ECLI:NL:RBROT:2022:4605

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 april 2022
Publicatiedatum
13 juni 2022
Zaaknummer
9540649 \ CV EXPL 21-37480
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over hoogte bemiddelingsvergoeding detachering tussen Exody B.V. en DetaMatch & Connect B.V.

In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, gaat het om een geschil tussen Exody B.V. en DetaMatch & Connect B.V. over de hoogte van de bemiddelingsvergoeding voor de detachering van een kandidaat. Exody, vertegenwoordigd door mr. J.J.F.M. Konings, vordert een bedrag van € 17.907,77 van DetaMatch, die op haar beurt een bedrag van € 1.040,00 aan Exody verschuldigd zou zijn, maar dit betwist. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er een overeenkomst van opdracht is tussen partijen, waarbij DetaMatch de door Exody voorgestelde kandidaat zonder overleg in dienst heeft genomen. De kantonrechter oordeelt dat DetaMatch een bedrag van € 1.040,00 aan Exody verschuldigd is, en dat de vordering van Exody voor het overige ongegrond is. De kantonrechter wijst de vordering van DetaMatch in reconventie af en veroordeelt DetaMatch tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten en de proceskosten aan Exody. De uitspraak is gedaan op 29 april 2022.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 9540649 \ CV EXPL 21-37480
uitspraak: 29 april 2022
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Exody B.V.,
gevestigd te ‘s-Gravenhage,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
gemachtigde: mr. J.J.F.M. Konings te ’s-Gravenhage (Invorderingsbedrijf B.V.),
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DetaMatch & Connect B.V.,
statutair gevestigd te Barendrecht en kantoorhoudend te Brielle,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
gemachtigde: mr. M.C.V. Dornstedt te Hellevoetsluis.
Partijen worden hierna aangeduid als “Exody” respectievelijk “DetaMatch”.

1..Het verloop van de procedure

1.1.
Het verloop van de procedure volgt uit de volgende processtukken, waarvan de kantonrechter kennis heeft genomen:
  • het exploot van dagvaarding van 19 oktober 2021, met producties;
  • de conclusie van antwoord, tevens conclusie van eis in reconventie, met producties;
  • de conclusie van antwoord in reconventie;
  • het tussenvonnis van 27 december 2021 waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
  • de e-mail van 23 maart 2022 met aanvullende productie aan de zijde van DetaMatch;
  • de e-mail van 1 april 2022 met aanvullende productie aan de zijde van DetaMatch.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 4 april 2022. Namens Exody is verschenen [naam 1] (middellijk bestuurder), bijgestaan door de gemachtigde mr. L. Tripic. Namens DetaMatch zijn verschenen [naam 2] (algemeen directeur), [naam 3] (recruitment partner), en [naam 4] (recruitment partner), bijgestaan door de gemachtigde mr. M.C.V. Dornstedt. Partijen hebben ieder het eigen standpunt (nader) toegelicht, mr. Dornstedt aan de hand van spreekaantekeningen (tevens houdende een akte vermeerdering van eis in reconventie) die aan het dossier zijn toegevoegd. Van hetgeen ter zitting is besproken, is aantekening gehouden door de griffier.
1.3.
De kantonrechter heeft de uitspraak van dit vonnis bepaald op heden.

2..De vaststaande feiten

2.1.
Exody is een onderneming die zich richt op detachering, werving, recruitment en opleiding van personeel in de IT-branche.
2.2.
DetaMatch is een onderneming die zich richt op het rekruteren en plaatsen van vast of tijdelijk personeel in de technische branche.
2.3.
Medio april 2021 hebben [naam 1] (hierna: [naam 1]) en [naam 3] van DetaMatch (hiervan: [naam 3]) contact gehad over het voordragen van een geschikte kandidaat door Exody aan DetaMatch. Per e-mail van 25 april 2021 schrijft [naam 1] aan [naam 3] het volgende:
“Geen probleem. Deze kandidaten heb ik de afgelopen 2 weken gesproken.
Wij werken overigens op basis van werving en selectie. Is dit akkoord?””
2.4.
In reactie hierop mailt [naam 3] op 25 april 2021 aan [naam 1] het volgende:
“W&S is voor mij prima. Beide functies zijn ook op basis van W&S. Ik zie evt. kandidaten graag tegemoet.”
2.5.
