ECLI:NL:RBROT:2022:6143

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
28 juni 2022
Publicatiedatum
25 juli 2022
Zaaknummer
C/10/639145 / JE RK 22-1282
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vervallenverklaring schriftelijke aanwijzing in jeugdzorgzaak

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 28 juni 2022 uitspraak gedaan over een verzoek van de moeder van een minderjarige, [voornaam minderjarige], geboren in 2013, om een schriftelijke aanwijzing van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West (GI) geheel vervallen te verklaren. De moeder was ontevreden over de medische zorg en de samenwerking met de GI en weigerde de gevraagde medische formulieren, ID-kaart en zorgpas af te geven aan het Bergse Bos, waar haar zoon verblijft. De kinderrechter heeft de procedure met gesloten deuren behandeld, waarbij de moeder en vertegenwoordigers van de GI aanwezig waren.

De kinderrechter heeft vastgesteld dat de schriftelijke aanwijzing van 24 mei 2022, waarin de moeder werd opgedragen om bepaalde documenten te overhandigen, op zorgvuldige wijze tot stand is gekomen. Echter, de kinderrechter oordeelde dat de noodzaak voor de moeder om deze documenten voorafgaand aan afspraken af te geven, niet meer aanwezig was. De moeder zou de ID-kaart en zorgpas gewoon mee kunnen nemen naar afspraken met de huisarts, waardoor de GI niet langer kon eisen dat deze documenten voorafgaand aan de zorgverlening werden ingeleverd.

De kinderrechter heeft het verzoek van de moeder toegewezen en de schriftelijke aanwijzing van 24 mei 2022 geheel vervallen verklaard. De beslissing houdt in dat de moeder voortaan betrokken zal zijn bij medische afspraken van haar zoon en dat zij samen met de groepsbegeleiding afspraken kan maken met medische professionals. De kinderrechter heeft benadrukt dat de moeder recht heeft op betrokkenheid bij de zorg voor haar kind, ook in het kader van de jeugdbescherming.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
Zaaknummer: C/10/639145 / JE RK 22-1282
Datum uitspraak: 28 juni 2022

Beschikking van de kinderrechter over een schriftelijke aanwijzing

in de zaak van

[naam moeder] ,

wonende op een bij de rechtbank bekend adres, hierna te noemen: de moeder,
advocaat: mr. R.W. de Gruijl, te Rotterdam,
betreffende

[naam minderjarige] ,

geboren op [geboortedatum minderjarige] 2013 te [geboorteplaats minderjarige] , hierna te noemen: [voornaam minderjarige] .
De kinderrechter merkt als belanghebbende aan:

de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming west,

hierna te noemen: de GI, gevestigd te Dordrecht.

Het procesverloop

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met bijlagen van de moeder van 1 juni 2022, ingekomen bij de griffie op dezelfde datum;
- de brief met bijlagen van de GI van 9 juni 2022, ingekomen bij de griffie op dezelfde datum.
Op 14 juni 2022 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden en heeft de kinderrechter de zaak met gesloten deuren behandeld.
Verschenen zijn:
- de moeder, bijgestaan door haar advocaat;
- een tweetal vertegenwoordigsters van de GI, [naam vertegenwoordigster 1] en [naam vertegenwoordigster 2] .

De feiten

Het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige] wordt uitgeoefend door de moeder.
Bij beschikking van 22 februari 2019 is [voornaam minderjarige] onder toezicht gesteld. Deze maatregel is daarna steeds verlengd, voor het laatst tot 22 augustus 2022.
De kinderrechter heeft bij deze beschikking de machtiging tot uithuisplaatsing van [voornaam minderjarige] in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder verlengd tot 30 juni 2022.
De GI heeft op 24 mei 2022 een schriftelijke aanwijzing gegeven aan de moeder. Hierin is het volgende opgenomen:
‘De moeder dient binnen 4 weken de medische formulieren, ID pas en zorgpas afgeleverd te hebben op de groep van Bergse Bos [naam groep 2] aan de [adres] te Rotterdam, waar haar zoon verblijft.’

