten gunste van Jaguar tot een bedrag van € 12.976,00 zekerheid te stellen voor de proceskosten door middel van een bankgarantie van een eersteklas Nederlandse bank volgens de meest recente versie van hetzij het Rotterdams garantieformulier hetzij het model van de Nederlandse Vereniging van Banken, met veroordeling van BYB in de kosten van dit incident.
3.2.
Kort gezegd heeft Jaguar daartoe gesteld dat BYB is gevestigd in Chili en geen woon- of gewone verblijfplaats in Nederland heeft. BYB dient daarom zekerheid te stellen voor de proceskosten en de schadevergoeding tot betaling waarvan zij veroordeeld zou kunnen worden op grond van het bepaalde in artikel 224 Rv, met veroordeling van BYB in de kosten van het incident.
3.3.
BYB refereert zich aan het oordeel van de rechtbank, met uitzondering van de gevorderde proceskostenvergoeding, omdat er niet eerder dan in het incident om de betreffende zekerheid is verzocht.
3.4.
Op de stellingen van partijen zal hierna, voor zover van belang, nader worden ingegaan.

4..De beoordeling in het incident

4.1.
Op grond van het bepaalde in artikel 224 lid 1 Rv is een partij zonder woonplaats of gewone verblijfplaats in Nederland op vordering van de wederpartij verplicht zekerheid te stellen voor de proceskosten en de schadevergoeding tot betaling waarvan zij zou kunnen worden veroordeeld. Die verplichting bestaat niet als er sprake is van één of meer van de in artikel 224 lid 2 Rv genoemde uitzonderingen.
4.2.
Als onbetwist staat vast dat BYB gevestigd is in Chili en geen vestigingsplaats heeft in Nederland. Niet gesteld of gebleken is dat één van de uitzonderingssituaties als bedoeld in artikel 224 lid 2 sub a tot en met d Rv zich in casu voordoet. Nu BYB zich daarnaast heeft gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank, ligt de incidentele vordering voor toewijzing gereed.
4.3.
Voor de berekening van de hoogte van het bedrag waarvoor zekerheid gesteld dient te worden, zal de rechtbank - gelet op de hoogte van de vordering in de hoofdzaak - in beginsel uitgaan van € 3.214,00 per punt (tarief VII). Dit is tussen partijen ook niet in geschil.
4.4.
De rechtbank gaat vooralsnog uit van een procedure met als enige proceshandelingen voor Jaguar een conclusie van antwoord en een mondelinge behandeling nu niet is gesteld of gebleken dat er, gelet op de aard van de vordering, reden is om uit te gaan van meer proceshandelingen. Het in de berekening van Jaguar opgenomen bedrag voor één conclusie in dit incident zal niet worden meegenomen, omdat de kosten voor dit incident tussen partijen zullen worden gecompenseerd (zie rechtsoverweging 4.6. hierna). Gelet op het voorgaande zal de rechtbank de hoogte van het bedrag waarvoor zekerheid dient te worden gesteld als volgt bepalen. Voor de hoofdzaak zal de rechtbank voor de conclusie van antwoord en de mondelinge behandeling 2 punten × € 3.214,00 toekennen. Daarnaast is het griffierecht vastgesteld op € 5.737,00 en bedragen de nakosten € 248,00. De rechtbank bepaalt het bedrag waarvoor thans genoegzame zekerheid dient te worden gesteld derhalve op € 12.413,00. De rechtbank merkt hierbij op dat in het geval de proceskosten tot een hoger bedrag oplopen, Jaguar de mogelijkheid heeft om bij incidentele vordering om aanvullende zekerheid te verzoeken.
4.5.
Artikel 224 Rv voorziet niet in de wijze waarop zekerheid moet worden gesteld, maar in deze zaak heeft Jaguar specifiek verzocht om zekerheidstelling door middel van een door een eersteklas Nederlandse grootbank te stellen bankgarantie volgens de meest recente versie van hetzij het Rotterdams garantieformulier hetzij het model van de Nederlandse Vereniging van Banken. Niet gesteld of gebleken is dat het voor BYB onmogelijk is om op deze wijze zekerheid te stellen. Op grond van het bepaalde in artikel 6:51 lid 1 BW geldt echter dat degene die zekerheid moet stellen, de keuze heeft op welke wijze hij de zekerheid aanbiedt. Wel moet de aangeboden zekerheid zodanig zijn dat de vordering, en zo daartoe gronden zijn, de daarop vallende rente en kosten behoorlijk gedekt zijn en dat de schuldeiser daarop zonder moeite verhaal zal kunnen nemen. BYB zal daarom worden veroordeeld tot het stellen van zekerheid als na te melden.
4.6.
Naar het oordeel van de rechtbank kan in het incident geen van partijen als de in het ongelijk gestelde partij worden beschouwd. Daarom zullen de proceskosten worden gecompenseerd in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

5..De beslissing

De rechtbank
in het incident
5.1.
veroordeelt BYB tot het stellen van zekerheid voor een bedrag van € 12.413,00 ten gunste van Jaguar voor de proceskosten in de hoofdzaak waarvan zij veroordeeld kan worden;
5.2.
bepaalt dat de zekerheid, op straffe van niet-ontvankelijkheid in de hoofdzaak, uiterlijk op
14 september 2022moet zijn gesteld;
5.3.
beveelt BYB binnen één week na het stellen van zekerheid de rechtbank en de advocaat van Jaguar hiervan schriftelijk in kennis te stellen onder vermelding van de vorm waarin de zekerheid is gesteld;
5.4.
compenseert de kosten van het incident tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt;
5.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.6.
wijst af het anders of meer gevorderde;
in de hoofdzaak
5.7.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van
28 september 2022voor akte uitlating door Jaguar over de vraag of zekerheid is gesteld door BYB;
5.8.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.M.J Arts en in het openbaar uitgesproken op 17 augustus 2022.
3530/3455