Op 11 juli 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een erfrechtelijke zaak waarin verzoekers om de benoeming van een vereffenaar hebben verzocht. Dit verzoek is ingediend op 9 juni 2022, na het overlijden van erflaatster op 17 oktober 2021. Erflaatster had bij testament haar erfgenamen benoemd, maar de benoemde executeur had zijn taak niet aanvaard. Verzoekers hebben de nalatenschap beneficiair aanvaard en zijn van mening dat er met spoed een vereffenaar benoemd moet worden, omdat de afwikkeling van de nalatenschap anders onnodig vertraagd wordt. Belanghebbenden hebben ingestemd met de benoeming van de vereffenaar, wat de rechtbank heeft meegenomen in haar overwegingen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat zij bevoegd is om van het verzoek kennis te nemen, gezien de woonplaats van erflaatster. De rechtbank heeft de wettelijke bepalingen omtrent de vereffening van een nalatenschap in overweging genomen en geconcludeerd dat het verzoek om benoeming van een vereffenaar toewijsbaar is. De rechtbank heeft de voorgestelde vereffenaar benoemd, omdat er geen bezwaar was van de belanghebbenden. Tevens heeft de rechtbank de kosten van het verzoek afgewezen, omdat daar op dat moment geen grond voor was. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de griffier is opgedragen de benoeming in te schrijven in het boedelregister.