Per e-mail van 26 april 2021 schrijft [naam 1] aan [naam 2] van DetaMatch (hierna: [naam 2]) het volgende:
“Zoals telefonisch afgesproken spreken we af tussenExody BV- Detamatch BVde samenwerking op basis van Werving & Selectie, te weten dat bij een succesvolle bemiddeling vanuit Exody BV een 50-50 verdeling van kracht is tussen Exody BV en Detamatch BV.
Facturatie vindt plaats over de totaalsom van de opdrachtgever van Detamatch BV van een kandidaat bij indiensttreding 50% van de totale Werving Fee met een betalingstermijn van 14 dagen.
Graag een akkoord.”
2.6.
Per e-mail van 12 juli 2021 heeft [naam 1] het curriculum vitae van [naam 5] (hierna: [naam 5]) aan [naam 3] gestuurd met de mededeling:
“Kan je deze kandidaat kwijt?”
2.7.
In de periode 10 tot en met 27 augustus 2021 heeft een Whatsapp-conversatie plaatsgevonden tussen [naam 1] en [naam 4] (recruitment partner bij DetaMatch, hierna: [naam 4]). In deze conversatie is ingegaan op de wijze waarop [naam 5] kan worden ingezet bij een opdrachtgever van DetaMatch.
2.8.
Per e-mail van 27 augustus 2021 schrijft [naam 4] aan [naam 1], voor zover thans van belang, het volgende:
“Hierbij bevestig ik dat [naam 5], een door jou voorgestelde kandidaat, bij een van onze opdrachtgevers gaat starten. [naam 5] gaat starten voor 32 uur per week en wordt na 6 maanden kosteloos overgenomen door onze opdrachtgever.
Hieronder nog een korte samenvatting van de sollicitatieprocedure.
Op 12 juli heb jij [naam 5] bij ons voorgesteld als Piping Engineer. In deze mail wordt niks gecommuniceerd over tariefafspraken of algemene voorwaarden. Wij hebben ook nergens akkoord op gegeven of ergens getekend. In een eerdere mail naar [naam 2] heb je een voorstel gedaan waar [naam 2] (algemeen directeur Detamatch & Connect B.V.) geen akkoord op heeft gegeven.
Wij hebben [naam 5] zoals met jou gecommuniceerd uitgenodigd bij ons op kantoor en voorgesteld bij 2 opdrachtgevers. Na dit gesprek op kantoor heb ik telefonisch contact gehad met jou om je te informeren over de mogelijkheden voor [naam 5]. Op dinsdag 3 augustus heeft [naam 5] zijn eerste gesprek gehad bij een van de opdrachtgevers. Op woensdag 4 augustus heb ik jou gebeld over [naam 5]. [naam 5] mag namelijk op 2e gesprek bij de opdrachtgever maar wel op detacheringsbasis ipv W&S omdat [naam 5] afgelopen twee jaar is hersteld van een verslaving. Een belangrijk detail waar jij ons niet over hebt geïnformeerd. Ik heb bij jou aangegeven dat ik bereid bent om het risico te nemen maar dat ik er wel van baalde dat jij dit niet voorafgaand hebt verteld.
Ik heb je ook verteld dat [naam 5] op 2e gesprek mag. Dit is pas afgelopen maandag geweest. Goed nieuws [naam 5] mag starten. Wij hebben wel veel moeten regelen en onze opdrachtgever moeten overtuigen om [naam 5] in te zetten. Ook [naam 5] hebben we moeten overhalen en hebben wij hem meer salaris geboden (3800 per maand). Dit heeft erin geresulteerd dat wij een marge overhouden van 2 euro per uur. Zoals aangegeven door jou telefonisch wil jij 50% hebben. Je kan ons een werving & selectie fee sturen van 1040,- EU. Je kan dit in twee termijnen naar ons factureren. Mocht [naam 5] binnen 3 maanden stoppen kan je maar een termijn factureren. (…)”
2.9.
In reactie op de e-mail van [naam 4] schrijft [naam 1] per e-mail van 27 augustus 2021 aan [naam 4]:
“De factuur wordt verstuurd op basis van de geldende voorwaarden van werving en selectie vanuit Exody BV. Het is overigens nergens gebruikelijk dat de klant de voorwaarden opstelt bij een leverancier.
A.s. maandag zal ik de factuur versturen zoals Exody BV deze hanteert wanneer kandidaten bij de klant in dienst genomen worden.”
2.10.
