Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden met aftrek van voorarrest;
- oplegging van de vrijheidsbeperkende maatregel zoals bedoeld in artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht voor de duur van 2 jaar in de vorm van een contactverbod met het slachtoffer [naam slachtoffer], met toepassing van vervangende hechtenis van 2 weken per overtreding voor het geval niet aan de maatregel wordt voldaan en dadelijke uitvoerbaarheid van deze maatregel.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feit
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf en maatregel
8..Vordering benadeelde partij / schadevergoedingsmaatregel
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11.. Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) maanden;
maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid voor de
2 (twee) weken, met een totale duur van ten hoogste zes maanden;
€ 1.000,- (zegge: duizend euro)aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 19 maart 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam benadeelde] te betalen
€ 1.000,-(hoofdsom,
zegge: duizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 maart 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 1.000,- niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van maximaal
20 (twintig) dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;