Het verzoek

De moeder verzoekt de schriftelijke aanwijzing van de GI geheel vervallen te verklaren.
Door en namens de moeder is ter zitting het verzoek gehandhaafd en als volgt toegelicht. De moeder is ontevreden over de medische zorg bij het Bergse Bos en ontevreden over de samenwerking met de GI. De moeder wil vanuit haar moederschap en gezagdragende rol zicht hebben op de gezondheid en medische gegevens van [voornaam minderjarige] . De GI beroept zich op een interne beleidsregel van het Bergse Bos. Dit is begrijpelijk vanuit praktische overwegingen, maar de moeder kan hiertoe niet gedwongen worden. De moeder wil met de begeleider mee naar doktersafspraken van [voornaam minderjarige] . Een uithuisplaatsing betekent niet dat het ouderlijk gezag daarmee wordt ingeperkt. De moeder heeft het gevoel dat zij niet wordt betrokken bij gebeurtenissen en beslissingen over [voornaam minderjarige] . Ook heeft de moeder herhaaldelijk aangegeven dat er iets met de huid van [voornaam minderjarige] is en dat hij naar de KNO-arts moet, maar het Bergse Bos heeft hiernaar niet geluisterd. Bovendien is [voornaam minderjarige] zomaar ingeschreven bij een andere huisarts zonder toestemming van de moeder. De moeder geeft genuanceerd haar zorgen aan en wil meebeslissen. Daarom weigert de moeder zich te houden aan de SA.

Het standpunt van de GI

De GI heeft verweer gevoerd tegen het verzoek van de moeder. [voornaam minderjarige] verblijft op een open groep bij het Bergse Bos. Aan alle ouders wordt tijdens het intakegesprek gevraagd om medische toestemmingsformulieren te tekenen, de ID-kaart en zorgpas te overhandigen. Dat is praktisch omdat de dagelijkse opvoeding en verzorging van de minderjarige bij het Bergse Bos komt te liggen. Tot op heden weigert de moeder de medische formulieren, en ID-kaart en zorgpas af te geven. Er is momenteel geen constructieve samenwerking tussen de GI en de moeder en tussen het Bergse Bos en de moeder. De moeder voelt zich niet gehoord en heeft zorgen geuit over de verzorging van [voornaam minderjarige] . Van het Bergse Bos heeft de GI vernomen dat via mailwisseling contact wordt gezocht met de moeder over de gezondheid en het welzijn van [voornaam minderjarige] . Het is niet mogelijk om samen afspraken te maken in het belang van [voornaam minderjarige] . De moeder heeft een andere visie op de gezondheid van [voornaam minderjarige] dan de GI en het Bergse Bos.