Per factuur van 30 augustus 2021 heeft Exody een bedrag van € 14.897,52 bij DetaMatch in rekening gebracht.
2.11.
Per e-mail van 30 augustus 2021 schrijft [naam 4] aan [naam 1] het volgende:
“Je hebt een onjuiste factuur naar ons gestuurd. Het bedrag wat je noemt is niet juist. Zoals aangegeven in mijn vorige mail bedraagt de werving en selectie fee 1040 euro.
Deze factuur zien wij dan ook als niet verzonden.
Als je de juiste factuur stuurt zullen wij het bedrag binnen 14 dagen betalen.”
2.12.
Na ontvangst van een herinnering van Exody heeft [naam 4] op 16 september 2021 per e-mail nogmaals aan Exody laten weten dat het bedrag niet klopt.
2.13.
Bij e-mail van 20 september 2021 heeft Exody een eenmalige korting van 50% op haar factuur aangeboden en een aangepaste factuur gestuurd. DetaMatch is niet tot betaling overgegaan.
2.14.
Bij brief van 30 september 2021 schrijft de gemachtigde van DetaMatch aan Exody, voor zover thans van belang, het volgende:
“ (…) 4. In de afgelopen periode heeft DetaMatch u duidelijk proberen te maken dát (en wáárom) uw factuur grondslag mist, niet betaalbaar kan worden gesteld en daartegenover benadrukt dat u (enkel) aanspraak kunt maken op een bedrag ad € 1.040,00 exclusief omzetbelasting (te weten de 50% van de door DetaMatch aan opdrachtgeefster gerekende bemiddelingskosten).
Die pogingen van DetaMatch zijn zonder resultaat gebleven - u heeft vastgehouden aan uw onhoudbare standpunt en aangekondigd om incassomaatregelen te nemen - zodat DetaMatch mij heeft geïnstrueerd om u aan te zeggen dat:
  • u ter zake van de uitgereikte factuur toerekenbaar tekort komt jegens DetaMatch (want is die nota in strijd met de gemaakte afspraken);
  • er op DetaMatch geen enkele betalingsverplichting rust om bedoelde factuur (en het daarmee corresponderende bedrag ad € 14.897,52) te betalen, wat tevens geldt voor de korting die u daarop wilde verlenen in het kader van een door u gedachte regeling;
  • de betalingsverplichting van DetaMatch jegens u niet verder reikt dan het bedrag ad €1.040,00 exclusief omzetbelasting; welk bedrag door haar eerst betaalbaar zal kunnen worden gesteld nadat u bedoelde factuur uitdrukkelijk en ondubbelzinnig heeft teruggenomen en heeft uitgesproken dat u bereid bent om de door DetaMatch getrooste (advocaat)kosten te vergoeden, in samenhang waarmee zij (onder de vaststelling dat u jegens haar in verzuim bent) de op haar rustende betalingsverplichting (ad € 1.040,00) uitdrukkelijk opschort, welke opschorting ik u hierbij aanzeg;
  • u wordt verzocht en voorzover rechtens vereist wordt gesommeerd om binnen uiterlijk één (1) week na dagtekening van deze brief bedoelde factuur te crediteren, uit te spreken dat u bereid bent om de door DetaMatch gemaakte advocaatkosten te vergoeden, in het verlengde waarvan zij op haar beurt een bedrag ad € 1.040,00 (bevrijdend) zal kunnen voldoen; u kunt de creditfactuur naar mij sturen en ik zal u een opgaaf doen van de advocaatkosten;
  • bij gebreke waarvan DetaMatch zich het recht voorbehoudt om zonder nadere aankondiging jegens u een verklaring voor recht te vorderen in samenhang met een ten laste van u uit te spreken veroordeling (gebaseerd op wat ik bovenstaand heb uiteengezet), waarvan de kosten op u zullen worden verhaald. (…)”
2.15.
