Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verloop van de procedure
2..De vaststaande feiten
€ 756,43
in 2020. Dat is €1.032,- voor het gehele jaar. (…)
3..Het geschil
4..De beoordeling
5..De beslissing
:
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak vordert eiseres, eigenaar van een appartement in een appartementencomplex, een schadevergoeding van gedaagde, de vereniging die verantwoordelijk is voor de gemeenschappelijke verwarmingsinstallatie. Eiseres stelt dat zij door een gebrek aan de installatie hogere energiekosten heeft moeten maken. De procedure begon met een dagvaarding op 14 augustus 2021, gevolgd door een mondelinge behandeling op 1 februari 2022. Eiseres heeft herhaaldelijk geklaagd over de werking van de verwarmingsinstallatie, die sinds 2018 niet naar behoren functioneerde. Ondanks deze klachten heeft gedaagde pas in 2021 de installatie vervangen. Eiseres heeft haar extra kosten geschat op € 900,-, gebaseerd op gegevens van het Nibud en haar eigen energierekeningen. Gedaagde betwist de vordering en stelt dat de installatie voor de vervanging naar behoren functioneerde.
De kantonrechter oordeelt dat gedaagde aansprakelijk is voor de schade die eiseres heeft geleden door het gebrek aan de verwarmingsinstallatie. De rechter stelt vast dat de installatie onvoldoende capaciteit had en dat gedaagde als beheerder verantwoordelijk is voor de werking ervan. De kantonrechter schat de schade op € 700,-, waarbij rekening is gehouden met de specifieke omstandigheden van het appartement van eiseres, gelegen op de bovenste verdieping. Gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van dit bedrag, evenals de proceskosten van eiseres, die in totaal op € 365,03 worden vastgesteld. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.