In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 30 mei 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen de oplegging van een huisverbod aan eiser door de burgemeester van Rotterdam. Het huisverbod was opgelegd op 19 mei 2022 en verlengd tot 16 juni 2022. Eiser heeft beroep ingesteld tegen dit besluit en verzocht om een voorlopige voorziening. Echter, op de zitting heeft eiser zijn verzoek om een voorlopige voorziening ingetrokken. De rechtbank heeft geoordeeld dat het besluit tot het opleggen van het huisverbod voldoende gemotiveerd was en dat er op het moment van oplegging sprake was van gevaar voor de veiligheid van de personen die met eiser in de woning woonden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de burgemeester bevoegd was om het huisverbod op te leggen en dat hij in redelijkheid van deze bevoegdheid gebruik heeft kunnen maken. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om proceskostenveroordeling afgewezen.