Bij brief van 14 oktober 2021 schrijft de gemachtigde van DetaMatch aan Exody, voor zover thans van belang, het volgende:
“In aansluiting op in het bijzonder mijn brief van 30 september 2021 - en onder de vaststelling dat de daarin aan u gestelde termijn is verstreken zonder dat u aan de door DetaMatch aan u uitgereikte sommaties heeft voldaan, ter zake waarvan u jegens haar in verzuim bent - kan ik u melden dat:
  • DetaMatch recht heeft op vergoeding door u van de door haar getrooste advocaatkosten ad € 1.292,14 (exclusief BTW en inclusief kantoorkosten), dit ten titel van uw toerekenbare tekortkoming (wanprestatie) jegens DetaMatch, welke u uitdrukkelijk is aangezegd en waarvan ik heb vastgesteld dat u daartegen (terecht) niet hebt geageerd, zodat die toerekenbare tekortkoming rechtens vaststaat;
  • de kosten (dat bedrag) - eveneens conform de daartoe door DetaMatch uitdrukkelijk aan u gedane aanzegging - hierbij namens en ten behoeve van haar worden (wordt) verrekend met wat DetaMatch op haar beurt aan u is verschuldigd (ad €1.040,00 exclusief omzetbelasting);
  • zodat resteert door u te betalen een bedrag ad € 252,14 (exclusief omzetbelasting) ter zake waarvan ik u namens en ten behoeve van DetaMatch verzoek en voorzover rechtens vereist sommeer om dat bedrag binnen uiterlijk 10 dagen na dagtekening van deze brief te betalen (…)
Met de in deze brief uitdrukkelijk opgenomen verrekeningsverklaring is gegeven dat
(omdat daarmee het bedrag is voldaan waarvan DetaMatch heeft aangegeven dat aan
u te zullen betalen ad €1.040,00 exclusief omzetbelasting) DetaMatch u heeft betaald,
in het verlengde waarvan DetaMatch jegens u finaal is gekweten en u ten titel daarvan
ook geen enkele vordering meer jegens haar geldend kan maken. (…)”

3..De vordering

3.1.
Exody heeft bij dagvaarding gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, DetaMatch te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Exody te voldoen € 17.907,77 vermeerderd met de wettelijke handelsrente vanaf de dag van dagvaarding tot de dag der algehele voldoening, vermeerderd met de proceskosten, zulks met bepaling dat DetaMatch over het bedrag van deze proceskosten de wettelijke handelsrente verschuldigd zal zijn vanaf de vijftiende dag na betekening van het te dezen te wijzen vonnis.
3.2.
Aan haar vordering heeft Exody - zakelijk weergegeven en voor zover thans van belang - het volgende ten grondslag gelegd. Tussen Exody en DetaMatch is een overeenkomst van opdracht overeengekomen die betrekking heeft op werving en selectie door Exody ten behoeve van DetaMatch. DetaMatch heeft de door Exody voorgestelde kandidaat zonder overleg met Exody zelf in dienst genomen en gedetacheerd bij een derde. Exody heeft DetaMatch voor haar diensten 25% van het eerste jaarsalaris van de kandidaat die is aangenomen in rekening gebracht, hetgeen in dit geval neerkomt op een bedrag van € 14.897,52 (inclusief BTW). Exody beroept zich op de artikelen 7:405 lid 2 BW, 7:406 BW en 7:411 lid 1 BW. DetaMatch heeft ondanks betalingsherinneringen en aanmaningen niet betaald. Exody maakt tevens aanspraak op de wettelijke handelsrente en de buitengerechtelijke incassokosten.

4..Het verweer in conventie en de vordering in reconventie

4.1.
DetaMatch heeft de vordering betwist en vordert dat de kantonrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
in conventie:
I. Exody niet ontvankelijk verklaart in haar vorderingen dan wel deze vorderingen aan Exody ontzegt danwel deze afwijst;
in reconventie:
II. verklaart voor recht dat DetaMatch jegens Exody door de betaling van een bedrag van € 1.040,00 middels verrekening finaal is gekweten, zodat zij niets meer aan Exody verschuldigd is;
III. Exody veroordeelt tot betaling van een bedrag van € 252,14 exclusief BTW aan DetaMatch, zijnde het bedrag dat verblijft na verrekening;
in conventie en in reconventie:
IV. Exody veroordeelt in de proceskosten en de nakosten, primair op basis van de reëel gemaakte, aangezegde kosten van € 6.500,00 inclusief omzetbelasting, subsidiair een zodanig bedrag als de kantonrechter redelijk en passend vindt, meer subsidiair op basis van het liquidatietarief.
4.2.
