Uitspraak
RECHTBANK Rotterdam
1.De procedure
- de akte overleggen producties van [eiser] ,
2.De verdere beoordeling
- dat nog niet kon worden vastgesteld wat het tussen partijen over de jaren 2016 tot en met 2018 te verdelen resultaat was en of dat resultaat correct in de rekeningen-courant van partijen is verwerkt omdat [gedaagde] daarin geen inzicht had gekregen (r.o. 3.57);
- dat bij gebrek aan een specificatie van de in de periodebalans opgenomen accountants-, administratie- en advieskosten van € 4.320,00 nog niet kon worden vastgesteld dat het tussen partijen te verdelen resultaat over 2019 overeenstemt met het in de periodebalans over dat jaar vermelde ‘Totaal Bijzondere baten en lasten’ (r.o. 3.62 en 3.63);
- dat de rechtbank het verweer van [gedaagde] , dat het deel van die accountants-, administratie- en advieskosten dat door [eiser] in verband met deze procedure is gemaakt, niet in mindering op de te verdelen huurinkomsten dient te strekken, niet volgt voor zover de kosten zijn gemaakt door de vaste boekhouder van de maatschap en verband houden met werkzaamheden die de scheiding en deling van de maatschap dienen (r.o. 3.62).
3.De beslissing
€ 36.797,07, te verminderen met hetgeen [eiser] als voorschot daarop reeds aan [gedaagde] heeft voldaan uit hoofde van het vonnis van 24 november 2021;