ECLI:NL:RBROT:2022:3050

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
22 april 2022
Publicatiedatum
22 april 2022
Zaaknummer
10/750267-19
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van de verdachte in een cocaïne-invoeraangklacht wegens onvoldoende bewijs

In de zaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van de (voorbereiding van de) invoer van cocaïne in Nederland, heeft de rechtbank Rotterdam op 22 april 2022 uitspraak gedaan. De verdachte werd bijgestaan door zijn raadsman, mr. R.T. Schrama. De officieren van justitie, mrs. N. Coenen en R.S. Dhoen, eisten vrijspraak van de primair ten laste gelegde invoer van verdovende middelen en veroordeling voor de subsidiair ten laste gelegde voorbereidingshandelingen. De rechtbank heeft de zaak behandeld op de terechtzitting van 8 april 2022, waarbij de tenlastelegging op 18 mei 2020 werd gewijzigd. De rechtbank heeft vastgesteld dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs was voor de primair ten laste gelegde invoer van cocaïne, en heeft de verdachte daarvan vrijgesproken. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet kon worden aangemerkt als medeplichtige aan de voorbereidingshandelingen voor de invoer van cocaïne, omdat er geen bewijs was dat hij op de hoogte was van de criminele activiteiten van zijn medeverdachten. De rechtbank heeft de vrijspraak gemotiveerd door te stellen dat de enkele aanwezigheid van de verdachte in de auto onvoldoende was om tot een bewezenverklaring te komen. De rechtbank heeft het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven en de verdachte vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 3
Parketnummer: 10/750267-19
Datum uitspraak: 22 april 2022
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres verdachte] te [postcode verdachte] [woonplaats verdachte] ,
raadsman mr. R.T. Schrama, advocaat te Rijswijk.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 8 april 2022.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding, zoals deze op de terechtzitting van 18 mei 2020 overeenkomstig de vordering van de officier van justitie is gewijzigd.
De tekst van de gewijzigde tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Eis officieren van justitie

De officieren van justitie, mrs. N. Coenen en R.S. Dhoen, hebben gevorderd:
  • vrijspraak van de primair ten laste gelegde invoer van verdovende middelen;
  • bewezenverklaring van de subsidiair ten laste gelegde voorbereidingshandelingen daartoe;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 80 dagen met aftrek van voorarrest.

