ECLI:NL:RBROT:2022:3386

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
25 maart 2022
Publicatiedatum
5 mei 2022
Zaaknummer
9564844 / CV EXPL 21-39333
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een koopprijs en de gebondenheid aan betalingsvoorwaarden

In deze zaak heeft Capayable B.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde, die in persoon procedeerde, met betrekking tot een onbetaalde koopprijs van een Skotero Tetrod. De gedaagde had via de webshop fatdaddy.nl een bestelling geplaatst en gekozen voor gespreid betalen via Capayable. Capayable vorderde een bedrag van € 275,18 aan hoofdsom, wettelijke rente en vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. De gedaagde betwistte de vordering en stelde dat de bestelling door haar zoon was geplaatst, die niet in het bezit was van een bankrekening en daarom gebruik maakte van de bankrekening van de gedaagde. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er een overeenkomst tot stand is gekomen, maar dat deze niet tussen Capayable en de gedaagde was, maar tussen Capayable en de zoon van de gedaagde. De kantonrechter oordeelde dat Capayable onvoldoende bewijs had geleverd dat de gedaagde aan de betalingsvoorwaarden gebonden was. De vordering van Capayable werd integraal afgewezen, en Capayable werd veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die op nihil werden begroot omdat de gedaagde in persoon procedeerde.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 9564844 / CV EXPL 21-39333
uitspraak: 25 maart 2022
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende in Rotterdam,
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Capayable B.V.(hierna: Capayable),
gevestigd in Eindhoven,
eiseres,
gemachtigde: Active Collecting Control & Services B.V. te Eindhoven,
tegen
[gedaagde](hierna: [afkorting naam gedaagde]),
wonende in [woonplaats gedaagde],
gedaagde,
procederend in persoon.

1..Het verloop van de procedure

1.1.
Het verloop van de procedure volgt uit de volgende processtukken, waarvan de kantonrechter kennis heeft genomen:
  • het exploot van dagvaarding van 5 november 2021, met bijlagen 1 tot en met 8;
  • de e-mail van 17 november 2021 van [gedaagde], inhoudende een reactie op de dagvaarding, met bijlagen 1 en 2;
  • de conclusie van repliek, met productie 9;
  • de e-mail van 1 februari 2022 van [gedaagde], inhoudende een reactie op de conclusie van repliek.
1.2.
De kantonrechter heeft bepaald dat dit vonnis vandaag wordt uitgesproken.

2..De vordering

2.1.
Capayable vordert om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] te veroordelen om aan haar te betalen € 275,18 aan hoofdsom, tot aan de dag van de dagvaarding verschenen wettelijke rente en vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 233,33 vanaf de dag van de dagvaarding tot aan de dag van de algehele betaling, één en ander met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.
2.2.
Aan haar vordering legt Capayable - zakelijk weergegeven en voor zover van belang - het volgende ten grondslag.
2.2.1.
[gedaagde] heeft via de website fatdaddy.nl (hierna: de webshop) een Skotero Tetrod ten bedrage van € 350,00 gekocht. [gedaagde] heeft ervoor gekozen om haar bestelling door middel van gespreid betalen via Capayable (in3 genaamd) te betalen. Om deze betaalservice aan te kunnen bieden, heeft de webshop al haar rechten op de factuurdatum aan Capayable overgedragen. Op grond van de betalingsvoorwaarden van Capayable heeft [gedaagde] een derde deel van de koopsom (€ 116,67) direct na het plaatsen van de bestelling voldaan. De tweede termijn moest binnen dertig dagen na de factuurdatum zijn voldaan en de derde termijn moest binnen zestig dagen na de factuurdatum zijn voldaan. Betaling van deze termijnen is echter uitgebleven.
2.2.2.
Bij het kiezen van de betaalmethode van Capayable is [gedaagde] direct gewezen op de termijnen waarbinnen het restant van de koopsom moet zijn voldaan. [gedaagde] is ook gewezen op de betalingsvoorwaarden van Capayable. In artikel 3 lid 4 van de betalingsvoorwaarden staat duidelijk vermeld dat degene die de eerste termijn betaalt er akkoord mee gaat dat hij/zij verantwoordelijk blijft voor voldoening van de volledige factuur. De naam op de factuur en de orderbevestiging komt niet overeen met de naam van [gedaagde]. Met de verstrekte gegevens waarmee is besteld, is door de incassogemachtigde van Capayable geen bestaand persoon in de Basisregistratie Personen gevonden. [gedaagde] heeft zich vermoedelijk van een valse identiteit bediend. Capayable beroept zich dan ook op het hiervoor genoemde artikel 3 lid 4 van haar betalingsvoorwaarden, op grond waarvan [gedaagde] - als degene die de eerste termijnbetaling heeft voldaan - verantwoordelijk blijft voor voldoening van de volledige factuur.

