In deze beschikking van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 21 maart 2022, wordt het verzoek van de Curator om een algemene vergadering van aandeelhouders (AvA) van [verweerster] bijeen te roepen afgewezen. De Curator, die optreedt namens [naam gefailleerde], verzoekt om de machtiging om een AvA te organiseren, waarbij de benoeming van een nieuwe bestuurder en de vaststelling van diens bezoldiging op de agenda staan. De Curator stelt dat hij als meerderheidsaandeelhouder (52%) het recht heeft om een bestuurder te benoemen, maar [verweerster] betwist dit en voert aan dat er een zwaarwichtig belang is om het verzoek af te wijzen.
De voorzieningenrechter overweegt dat aan de formele vereisten van artikel 2:220 lid 1 BW is voldaan, maar dat er materieel gezien een afweging moet worden gemaakt tussen het belang van de Curator en het belang van [verweerster]. De rechter constateert dat er onduidelijkheid bestaat over de stemverhouding tussen de aandeelhouders, wat betekent dat het verzoek van de Curator niet kan worden toegewezen zonder dat deze kwestie eerst in een bodemprocedure wordt behandeld. De rechter wijst erop dat het verzoek van de Curator in strijd is met de redelijkheid en billijkheid, omdat hij gebruik maakt van zijn meerderheidsstem terwijl er een geschil bestaat over de stemverhouding.
De voorzieningenrechter concludeert dat het zwaarwichtig belang van [verweerster] om de huidige situatie te handhaven prevaleert boven het redelijk belang van de Curator. De Curator wordt veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van [verweerster] zijn begroot op € 1.802,00. De beschikking is openbaar uitgesproken op 21 maart 2022.