4..Waardering van het bewijs

4.1.
Vrijspraak zonder nadere motivering t.a.v. primair feit
Met de officieren van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat de primair ten laste gelegde invoer van cocaïne niet wettig en overtuigend is bewezen, zodat de verdachte daarvan zonder nadere motivering zal worden vrijgesproken.
4.2.
Vrijspraak t.a.v. subsidiair feit
4.2.1.
Standpunt officieren van justitie
De officieren van justitie achten wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte voorbereidingshandelingen voor de invoer van cocaïne heeft verricht. Hiertoe is het volgende aangevoerd.
Door het observatieteam van de politie is het volgende gezien. De verdachte en
[naam medeverdachte 1] (hierna: [naam medeverdachte 1] ) hebben op 11 juni 2019 ontmoetingen gehad met de medeverdachte [naam medeverdachte 2] (hierna: [naam medeverdachte 2] ) in Hendrik Ido Ambacht waar drie onbekende mannen contact met hen hebben gemaakt. [naam medeverdachte 1] en de verdachte zijn samen in dezelfde auto gestapt en naar de [adres verdachte] te Rotterdam gereden, het adres van de verdachte. Later is de verdachte richting een pinautomaat in Den Haag gelopen. De verdachte en [naam medeverdachte 1] zijn later met een big shopper naar de kelderbergingen bij de [adres verdachte] in Rotterdam gelopen. Laat in de avond hebben de verdachte en [naam medeverdachte 1] met een onbekende man op de Driemansteeweg te Rotterdam gepraat. In de nacht van 12 juni 2019 is [naam medeverdachte 1] met meerdere personen bij de White Box in Capelle aan den IJssel geweest. Rond 02:10 uur is een aantal auto’s richting Rotterdam vertrokken en daarna zijn een Volkswagen Polo (met daarin de verdachte) en een Mercedes A-klasse naar de Maasvlakte gereden. Twee mannen (de uithalers) zijn vervolgens uit de Polo gestapt en naar een hek behorende bij het bedrijf Kramer Groep gerend. Hier hebben zij iets over het hek gegooid en zijn zij er vervolgens overheen geklommen. [naam medeverdachte 1] heeft, naast voornoemde Mercedes, op de vluchtstrook naast de A15 gestaan en gekeken naar de mannen die over het hek zijn geklommen. Om 03:24 uur zijn de Polo en de Mercedes weer richting de N15 gereden.
De verdachte had moeten weten dat op het moment dat hij samen met [naam medeverdachte 1] twee onbekende jongens meeneemt naar de Maasvlakte en hen daar uit de auto laat stappen, dit is bedoeld om drugs uit een container te halen. Dit is een feit van algemene bekendheid en de verdachte kan daarom verantwoordelijk worden gehouden voor zijn rol bij de voorbereiding van de invoer van cocaïne.
4.2.2.
Standpunt verdediging
De verdediging heeft vrijspraak bepleit en heeft in dat verband – kortweg – het volgende aangevoerd. De verdachte kent [naam medeverdachte 1] al vanaf zijn kindertijd en [naam medeverdachte 1] is bovendien de partner van verdachtes zus. De verdachte staat altijd voor hem klaar, zo ook op 11 juni 2019 toen [naam medeverdachte 1] autopech had. De verdachte heeft hem opgehaald en naar verschillende afspraken gebracht en zag hier geen kwaad in. Wat er tijdens die afspraken is besproken door [naam medeverdachte 1] weet de verdachte niet, maar zijn enkele aanwezigheid is onvoldoende om te kunnen spreken van een significante of wezenlijke bijdrage aan voorbereidingshandelingen voor de invoer van verdovende middelen. Dat de verdachte aanwezig was in de Volkswagen Polo die door [naam medeverdachte 1] werd bestuurd richting Maasvlakte, is volstrekt onvoldoende voor een bewezenverklaring van het tenlastegelegde feit. Het vereiste opzet ontbreekt.
4.2.3.
Beoordeling
Op 6 juni 2019 is in Rotterdam is een container afkomstig uit Ecuador op 6 juni 2019 bijna 30 kilogram cocaïne is aangetroffen. Deze drugs zijn vervangen door dummypakketten waarna in de nacht van 12 juni 2019 in de betreffende container twee mannen, de medeverdachten [naam medeverdachte 3] en [naam medeverdachte 4] , zijn aangehouden.
Op basis van observaties kan voorts worden vastgesteld dat de verdachte op 11 juni 2019
‘s avonds in de aanwezigheid was van onder anderen [naam medeverdachte 1] en de medeverdachte [naam medeverdachte 2] . Op enig moment zijn [naam medeverdachte 1] en de verdachte samen in een Volkswagen Polo (hierna: de Polo) naar de woning van de verdachte gereden waarna de verdachte een rode bigshopper in de auto heeft geplaatst. Hierna zijn de verdachte en [naam medeverdachte 1] naar Den Haag gereden, zijn zij een woning binnengegaan en zijn zij na het verlaten de woning naar een pinautomaat in Den Haag gereden waar [naam medeverdachte 1] is uitgestapt. Hierna zijn de verdachte en [naam medeverdachte 1] weer naar Rotterdam gereden en is de verdachte met een rode bigshopper de kelderbergingen van zijn woning ingegaan. Vervolgens zijn de verdachte en [naam medeverdachte 1] naar onder andere horecagelegenheid de White Box in Capelle aan den IJssel gereden waar zij na middernacht arriveerden. Na het bezoek aan de White Box verlieten de verdachte en [naam medeverdachte 1] en ongeveer zeven onbekend gebleven personen de horecagelegenheid. Deze personen zijn in onbekende samenstelling in een aantal voertuigen, waaronder de Polo, gestapt. De Polo is samen met een Mercedes A-klasse (hierna: de A-klasse) richting de Maasvlakte gereden waarna de Polo op de vluchtstrook van de N15 ter hoogte van de Europaweg stapvoets is gaan rijden. Hierna zijn twee mannen uit de Polo gestapt, naar het hek van het bedrijf Kramer Groep gerend, over het hek geklommen waarna zij tussen de containers verder het terrein zijn opgelopen. [naam medeverdachte 1] stond op dat moment naast de A-klasse en keek richting de plek waar de twee mannen over het hek waren geklommen. De Polo is vervolgens naar een tankstation aan de Hormuszstraat te Rotterdam gereden waar [naam medeverdachte 1] is uitgestapt en heeft getankt. Hierna stapte [naam medeverdachte 1] weer in de Polo en heeft deze verderop naast de aldaar geparkeerd staande A-klasse geparkeerd. De verdachte is uit de Polo en in de A-klasse gestapt. De verdachte is na enkele minuten weer uit de A-klasse gekomen en als bestuurder in de Polo gestapt. Twee mannen zijn aangehouden op het terrein van het bedrijf Kramer Groep. De Polo en de A-klasse zijn in de richting van de N15 weggereden.
De verdachte heeft ter zitting desgevraagd verklaard dat vanaf het moment dat hij en [naam medeverdachte 1] de White Box verlieten, [naam medeverdachte 1] de Polo heeft bestuurd en dat tegen de verdachte is gezegd dat zij twee jongens (die de verdachte niet kende) naar huis zouden brengen van wie de verdachte niet wist waar zij woonden. Pas toen zij bij de Maasvlakte aankwamen voelde hij onraad.
Op basis van het voorgaande kan niet worden vastgesteld dat de verdachte in de nacht van 12 juni 2019 vanaf het moment dat hij de White Box verliet, de bestuurder was van de Polo die richting de Maasvlakte reed. Evenmin kan worden vastgesteld dat de verdachte de wetenschap had dat hij en [naam medeverdachte 1] naar de Maasvlakte zouden rijden om daar twee mannen af te zetten met als doel dat deze twee mannen cocaïne uit een container zouden halen. De enkele vaststelling dat de verdachte gedurende de desbetreffende nacht in de Polo aanwezig was, is onvoldoende om tot een bewezenverklaring van het ten laste gelegde te kunnen komen, temeer omdat onbekend is gebleven wat er tijdens voornoemde ontmoetingen is besproken.
De rechtbank is dan ook van oordeel dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs is voor het ten laste gelegde, zodat de verdachte daarvan zal worden vrijgesproken.
Het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis is bij eerder bevel al opgeheven.

