ECLI:NL:RBROT:2022:3139

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
8 april 2022
Publicatiedatum
25 april 2022
Zaaknummer
9695807 VZ VERZ 22-1385
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Burgerlijk procesrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een voorlopig getuigenverhoor in een aansprakelijkheidskwestie na verkeersongeval

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 8 april 2022 een beschikking gegeven in het kader van een verzoek tot een voorlopig getuigenverhoor. Verzoekster, vertegenwoordigd door mr. L. Akkanat, heeft TVM Verzekeringen aansprakelijk gesteld voor schade die zij heeft opgelopen na een verkeersongeval op 2 mei 2020. Tijdens dit ongeval is verzoekster, als bestuurder van een voertuig, van achteren aangereden door een verzekerde van TVM. TVM heeft echter aangegeven geen aansprakelijkheid te kunnen erkennen op basis van de huidige stukken.

Verzoekster heeft de kantonrechter verzocht om een voorlopig getuigenverhoor te bevelen om duidelijkheid te verkrijgen over de toedracht van het ongeval. TVM heeft zich akkoord verklaard met het houden van een voorlopig getuigenverhoor, waardoor een mondelinge behandeling niet noodzakelijk was. De kantonrechter heeft het verzoek toegewezen en een voorlopig getuigenverhoor vastgesteld op dinsdag 19 april 2022 om 13.30 uur. Partijen zijn verzocht om hun verhinderdata op te geven voor de komende drie maanden, zodat een nieuwe datum voor het getuigenverhoor kan worden bepaald.

De beschikking benadrukt dat het getuigenverhoor zal plaatsvinden in het gerechtsgebouw aan het Wilhelminaplein 100 in Rotterdam, voor de kantonrechter die deze beschikking heeft gewezen. De beslissing is genomen in het kader van artikel 187, lid 4 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 9695807 VZ VERZ 22-1385
uitspraak: 8 april 2022
beschikking van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam
in de zaak van:
[verzoekster],
wonende te [woonplaats verzoekster],
verzoekster,
gemachtigde: mr. L. Akkanat,
tegen
de naamloze vennootschap
TVM Verzekeringen,
(mede) gevestigd te Hoogeveen,
wonende te ,
verweerster,
vertegenwoordigd door: mr. M.A.C. van Guldener,
Partijen worden hierna aangeduid als ‘[verzoekster]’ en ‘TVM’.

1..Het verloop van de procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
het verzoekschrift van 10 februari 2022, met bijlagen,
Het schrijven van (de vertegenwoordiger van) TVM.
De beschikking is bepaald op heden.

2..Het geschil

2.1
[verzoekster] verzoekt een voorlopig getuigenverhoor te bevelen. Zij legt aan haar verzoek het volgende ten grondslag. [verzoekster] is als bestuurder van een voertuig op 2 mei 2020 betrokken geraakt bij een verkeersongeval op de A20 richting Rotterdam. [verzoekster] is door de verzekerde van TVM op de middelste rijstrook van achteren aangereden. De verzekerde van TVM remde niet tijdig en heeft daardoor de auto waarin [verzoekster] zat van achteren geraakt. Zij heeft hierdoor letsel opgelopen. [verzoekster] heeft daarop TVM aansprakelijk gesteld en heeft haar verzocht de schade te vergoeden. TVM heeft daarop verklaard dat zij op basis van de huidige stukken geen aansprakelijkheid kan erkennen.
2.2
Om duidelijkheid te verkrijgen over wat er is gebeurd op die bewuste dag op de ongevalslocatie verzoekt [verzoekster] de kantonrechter om een datum te bepalen waarop een voorlopig getuigenverhoor zal geschieden, met oproeping van haarzelf – [verzoekster], wonende aan de [adres] – als getuige.

3..De beoordeling

3.1
Alvorens de kantonrechter kan besluiten tot een voorlopig getuigenverhoor, dient er in de regel een mondelinge behandeling te hebben plaatsgevonden. [1] Omdat TVM zich echter akkoord heeft verklaard met een voorlopig getuigenverhoor, kan een mondelinge behandeling achterwege blijven.
3.2
De kantonrechter is van oordeel dat het verzoek tot een voorlopig getuigenverhoor dient te worden toegewezen.
3.3
Het initiële verhoor zou plaatsvinden op woensdag 18 mei 2022, maar vanwege een rechterswissel kan het verhoor op die datum geen doorgang vinden. Partijen zullen in dat kader worden verzocht hun verhinderdata op te geven voor de komende drie maanden, ten einde een nieuwe datum voor het voorlopige getuigenverhoor te bepalen.

4..De beslissing

De kantonrechter
:
beveelt een voorlopig getuigenverhoor;
verwijst de zaak naar de rolzitting van
dinsdag 19 april 2022 om 13.30 uurvoor het opgeven van verhinderdata;
bepaalt dat [verzoekster] de verhinderdata van alle betrokkenen, inclusief haarzelf als (partij)getuige, voor de maanden mei tot en met juli 2022 moet opgeven;
bepaalt dat TVM de verhinderdata van haar zijde voor de bovengenoemde maanden eveneens moet opgeven;
bepaalt dat partijen de bovenbedoelde opgave ook bij akte mogen insturen, te ontvangen door de griffie uiterlijk de dag voorafgaand aan voornoemde rolzitting, om 12.00 uur;
bepaalt dat een getuigenverhoor wordt gehouden in het gerechtsgebouw aan het Wilhelminaplein 100 in Rotterdam ten overstaan van de kantonrechter die deze beschikking wijst.
Deze beschikking is gewezen door mr. S.H. Poiesz en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
44236

Voetnoten

1.Artikel 187, lid 4 Rv.