In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Rotterdam, is een deskundigenonderzoek bevolen naar de deugdelijkheid van werkzaamheden die door de gedaagden zijn uitgevoerd in de woning van de eiser. De procedure begon met een dagvaarding op 10 augustus 2021, gevolgd door een mondelinge behandeling op 14 april 2022. Tijdens deze behandeling hebben partijen een deskundige voorgesteld om de kwaliteit van het uitgevoerde werk te beoordelen. De kantonrechter heeft besloten dat de deskundige, [naam], het onderzoek zal uitvoeren en dat hij daarbij aanwezig zal zijn om de situatie ter plaatse te bezichtigen. De kosten van het deskundigenonderzoek, vastgesteld op € 1.142,- inclusief btw en reiskosten, zullen voorlopig ten laste van de Rijkskas worden gesteld, aangezien de eiser met een toevoeging procedeert. De uiteindelijke kostenveroordeling zal in het eindvonnis worden beslist. De kantonrechter heeft de partijen erop gewezen dat zij bij het indienen van schriftelijke opmerkingen naar de deskundige ook een kopie naar de wederpartij moeten sturen. De zaak is aangehouden voor verdere beslissingen na het deskundigenonderzoek.