DetaMatch heeft daartoe - zakelijk weergegeven en voor zover thans van belang - het volgende aangevoerd. De vordering van Exody wordt betwist en zij kan geen aanspraak maken op vergoeding van (invorderings)kosten. Overeengekomen is dat bij een succesvolle plaatsing de bemiddelingsfee zou worden gedeeld. Zo’n 50/50-afspraak is zeer gebruikelijk en houdt in dat van het bedrag dat daadwerkelijk wordt verdiend aan de bewuste kandidaat minus alle kosten (de marge), de helft aan bemiddelingsfee mag worden gerekend. De betreffende kandidaat kon vanwege zijn persoonlijke omstandigheden (verslaving) niet op basis van werving en selectie worden geplaatst. De kandidaat is daarom op uitzendbasis gestart. DetaMatch heeft Exody verzocht om een factuur van € 1.040,00 uit te reiken en zij erkent de verschuldigdheid van dat bedrag. Dat bedrag is middels de verrekeningsverklaring voldaan. Hoewel DetaMatch aldus jegens Exody finaal is gekweten, heeft Exody toch gekozen voor een procedure, terwijl de evidente ongegrondheid van haar vordering duidelijk was of had moeten zijn. Hiermee maakt Exody misbruik van procesrecht en dient Exody de werkelijke proceskosten te vergoeden.
4.3.
Het verweer van Exody in reconventie strekt tot afwijzing van de vordering in reconventie, met veroordeling van DetaMatch in de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente. Exody heeft samengevat weergegeven aangevoerd dat DetaMatch geen grond voor verrekening had en dat Exody nooit finale kwijting over enige vordering heeft verleend. Exody heeft een gegronde vordering, die DetaMatch weigert te betalen.
4.4.
De verdere standpunten van partijen worden, voor zover voor de beoordeling van belang, hierna besproken.

5..De beoordeling

5.1.
De kantonrechter stelt voorop dat de kern van het geschil tussen partijen ziet op de vraag welke bemiddelingsvergoeding tussen Exody en DetaMatch voor de plaatsing van [naam 5] is overeengekomen. Exody stelt zich op het standpunt dat haar een vergoeding van 25% van het eerste jaarsalaris van [naam 5] (op basis van werving en selectie) toekomt. DetaMatch daarentegen stelt zich op het standpunt dat Exody recht heeft op 50% van de opbrengst (de marge), zijnde het bedrag dat daadwerkelijk aan [naam 5] is verdiend minus alle kosten.
In conventie
Bemiddelingsvergoeding
5.2.
Tussen partijen is niet in geschil dat Exody één kandidaat bij DetaMatch heeft voorgedragen ([naam 5]) en dat deze kandidaat bij een opdrachtgever van DetaMatch is geplaatst. DetaMatch heeft gesteld dat [naam 5] vanwege zijn verslaving niet op basis van werving en selectie, maar op basis van een uitzendovereenkomst bij de opdrachtgever is geplaatst. Dit is door Exody niet dan wel onvoldoende gemotiveerd weersproken, zodat de kantonrechter dit als vaststaand aanneemt. Aangezien [naam 5] niet op basis van werving en selectie is geplaatst, is de uitvoering anders geworden dan partijen blijkens de e-mail van 25 april 2021- toen nog werd gesproken over werving en selectie en de betreffende kandidaat nog niet in beeld was - in eerste instantie voor ogen hadden. Voor het antwoord op de vraag welk bedrag Exody toekomt voor de plaatsing van [naam 5] gaat het er dus om hoe de afspraak tussen partijen zoals vastgelegd in de e-mail van 25 april 2021 moet worden uitgelegd. Daarbij komt het aan op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan die afspraak mochten toekennen en hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Ter zake wordt het volgende overwogen.
5.3.
Vooropgesteld wordt dat de kern van de afspraak zoals vastgelegd in de e-mail van 25 april 2021 (zie 2.4), met inachtneming van de e-mail van [naam 1] van 26 april 2021 (zie 2.5) en de e-mail van [naam 4] aan [naam 1] van 27 augustus 2021 (zie 2.8), is dat van het door DetaMatch te ontvangen bedrag voor de plaatsing van een door Exody voorgestelde kandidaat bij een opdrachtgever, 50% aan Exody toekomt. Dat daarbij (steeds) van een door Exody te ontvangen bedrag van 25% van het eerste jaarsalaris van de kandidaat moet worden uitgegaan, is door DetaMatch betwist en door Exody vervolgens niet nader onderbouwd. In elk geval blijkt dit niet uit de e-mail van 25 april 2021 en ook niet uit de door Exody overgelegde correspondentie tussen partijen. De kantonrechter gaat er daarom van uit dat een dergelijke afspraak niet is gemaakt.
5.4.
