ECLI:NL:RBROT:2022:4039

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 april 2022
Publicatiedatum
24 mei 2022
Zaaknummer
FT EA 20-276
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling op de A-grond na voldoening van alle vorderingen

Op 15 april 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling voor de schuldenares, die eerder op 29 april 2020 was uitgesproken. De bewindvoerder, L. Hordijk, diende op 4 maart 2022 een verzoek in op basis van artikel 350 lid 3 sub a van de Faillissementswet, waarin werd aangegeven dat het boedelsaldo toereikend was om alle vorderingen te voldoen. De rechter-commissaris verleende op 8 maart 2022 toestemming voor de betaling van de vorderingen. Op 11 maart 2022 heeft de bewindvoerder aangetoond dat alle vorderingen zijn voldaan. De zaak werd behandeld op de zitting van 7 april 2022, waar zowel de bewindvoerder als de schuldenares aanwezig waren.

De rechtbank heeft vastgesteld dat alle vorderingen zijn voldaan en heeft besloten de schuldsaneringsregeling te beëindigen op grond van artikel 350, derde lid, onder a van de Faillissementswet. Tevens heeft de rechtbank het salaris van de bewindvoerder vastgesteld, inclusief onkosten en omzetbelasting, tot een bedrag van maximaal € 2.723,03. De uitspraak is openbaar gedaan en er is een mogelijkheid voor hoger beroep binnen acht dagen na de uitspraak, uitsluitend door een advocaat.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team insolventie
tussentijdse beëindiging
insolventienummer: [nummer]
uitspraakdatum: 15 april 2022
Bij vonnis van deze rechtbank van 29 april 2020 is de toepassing van de
schuldsaneringsregeling uitgesproken ten aanzien van:
[schuldenares],
[adres]
[postcode] [woonplaats] ,
schuldenares,
bewindvoerder: L. Hordijk.

1..De procedure

De bewindvoerder heeft op 4 maart 2022 een verzoek ex artikel 350 lid 3 sub a Faillissementswet ingediend.
De bewindvoerder heeft bericht dat het boedelsaldo toereikend is om de vorderingen, ten aanzien waarvan de schuldsaneringsregeling werkt, te kunnen voldoen.
De rechter-commissaris heeft op 8 maart 2022 aan de bewindvoerder toestemming verleend om tot betaling van de vorderingen over te gaan. Bij bericht van 11 maart 2022 heeft de bewindvoerder aangetoond dat alle vorderingen zijn voldaan.
De beëindiging is behandeld ter terechtzitting van 7 april 2022. Daarbij zijn verschenen en gehoord de bewindvoerder en schuldenares.
De uitspraak is bepaald op heden.

2..De beoordeling

De rechtbank stelt vast dat de vorderingen, ten aanzien waarvan de schuldsaneringsregeling werkt, zijn voldaan. De toepassing van de schuldsaneringsregeling zal daarom worden beëindigd op grond van artikel 350, derde lid, onder a van de Faillissementswet.
De rechtbank zal het salaris van de bewindvoerder en de door deze gemaakte kosten vaststellen.

3..De beslissing

De rechtbank:
- beëindigt de toepassing van de schuldsaneringsregeling op grond van artikel 350, derde lid onder a van de Faillissementswet;
- stelt het salaris van de bewindvoerder, één en ander inclusief onkosten en omzetbelasting, vast op het aanwezig actief tot een bedrag van maximaal
€ 2.723,03.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Aukema, rechter, en in aanwezigheid van
C. van der Velde, griffier, in het openbaar uitgesproken op 15 april 2022. [1]

Voetnoten

1.