5..Bijlage

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

6..Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. A. Boer, voorzitter,
en mrs. K. Bakker en P.E. van Althuis, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. L. Lobs-Tanzarella, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
Bijlage I
Tekst gewijzigde tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
primair
hij in of omstreeks de periode van 15 mei 2019 tot en met 12 juni 2019 te
Rotterdam althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht (al dan niet als bedoeld in art. 1 lid 4 Opiumwet) ongeveer 29,95 kilogram,
in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne,
zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel
aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
subsidiair
hij op of omstreeks 12 juni 2019 te Rotterdam, althans in Nederland
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk afleveren, verstrekken, vervoeren en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen van 29,95 kilogram, althans een grote hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I,
voor te bereiden en/of te bevorderen,
- een of meer anderen heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen, te doen plegen, om daarbij behulpzaam te zijn en/of
- zich en/of (een) ander(en) gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen en/of
- voorwerpen en/of vervoermiddelen en/of stoffen en/of gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij wist of ernstige reden had te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van het hierboven bedoelde feit
hebbende/is verdachte en/of (een of meer van) verdachtes mededader(s),
- contact(en) gelegd en/of laten leggen met de leverancier(s) van verdovende middelen in (het) bronland(en) en/of
- contact onderhouden en/of informatie uitgewisseld en/of afspraken gemaakt en/of een of meer bespreking(en) en/of ontmoetingen gehad met zijn/hun mededader(s) met betrekking tot het invoeren en/of afleveren en/of uithalen en/of verstrekken en/of vervoeren van die cocaïne en/of
- telefonisch en/of per sms en/of per chatbericht contact gehouden met één of meer (mede)dader(s);
- geldbedrag (en) ter beschikking gesteld en/of overgemaakt/over laten maken voor de financiering van (de invoer van) verdovende middelen en/of
- perso(o)n(en) in de buurt van het containerterrein afgezet en/of naar toe vervoerd en/of
- zich (onbevoegd) op het terrein van Kramer Groep (gelegen aan de Missouriweg 17 te Rotterdam) begeven, en/of
- op dat terrein de deuren van de container [containernummer] (afkomstig uit Guayaquil, Ecuador) geopend en die container binnen gegaan, en/of
- een doosje blindklinknagels en/of diverse maten boortjes en/of een bit schroevendraaier met verschillende bitjes en/of een steeksleutel en/of nieuwe metaal boren en/of een bundel tie-wraps en/of een zwarte sporttas met daarin boodschappentassen en/of een schroevendraaier met platte kop met zwart handvat met een rode dop en/of een kleiene zwarte zaklamp van het merk Würth en/of een zwart zaklampje van het merk IProtec en/of een grote schroevendraaier met een platte kop met oranje zwart handvat en/of een accu
boormachine en/of kleine kniptangen voorhanden gehad.