ECLI:NL:RBROT:2022:3116

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
14 april 2022
Publicatiedatum
25 april 2022
Zaaknummer
C/10/636329 / FA RK 22-2379
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam

Op 14 april 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie. De zaak betreft een betrokkene die lijdt aan schizofrenie en die, als gevolg van zijn psychische stoornis, ernstig nadeel ondervindt. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene zonder medicatie psychotisch ontregelt en dat zijn gedrag leidt tot risico's voor zijn eigen veiligheid en die van anderen. Tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene niet bereid is om vrijwillige zorg te accepteren, wat de noodzaak voor verplichte zorg onderstreept. De rechtbank heeft besloten dat de enige verzochte vorm van verplichte zorg het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid van betrokkene is, zodat hij ambulante behandelafspraken kan blijven accepteren. De zorgmachtiging is verleend voor de duur van twaalf maanden, ingaande op de datum van de beschikking. De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn en dat de voorgestelde zorg evenredig en effectief is. De beschikking is mondeling gegeven door rechter A. Buizer en schriftelijk uitgewerkt op 20 april 2022.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/636329 / FA RK 22-2379
Referentienummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 14 april 2022 betreffende een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] , [geboorteplaats] , [geboorteland] ,
hierna: betrokkene,
wonende te [woonplaats] ,
advocaat mr. J.G. Colombijn-Broersma te Gorinchem.

1..Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 6 april 2022.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • de medische verklaring opgesteld door [naam psychiater] , psychiater, van 4 april 2022;
  • de zorgkaart van 28 februari 2022;
  • het zorgplan van 4 februari 2022;
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur over het zorgplan;
  • de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz;
  • het bericht dat er geen relevante politie-, strafvorderlijke - en justitiële gegevens van betrokkene zijn.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 14 april 2022.
Bij die gelegenheid zijn verschenen:
  • betrokkene met zijn hiervoor genoemde advocaat;
  • [naam verpleegkundige] , verpleegkundige en [naam verpleegkundig specialist] , verpleegkundig specialist, beiden verbonden aan Yulius.
1.3.
De officier is niet tijdens de mondelinge behandeling verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2..Beoordeling

2.1.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling blijkt dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten schizofrenie.
2.2.
Het gedrag van betrokkene leidt als gevolg van zijn psychische stoornis tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op ernstig lichamelijk letsel, ernstige verwaarlozing, maatschappelijke teloorgang en bedreiging van de veiligheid van betrokkene al dan niet doordat hij onder invloed van een ander raakt. Uit het verleden is gebleken dat betrokkene zonder medicatie psychotisch ontregelt. Zo is betrokkene verbaal en fysiek agressief naar derden geweest, heeft hij vernielingen aangericht en is hij bewapend geweest. Daarnaast is gebleken dat betrokkene in het verleden vanuit paranoïde wanen niet meer at en dronk, omdat hij dit niet vertrouwde. Verder houdt betrokkene tijdens zo’n psychotische ontregeling zijn woning niet meer goed bij, waardoor betrokkene in het uiterste geval zijn woning en onderdak kan verliezen.
2.3.
Om ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren, de geestelijke gezondheid van betrokkene dusdanig te herstellen dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint, heeft betrokkene zorg nodig.
2.4.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Uit de medische verklaring blijkt dat betrokkene onvoldoende bereid is om behandeling of zorg op vrijwillige basis te accepteren. Ook tijdens de mondelinge behandeling heeft betrokkene aangegeven dat hij liever geen medicatie inneemt. Om die reden is verplichte zorg nodig.
2.5.
De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. Namens betrokkene is bepleit om afwijzing van het verzoek, omdat het toedienen van medicatie en het verrichten van de medische controles niet onder de aangevraagde vorm
‘het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten’van verplichte zorg valt.
De verpleegkundig specialist verklaart dat betrokkene zijn medicatie inneemt, omdat er een goede samenwerking met betrokkene is. Betrokkene komt drie keer in de week langs om zijn medicatie in te nemen. De overige dagen neemt hij zijn medicatie thuis in. Daarnaast is het van belang dat betrokkene bloed laat prikken om zijn bloedspiegel en andere bloedwaarden te controleren.
De rechtbank overweegt als volgt. Aangezien betrokkene zijn medicatie uiteindelijk vrijwillig inneemt is de rechtbank van oordeel dat het toedienen van medicatie en het verrichten van de medische controles niet als vormen van verplichte zorg toegewezen dienen te worden. Door de goede samenwerking met het Factteam neemt betrokkene zijn medicatie in en laat hij zich medisch controleren. Om die reden is het opleggen van dwang in dit kader niet noodzakelijk. Het is daarentegen wel van belang dat betrokkene zich houdt aan de ambulante afspraken en deze blijft accepteren. Als dit niet meer verplicht zou zijn, zou betrokkene zich hieraan hoogstwaarschijnlijk onttrekken en dit zou ook tot gevolg hebben dat betrokkene zijn nodige medicatie niet meer inneemt. Met het verplicht langskomen bij het Factteam blijkt ook het innemen van de medicatie gewaarborgd.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
- het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het accepteren en nakomen van ambulante behandelafspraken.
2.6.
Voor de toegewezen vormen van verplichte zorg zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. Verder is de voorgestelde verplichte zorg evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.7.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de verzochte duur van twaalf maanden met ingang van vandaag.

3..Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [betrokkene] voornoemd;
3.2.
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals opgenomen in rechtsoverweging 2.5. kunnen worden getroffen;
3.3.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 14 april 2023.
Deze beschikking is op 14 april 2022 mondeling gegeven door mr. A. Buizer, rechter, in tegenwoordigheid van B. Bajra, griffier, en op 20 april 2022 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.