ECLI:NL:RBROT:2022:5796

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
12 juli 2022
Publicatiedatum
14 juli 2022
Zaaknummer
9939500 VZ VERZ 22-102
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag van een executeur op eigen verzoek in het kader van een vermoedelijk onbeheerde nalatenschap

In deze beschikking van de Rechtbank Rotterdam, uitgesproken op 12 juli 2022, verzoekt de verzoeker om ontslag als executeur van de nalatenschap van de overleden erflater, die op 6 juni 2022 is overleden. De verzoeker, die in Zwitserland woont, heeft op 14 juni 2022 de nalatenschap verworpen en stelt dat hij door de complexe situatie van de nalatenschap niet in staat is zijn taken als executeur goed uit te voeren. De erflater had in zijn testament de verzoeker benoemd tot enige erfgenaam en executeur, maar de verzoeker kan deze rol niet vervullen vanwege de onoverzichtelijke administratie en het gebrek aan andere erfgenamen.

De kantonrechter overweegt dat op grond van artikel 4:149 lid 1 sub f BW de taak van de executeur kan eindigen door ontslag dat door de kantonrechter wordt verleend. De verzoeker heeft zelf om ontslag verzocht, en de kantonrechter honoreert dit verzoek, maar ziet geen reden om dit ontslag met terugwerkende kracht te verlenen. De nalatenschap wordt als vermoedelijk onbeheerd aangemerkt, en de kantonrechter draagt de griffier op om de nalatenschap aan te melden bij het Rijksvastgoedbedrijf.

Daarnaast verzoekt de verzoeker om toestemming om gemaakte kosten in rekening te brengen bij de begrafenisonderneming. De kantonrechter wijst dit verzoek af, omdat de taak van de verzoeker als executeur is beëindigd en hij geen grond heeft om deze kosten nu al te vergoeden. De verzoeker blijft echter verplicht om noodzakelijke handelingen te verrichten die niet kunnen worden uitgesteld, totdat een nieuwe beheerder is aangesteld.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Dordrecht
zaaknummer: 9939500 VZ VERZ 22-102
datum uitspraak: 12 juli 2022
Beschikking van de kantonrechter
in de zaak van
[verzoeker],
woonplaats: [woonplaats verzoeker],
verzoeker,
zonder gemachtigde.

1..De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
- het verzoekschrift, ingekomen op 15 juni 2022, met bijlagen.
1.2.
De kantonrechter heeft besloten om zonder mondelinge behandeling uitspraak te doen.

2..De feiten

2.1.
Op 6 juni 2022 is te Dordrecht overleden [naam erflater], geboren op [geboortedatum erflater] te [geboorteplaats erflater], laatst gewoond hebbende te [woonplaats erflater] (hierna: erflater).
2.2.
Erflater heeft bij testament van 19 oktober 2021 over zijn nalatenschap beschikt. Erflater heeft in dit testament verzoeker tot zijn enige erfgenaam benoemd. Verzoeker is in dit testament tevens benoemd tot executeur met als taak om de goederen van de nalatenschap van erflater te beheren en de schulden te voldoen. In het testament is onder artikel 6 voorts het volgende opgenomen:
“2. Ik ken de executeur voor diens werkzaamheden geen beloning toe, onverminderd het recht op vergoeding van de in de uitoefening van zijn taak gemaakte kosten.”
2.3.
Verzoeker heeft op 14 juni 2022 de nalatenschap van erflater verworpen.

3..Het geschil

3.1.
Verzoeker verzoekt om met terugwerkende kracht per 14 juni 2022 om 15.00 uur (het moment waarop hij de sleutel van de huurwoning heeft afgegeven aan de verhuurder Trivire) zijn ontslag als executeur in de nalatenschap van erflater te accepteren. Verzoeker verzoekt voorts om hem toe te staan zijn kosten in rekening te brengen bij de begrafenisonderneming.
3.2.
Verzoeker legt aan zijn verzoek ten grondslag dat hij gelet op de zeer complexe nalatenschap van erflater niet bij machte is om zijn taak als executeur goed uit te voeren, omdat hij in Zwitserland woont en een extreem onoverzichtelijke administratie en zwaar vervuilde, dieptreurige woonomgeving heeft aangetroffen. Er is daarnaast niemand in de familie- en/of kennissenkring die deze verantwoordelijkheid kan/wil aannemen. Bij verzoeker zijn geen erfgenamen bekend.

