Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
STICHTING HW WONEN,
1..[gedaagde 1],
[gedaagde 2],
1..Het verloop van de procedure
- de dagvaarding met incidentele vordering van HW Wonen van 14 februari 2022, met producties;
- de conclusie van antwoord, tevens houdende eis in reconventie van [gedaagden], met producties;
- de conclusie van antwoord in reconventie van HW Wonen, zonder producties;
- het proces-verbaal van de op 25 maart 2022 gehouden mondelinge behandeling.
2..De feiten
“- lekkage dak door poreuze pannen. Ernstige schimmelvorming en/of vochtplekken als gevolg van doorslaand of optrekkend vocht in tot de woonruimte behorende overige ruimten. Dit is een gebrek in categorie C (nummer V2);- lekkage douche naar onderliggend toilet. De vloer van de badruimte is onvoldoende waterdicht afgewerkt waardoor lekkage of vochtdoorslag van deze ruimte naar een andere ruimte plaatsvindt.Dit is een gebrek in categorie C (nummer nb2);- Keukenblad is niet passend. Dit is een gebrek in categorie C (analoog aan nummer na2).”
3..Het geschil
In het incident
- om HW Wonen en/of door haar ingeschakelde derde(n) onmiddellijk gelegenheid te geven tot de uitvoering van de inspectie en de daaruit voortvloeiende herstelwerkzaamheden ten aanzien van de lekkages in de woning en gedaagden hiervoor te veroordelen om het gehuurde aan de [adres] binnen drie dagen na betekening van dit vonnis voor de duur van de werkzaamheden tijdelijk en gedeeltelijk te ontruimen en te verlaten met alle zich daarin en/of daarop bevindende personen en/of zaken, voor zover deze laatste niet het eigendom van HW Wonen zijn, en onder afgifte van alle sleutels ter vrije en algehele beschikking van HW Wonen te stellen;
- tot betaling van de kosten van deze procedure.
a) een verklaring voor recht dat de woning aan de [adres] geen gebreken kent, althans geen gebreken die een huurprijsvermindering rechtvaardigen;
b) dat de kantonrechter de huurprijs voor de woning aan de [adres] vanaf 1 februari 2020 vaststelt op € 686,01 per maand;
c) dat [gedaagden] wordt veroordeeld in de kosten van deze procedure.
i) dat HW Wonen wordt veroordeeld tot het verhelpen van achterstallige onderhoudsgebreken;
ii) een huurprijsvermindering van 40% over de periode vanaf januari 2019 tot het moment dat alle gebreken zijn verholpen en schadevergoeding is betaald;
iii) dat HW Wonen wordt veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 4.290,- aan materiële schadevergoeding en een bedrag van € 3.000,- aan immateriële schadevergoeding;
iv) dat HW Wonen wordt veroordeeld in de kosten van deze procedure.
4..De beoordeling
In het incident
- Voor wat betreft alle schadeposten (1 t/m 11) dient [gedaagden] kostenspecificaties (bijvoorbeeld een rekening, factuur of offerte) te overleggen van het herstel of de vervanging. Als er nog geen herstel of vervanging heeft plaatsgevonden, moet de hoogte van de schade anderszins worden onderbouwd, bijvoorbeeld door documenten waaruit blijkt wat de waarde was op het moment dat de schade is opgetreden.
- Voor wat betreft de schadeposten 2, 3, 4 (lamp aan de voorzijde), 7, 8, 9 en 10 dient [gedaagden] foto’s of anderszins onderbouwing van het bestaan van de schade te overleggen.
- Voor wat betreft de schadeposten onder 2, 3, 4 (lamp aan de voorzijde) en 7 dient [gedaagden] aan te geven wanneer en waardoor de schade is veroorzaakt en op welk moment dit voor het eerst is gemeld aan HW Wonen.
5..De beslissing
:
rolzitting van 2 juni 2022om:
- [gedaagden] in de gelegenheid te stellen om de hierboven genoemde stukken over te leggen;
- HW Wonen in de gelegenheid te stellen zich bij akte uit te laten of, en zo ja op welke wijze, zij bewijs wenst te leveren van haar stelling;