DetaMatch heeft onbetwist gesteld dat de door haar ontvangen marge op de plaatsing van [naam 5] € 2,00 per uur bedraagt en dat Exody op 50% hiervan aanspraak kan maken. Nu [naam 5] door zijn verslaving slechts door middel van uitzending kon worden geplaatst zodat om die reden geen bemiddelingsfee door DetaMatch is ontvangen maar zij aan [naam 5] alleen een bedrag van € 2,00 per uur “verdient”, is de kantonrechter met DetaMatch van oordeel dat een redelijke uitleg van de tussen partijen gemaakte afspraak inhoudt dat 50% van het bedrag van € 2,00 per uur aan Exody toekomt.
5.5.
DetaMatch heeft in haar e-mail van 27 augustus 2021 erkend dat zij ter zake van de uitzending van [naam 5] aan Exody een bedrag van € 1.040,00 verschuldigd is (zie 2.8). Het enige voorbehoud dat DetaMatch hierbij heeft gemaakt is dat slechts één termijn in rekening kan worden gebracht als [naam 5] binnen drie maanden stopt. Gesteld noch gebleken is dat dit is gebeurd. Ook uit de brief van 30 september 2021 van (de gemachtigde van) DetaMatch aan Exody blijkt dat DetaMatch erkent dat zij een bedrag van € 1.040,00 aan Exody verschuldigd is (zie 2.11). In de conclusie van antwoord, tevens eis in reconventie (randnummer 39) stelt DetaMatch dat, in tegenstelling tot wat DetaMatch Exody eerder heeft voorgerekend, de kandidaat tot het einde van het jaar ongeveer 400 uur (in plaats van 1040 uur) zal werken, wat neerkomt op een totale marge van € 800,00 zodat Exody feitelijk recht heeft op slechts € 400,00 (€ 2,00 x 400 uur x 50%). Desondanks erkent DetaMatch vervolgens nogmaals dat zij Exody € 1.040,00 verschuldigd is (randnummer 41).
5.6.
Naar het oordeel van de kantonrechter kunnen deze mededelingen van (de gemachtigde van) DetaMatch als een gerechtelijke erkentenis als bedoeld in artikel 154 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (hierna: Rv) worden aangemerkt. Het betreft immers een uitdrukkelijke ondubbelzinnige erkenning en daarmee een handeling waarop niet kan worden teruggekomen, behoudens in het geval dat moet worden aangenomen dat deze mededeling door dwaling of niet in vrijheid is afgelegd. Hierover is echter niets gesteld of gebleken. Dat betekent dat DetaMatch ter zake van de uitzending van [naam 5] aan Exody een bedrag van € 1.040,00 verschuldigd is.
Buitengerechtelijke incassokosten
5.7.
Exody heeft vergoeding van buitengerechtelijke kosten gevorderd. Deze vordering is gebaseerd op artikel 6:96 lid 2 sub c BW. Uit de in het geding gebrachte stukken blijkt dat Exody DetaMatch op 30 augustus 2021 een factuur heeft toegestuurd en dat zij vervolgens meermaals aanspraak heeft gemaakt op betaling van die factuur, waarbij DetaMatch zich op het standpunt heeft gesteld dat zij niet meer dan € 1.040,00 verschuldigd is aan Exody. Aldus heeft Exody voldoende aannemelijk gemaakt dat buitengerechtelijke werkzaamheden zijn verricht. Tegenover de betwisting ter zake door DetaMatch heeft Exody niet onderbouwd dat partijen afspraken hebben gemaakt over de hoogte van de buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter zal daarom aansluiting zoeken bij het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke kosten en de verschuldigde hoofdsom van € 1.040,00. Dat betekent dat aan buitengerechtelijke kosten een bedrag van € 156,00 zal worden toegewezen.
In reconventie
Eisvermeerdering
5.8.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft (de gemachtigde van) DetaMatch een akte vermeerdering van eis in reconventie ingediend. Volgens de eisvermeerdering vordert DetaMatch Exody te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 770,02 (in plaats van € 252,14). DetaMatch heeft daartoe aangevoerd dat de praktijk heeft uitgewezen dat zij minder aan [naam 5] heeft verdiend dan aanvankelijk ingeschat. Het bedrag dat Exody na verrekening nog aan DetaMatch is verschuldigd, dient volgens DetaMatch te worden verhoogd met een bedrag van € 517,88.
5.9.