3..Het verweer

3.1.
Het verweer van [gedaagde] strekt tot afwijzing van de vordering van Capayable.
3.2.
Daartoe voert [gedaagde] - zakelijk weergegeven en voor zover van belang - het volgende aan. [gedaagde] heeft nooit iets bij de webshop gekocht; niet op haar eigen naam en ook niet op naam van een ander. De bestelling is geplaatst door [naam], de zoon van [gedaagde] (hierna: [naam]). [naam] is niet in het bezit van een bankrekening. Hij ontvangt daarom geld op en doet betalingen via de bankrekening van [gedaagde]. Dat is het enige waar de naam van [gedaagde] aan is gerelateerd. [naam] moet deze vordering dan ook betalen.

4..De beoordeling

4.1.
Een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en de aanvaarding daarvan (artikel 6:213 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek). In deze procedure is niet in geschil dát een overeenkomst tot stand is gekomen, maar wel tussen welke partijen de overeenkomst tot stand is gekomen.
4.2.
[gedaagde] heeft zich gemotiveerd op het standpunt gesteld dat haar zoon, [naam], de bestelling bij de webshop heeft geplaatst en daarmee een overeenkomst met de webshop, dan wel Capayable heeft gesloten. Capayable heeft deze door [gedaagde] gestelde gang van zaken onvoldoende (gemotiveerd) weersproken. In rechte wordt er dan ook vanuit gegaan dat niet [gedaagde], maar [naam] de koopovereenkomst heeft gesloten.
4.3.
Capayable heeft zich op het standpunt gesteld dat dit - gelet op artikel 3 lid 4 van haar betalingsvoorwaarden - niet afdoet aan de verplichting van [gedaagde] om het restant van de koopsom te betalen. De kantonrechter volgt Capayable daar niet in. Nu er vanuit moet worden gegaan dat [naam] de koopovereenkomst heeft gesloten, is het ook [naam] die aan de betalingsvoorwaarden van Capayable is gebonden. Capayable heeft niets gesteld op grond waarvan kan worden geconcludeerd dat (ook) [gedaagde] aan de betalingsvoorwaarden van Capayable is gebonden.
4.4.
De stellingen van Capayable dat [gedaagde] telefonisch zou hebben toegezegd voor betaling zorg te dragen en dat [gedaagde] een betalingsregeling is overeengekomen, kunnen op zichzelf niet tot de conclusie leiden dat [gedaagde] voor betaling van de resterende koopsom zorg moet dragen. Zelfs als er al vanuit zou moeten worden gegaan dat deze stellingen van Capayable waar zijn, dan nog valt niet in te zien op grond waarvan [gedaagde] de betalingsverplichting van [naam] zou hebben overgenomen.
4.5.
Het voorgaande leidt ertoe dat [gedaagde] niet voor betaling van de resterende koopsom kan worden aangesproken. De vordering van Capayable wordt daarom integraal afgewezen.
4.6.
Capayable wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten van [gedaagde]. Die proceskosten worden tot aan deze uitspraak op nihil begroot, omdat [gedaagde] in persoon procedeert.

5..De beslissing

De kantonrechter:
wijst de vordering af;
veroordeelt Capayable in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van [gedaagde] begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. F. Aukema-Hartog en uitgesproken op een openbare terechtzitting.
38671