De beoordeling

Op grond van artikel 1:263, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) kan de GI ter uitvoering van haar taak schriftelijke aanwijzingen geven betreffende de verzorging en opvoeding van de minderjarige. Zij kan dit doen indien de met het gezag belaste ouder(s) of de minderjarige niet instemmen met, dan wel niet of onvoldoende medewerking verlenen aan de uitvoering van het plan, bedoeld in artikel 4.1.3, eerste lid, van de Jeugdwet of indien dit noodzakelijk is teneinde de concrete bedreigingen in de ontwikkeling van de minderjarige weg te nemen.
Op grond van artikel 1:264 eerste lid BW kan de kinderrechter op verzoek van een met het gezag belaste ouder een schriftelijke aanwijzing geheel of gedeeltelijk vervallen verklaren.
Een schriftelijke aanwijzing moet worden beschouwd als een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. In dat kader moet de kinderrechter beoordelen of het besluit zorgvuldig tot stand is gekomen, of de relevante belangen kenbaar zijn afgewogen en of het besluit deugdelijk is gemotiveerd.
Uit de overgelegde stukken en de behandeling ter zitting is het volgende gebleken. [voornaam minderjarige] staat al geruime tijd onder toezicht van de GI. Sinds 22 juni 2021 verblijft hij op een open groep bij het Bergse Bos. Tussen de GI, het Bergse Bos en de moeder is geen sprake van een constructieve samenwerking. De moeder, de begeleiding op de groep en de GI hebben een andere visie over wat goed is voor [voornaam minderjarige] . Sinds de plaatsing van [voornaam minderjarige] is aan de moeder meerdere keren gevraagd om medische toestemmingsformulieren te tekenen en de ID-kaart en zorgpas af te geven. Het Bergse Bos vraagt dit aan alle ouders. Tot op heden wil de moeder daar niet aan meewerken. Zij heeft het gevoel dat zij wordt buitengesloten en niet op de hoogte wordt gehouden van de medische zorg voor [voornaam minderjarige] . De GI heeft daarom op 24 mei 2022 een schriftelijke aanwijzing te geven waarin de moeder wordt gevraagd de medische formulieren, ID-kaart en zorgpas af te leveren op het Bergse Bos.
Ter zitting heeft de kinderrechter partijen de tijd gegeven om met elkaar te overleggen en tot overeenstemming te komen. De moeder blijft erbij dat zij de medische formulieren, de ID-kaart en zorgpas niet wil afgeven en de GI wil de schriftelijke aanwijzing niet intrekken.
De moeder en de GI hebben wel de volgende afspraken met elkaar kunnen maken:
  • Als de groep van [voornaam minderjarige] een bezoek aan een huisarts nodig vindt, wordt de moeder hiervan op hoogte gesteld. De moeder mag mee naar de huisarts en de begeleider van de groep is tijdens het gesprek met de huisarts aanwezig.
  • Afspraken met andere medische professionals maakt de moeder samen met de groepsbegeleiding. De moeder mag mee naar de afspraak en de begeleider van de groep is tijdens het gesprek aanwezig.
Hierbij heeft de moeder de toezegging gedaan dat zij de ID-kaart en zorgpas naar dergelijke afspraken meeneemt.
De kinderrechter is van oordeel dat de schriftelijk aanwijzing van 24 mei 2022 op zorgvuldige wijze tot stand is gekomen. Over de inhoud van de schriftelijke aanwijzing overweegt de kinderrechter als volgt.
Met deze afspraken is de noodzaak van het op voorhand tekenen van de medische formulieren en het afgeven van de ID-kaart en de zorgpas komen te vervallen. De moeder zal de ID-kaart en zorgpas meenemen naar afspraken met de (huis)arts, waardoor het niet meer nodig is om deze van tevoren af te geven bij het Bergse Bos. De kinderrechter neemt daarbij in aanmerking dat het Bergse Bos de medische formulieren, de ID-kaart en de zorgpas om praktische redenen van de moeder wil hebben, terwijl niet gesteld of gebleken is dat in het afgelopen jaar toen het Bergse Bos evenmin beschikte over de medische formulieren, de ID-kaart of de zorgpas van [voornaam minderjarige] , zich daardoor een probleem heeft voorgedaan waardoor [voornaam minderjarige] niet de vereiste zorg heeft gekregen. Dit betekent dat de kinderrechter de schriftelijke aanwijzing vervallen zal verklaren. Nog daargelaten de vraag of aan de met gezag belaste ouder van de minderjarige, ook in het geval van kinderbeschermingsmaatregelen zoals een ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing, via een schriftelijke aanwijzing op voorhand om het tekenen van medische formulieren en afgifte van een ID-kaart en zorgpas kan worden gevraagd.
De kinderrechter wijst het verzoek van de moeder toe en zal de schriftelijke aanwijzing van 24 mei 2022 geheel vervallen verklaren.
Gelet daarop behoeven andere door de raadsman aangevoerde gronden die tot vervallenverklaring van de schriftelijke aanwijzing zouden moeten leiden, geen bespreking meer.

De beslissing

De kinderrechter:
verklaart de schriftelijke aanwijzing van 24 mei 2022 geheel vervallen.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.P. van der Stroom, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. L.M. Ruijgrok, als griffier en in het openbaar uitgesproken op
28 juni 2022.