Exody heeft bezwaar gemaakt tegen de vermeerdering van eis in reconventie ter zitting.
5.10.
De kantonrechter stelt voorop dat, zolang nog geen eindvonnis is gewezen, een eiser bevoegd is zijn eis bij akte te vermeerderen. De gedaagde is bevoegd hiertegen bezwaar te maken op de grond dat de vermeerdering in strijd is met de eisen van een goede procesorde. Op diezelfde grond kan de rechter ook ambtshalve een vermeerdering van eis buiten beschouwing laten (artikel 130 Rv).
5.11.
De kantonrechter is van oordeel dat de eisvermeerdering ter zitting in strijd is met de eisen van een goede procesorde. In artikel 4.4 van het Landelijk Procesreglement voor Rolzaken Kanton staat dat een partij die bij gelegenheid van een mondelinge behandeling nog een proceshandeling wenst te verrichten, er voor zorgt dat de rechtbank en de wederpartij uiterlijk tien dagen voor de zitting een afschrift van het in te dienen processtuk hebben ontvangen. Dat is hier niet gebeurd. In dit verband is van belang dat uit de toelichting op de eisvermeerdering volgt dat deze ziet op door [naam 5] gewerkte uren tot en met week 2 van 2022. De gegevens waar de eisvermeerdering op ziet waren dus reeds medio/eind januari 2022 bekend zodat ook om die reden niet valt in te zien waarom de voorgenomen eisvermeerdering niet tijdig ter kennis van de rechtbank en de wederpartij is gebracht. Dit klemt eens te meer nu de verschuldigdheid van het bedrag van € 1.040,00 door DetaMatch in de aanloop van naar de zitting herhaaldelijk uitdrukkelijk is erkend (zie hiervoor r.o. 5.6) zodat Exody ook op geen enkele wijze bedacht had kunnen of hoeven zijn op een eisvermeerdering die – kennelijk – van een ander standpunt uitgaat. De kantonrechter zal de vermeerdering van eis in reconventie derhalve buiten beschouwing laten.
Verrekening
5.12.
DetaMatch heeft gevorderd voor recht te verklaren dat zij jegens Exody door de betaling van een bedrag van € 1.040,00 middels verrekening finaal is gekweten, zodat zij niets meer aan Exody verschuldigd is. Blijkens haar brieven van 30 september en 14 oktober 2021 (zie 2.14 en 2.15) heeft DetaMatch aan haar beroep op verrekening ten grondslag gelegd dat sprake is een toerekenbare tekortkoming (wanprestatie) van Exody omdat Exody DetaMatch een factuur heeft toegestuurd die in strijd is met de gemaakte afspraken en heeft DetaMatch als gevolg daarvan recht heeft op vergoeding van de door haar gemaakte advocaatkosten van € 1.292,14 (exclusief BTW en inclusief kantoorkosten). Naar het oordeel van de kantonrechter rechtvaardigt de enkele omstandigheid dat Exody niet een juiste factuur aan DetaMatch heeft gestuurd geen schadevergoeding ten bedrage van € 1.292,14 (exclusief BTW en inclusief kantoorkosten). Niet valt in te zien waarom het maken van deze kosten noodzakelijk was. DetaMatch had immers – zelf – kunnen volstaan met de mededing aan Exody dat de door Exody verstrekte factuur te hoog was en zij had bovendien kunnen betalen wat in haar visie wel verschuldigd was: het bedrag van € 1.040,00. De door DetaMatch gevorderde verklaring voor recht zal worden afgewezen. Ook de vordering van DetaMatch Exody te veroordelen tot betaling van € 252,14 - het volgens DetaMatch na verrekening resterende bedrag - wordt gelet op het hiervoor overwogene afgewezen.
5.13.
Nu het beroep op verrekening niet opgaat zal de vordering in conventie worden toegewezen tot het bedrag van € 1.040,00. De gevorderde wettelijke rente ex artikel 6:119a BW over dit bedrag zal worden toegewezen vanaf 14 september 2021, zijnde 14 dagen na de factuur van 30 augustus 2021.
Uitvoerbaar bij voorraad
5.14.
DetaMatch heeft verzocht een eventuele veroordeling niet uitvoerbaar bij voorraad te verklaren dan wel te bepalen dat Exody zekerheid stelt. DetaMatch heeft daartoe verwezen naar de jaarcijfers van Exody over de jaren 2018 tot en met 2020 waaruit blijkt dat sprake is van een aanzienlijk negatief eigen vermogen.