4..De beoordeling

4.1.
Op grond van artikel 4:149 lid 1 sub f BW eindigt de taak van de executeur door ontslag dat de kantonrechter hem met ingang van een bepaalde dag verleent. Op grond van het tweede lid van dit artikel kan een executeur ontslag op zijn eigen verzoek worden verleend.
4.2.
Verzoeker heeft zelf verzocht om als executeur te worden ontslagen. Volgens de Parlementaire Geschiedenis moet een door de executeur ingediend verzoek om te worden ontslagen altijd gehonoreerd worden, omdat niemand met een onwillige executeur is gediend. Het verzoek tot ontslag zal dan ook worden ingewilligd. De kantonrechter ziet onvoldoende grond om verzoeker met terugwerkende kracht te ontslaan en zal hem daarom per de datum van deze beschikking ontslaan als executeur.
4.3.
Door het ontslag van verzoeker als executeur en zijn verwerping, is de nalatenschap van erflater onbeheerd. Volgens verzoeker is er in de familie- en/of kennissenkring niemand die het beheer op zich kan of wil nemen. Uit de raadpleging van de Basisregistratie Personen blijkt dat erflater geen kinderen heeft achtergelaten, zijn moeder is vooroverleden, zijn vader onbekend is en erflater geen broers of zussen heeft. Het is op dit moment daarom onduidelijk wie de erfgenamen van erflater zijn. De kantonrechter ziet daarom voldoende redenen om de nalatenschap van erflater aan te melden bij het Rijksvastgoedbedrijf als vermoedelijk onbeheerde nalatenschap. Het Rijksvastgoedbedrijf kan onderzoeken wie de erfgenamen van erflater zijn en, als er geen erfgenamen gevonden kunnen worden of niemand de nalatenschap afhandelt, onderzoeken of hij zelf de nalatenschap kan afwikkelen.
4.4.
In zijn verzoekschrift stelt verzoeker dat hij kosten heeft gemaakt sinds 9 juni 2022, namelijk reis- en verblijfkosten, telefoon- en parkeerkosten, kosten voor eten en drinken en de kosten van de opmaak van de akten bij de rechtbank. Verzoeker wil graag, als blijkt dat de nalatenschap positief is, zijn gemaakte kosten vergoed zien. Verzoeker vraagt daarom toestemming om deze kosten nu al in rekening te brengen bij de begrafenisondernemer, omdat de overlijdensverzekering ongeveer € 1.600,- meer uitkeert dan de factuur van de begrafenisondernemer beloopt.
4.5.
De kantonrechter overweegt over dit verzoek als volgt. Met zijn ontslag is de taak van verzoeker als executeur beëindigd. De kantonrechter ziet daarom geen grond om de door verzoeker verzochte toestemming te verlenen. De kantonrechter merkt nog wel het volgende op. Op grond van het testament komen alleen de kosten voor vergoeding in aanmerking die verzoeker in de uitoefening van zijn taak als executeur heeft gemaakt. Het is gelet hierop de vraag of alle kosten die verzoeker stelt te hebben gemaakt voor vergoeding in aanmerking komen, zoals de kosten voor eten en drinken en alle reis- en verblijfkosten. Het is aan verzoeker om zijn kosten in te dienen bij degene die na hem tot het beheer van de nalatenschap van erflater bevoegd is.
4.6.
Ten overvloede wijst de kantonrechter verzoeker erop dat hij ook na zijn ontslag verplicht blijft te doen wat niet zonder nadeel voor de afwikkeling van de nalatenschap kan worden uitgesteld, totdat degene die na hem tot het beheer van de nalatenschap bevoegd is dit heeft aanvaard (artikel 4:149 lid 3 BW).

5..De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
ontslaat [verzoeker] met ingang van de datum van deze beschikking als executeur van de nalatenschap van [naam erflater];
5.2.
wijst af het meer of anders verzochte;
5.3.
draagt de griffier op om een kopie van deze beschikking te sturen aan het Rijksvastgoedbedrijf (postbus.rvb.nalatenschappen@rijksoverheid.nl) en daarmee de nalatenschap van [naam erflater] aan te melden als vermoedelijk onbeheerde nalatenschap.
Deze beschikking is gegeven door mr. C. van Steenderen-Koornneef en in het openbaar uitgesproken.
31688