Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 9 maart 2022, met bijlagen;
- het antwoord, met bijlagen;
- de repliek, met bijlagen;
- de dupliek.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft Q-Park Operations Netherlands B.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde die op 19 november 2021 haar parkeergarage in Venlo heeft verlaten zonder te betalen, een handeling die door Q-Park wordt aangeduid als 'treintje rijden'. Q-Park vordert een totaalbedrag van € 387,52, bestaande uit parkeerkosten, schadevergoeding en buitengerechtelijke kosten. De gedaagde voert aan dat hij niet contant kon betalen vanwege coronamaatregelen en dat hij geen contact kon krijgen met Q-Park om het probleem op te lossen. De kantonrechter heeft de procedure beoordeeld aan de hand van de ingediende processtukken, waaronder de dagvaarding, het antwoord, de repliek en de dupliek.
De kantonrechter oordeelt dat Q-Park voldoende duidelijk heeft gemaakt dat de algemene voorwaarden van toepassing zijn bij het gebruik van de parkeergarage. De rechter stelt vast dat het voor een ieder duidelijk moet zijn dat het verlaten van de garage zonder betaling consequenties heeft. De kantonrechter acht de gevorderde bedragen niet onredelijk bezwarend of oneerlijk. De gedaagde heeft onvoldoende bewijs geleverd voor zijn stelling dat hij niet kon betalen en dat hij geen contact kon krijgen met Q-Park. Daarom wordt de gedaagde veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, inclusief rente en proceskosten. De buitengerechtelijke incassokosten worden eveneens toegewezen, omdat aan de voorwaarden voor vergoeding is voldaan. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de veroordelingen ook kunnen worden afgedwongen in afwachting van een eventuele hoger beroep.