5.15.
De kantonrechter stelt voorop dat bij de beoordeling van dit verweer de belangen van partijen moeten worden afgewogen in het licht van de omstandigheden van het geval. Betreft de veroordeling de betaling van een geldsom – zoals in dit geval, nu DetaMatch een bedrag aan Exody moet betalen – dan is het belang bij een uitvoerbaarverklaring bij voorraad in beginsel gegeven (zie onder meer HR 20 maart 2015, ECLI:NL:HR:2015:688). Daar staat tegenover het belang van DetaMatch, bestaande uit het risico dat Exody, ingeval van een andere uitkomst in een mogelijk door DetaMatch in stellen hoger beroep, niet in staat zal blijken te zijn het bedrag terug te betalen. Exody heeft ter zitting gesteld dat zij aan haar aan haar betalingsverplichtingen voldoet. Door DetaMatch zijn vervolgens geen feiten en/of omstandigheden zijn gesteld die aanleiding geven om dat te betwijfelen. Tegen deze achtergrond is de enkele omstandigheid dat sprake is van een negatief eigen vermogen onvoldoende concreet om aan te nemen dat Exody niet in staat zal zijn tot terugbetaling van het door DetaMatch te betalen bedrag. De kantonrechter is daarom van oordeel dat het belang van Exody bij betaling zwaarder weegt dan het belang van DetaMatch bij behoud van de bestaande toestand totdat op het (eventueel in te stellen) rechtsmiddel is beslist.
Proceskosten
5.16.
Als de in conventie grotendeels in het ongelijk gestelde partij zal Exody in de proceskosten worden veroordeeld. DetaMatch heeft gevorderd Exody te veroordelen in haar werkelijke proceskosten. Volgens vaste jurisprudentie is een vordering tot vergoeding van de werkelijke proceskosten slechts toewijsbaar in geval van misbruik van procesrecht of onrechtmatig handelen. Daarvan is pas sprake als het instellen van de vordering, gelet op de evidente ongegrondheid ervan, in verband met de betrokken belangen van de wederpartij achterwege had behoren te blijven. Naar het oordeel van de kantonrechter is aan deze maatstaf in dit geval niet voldaan, alleen al niet nu uit hetgeen hiervoor is overwogen volgt dat DetaMatch nog een bedrag aan Exody moet betalen. In plaats daarvan worden de proceskosten conform het gebruikelijke liquidatietarief in kantonzaken vastgesteld. De proceskosten tot aan deze uitspraak worden aan de zijde van DetaMatch begroot op € 746,00 (2 punten x tarief € 373,00) aan salaris voor de gemachtigde. De apart gevorderde nakosten worden toegewezen als hierna vermeld, nu de proceskostenveroordeling hiervoor reeds een executoriale titel geeft en de kantonrechter van oordeel is dat de nakosten zich reeds vooraf laten begroten.
5.17.
Nu DetaMatch in reconventie in het ongelijk is gesteld, zal zij in reconventie in de proceskosten worden veroordeeld, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Exody begroot op € 374,00 (2 punten x tarief € 187,00) aan salaris voor de gemachtigde. De over de proceskosten gevorderde wettelijke rente zal worden toegewezen op de wijze zoals hierna in het dictum vermeld.

6..De beslissing

De kantonrechter:
in conventie:
- veroordeelt DetaMatch om aan Exody tegen kwijting te betalen € 1.040,00, vermeerderd met de wettelijke rente ex artikel 6:119a BW vanaf 14 september 2021 tot aan de dag van algehele voldoening;
- veroordeelt DetaMatch om aan Exody tegen kwijting te betalen € 156,00 ter zake buitengerechtelijke incassokosten;
- veroordeelt Exody in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van DetaMatch vastgesteld op € 746,00 aan salaris voor de gemachtigde, en indien Exody niet binnen veertien dagen na aanschrijving vrijwillig aan dit vonnis heeft voldaan, begroot op € 124,00 aan nakosten;
in reconventie:
- wijst de vorderingen af;
- veroordeelt DetaMatch in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Exody vastgesteld op € 374,00 aan salaris voor de gemachtigde, vermeerderd met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW over dit bedrag vanaf 15 dagen na betekening van dit vonnis tot de dag der algehele voldoening;
in conventie en in reconventie:
- verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad en wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.M. van Kalmthout en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
44483