ECLI:NL:RBROT:2022:1969

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
25 februari 2022
Publicatiedatum
17 maart 2022
Zaaknummer
C/10/629385 / JE RK 21-3108
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging gesloten jeugdhulp voor minderjarige in belang van ontwikkeling en stabiliteit

In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 25 februari 2022, wordt een machtiging voor gesloten jeugdhulp verleend aan een minderjarige, hierna te noemen [naam kind]. De kinderrechter oordeelt dat, ondanks het feit dat de gronden voor een gesloten plaatsing niet langer aanwezig zijn, het in het belang van [naam kind] is om hem in een veilige en stabiele omgeving te houden. De minderjarige verblijft momenteel op een gesloten groep bij Schakenbosch, waar hij positieve ontwikkelingen heeft doorgemaakt. De moeder van [naam kind] stemt in met de machtiging en is van mening dat het beter gaat met haar kind, maar erkent dat een terugkeer naar huis op dit moment nog niet mogelijk is.

Het Sociaal Team heeft verzocht om de machtiging voor een periode van twee maanden, tot 1 mei 2022, om ervoor te zorgen dat [naam kind] de nodige professionele zorg en traumatherapie kan blijven ontvangen. De kinderrechter heeft de mondelinge behandeling met gesloten deuren gehouden, waarbij de minderjarige en zijn moeder aanwezig waren. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige zich positief inzet voor zijn behandeling en dat er vooruitgang is geboekt in zijn emotionele ontwikkeling.

De kinderrechter concludeert dat, hoewel de voorwaarden voor een gesloten plaatsing niet meer volledig van toepassing zijn, het noodzakelijk is om de continuïteit van zorg te waarborgen. De machtiging wordt verleend voor de duur van twee maanden, met de nadruk op het belang van een veilige overgang naar een overbruggingsgroep. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, en de kinderrechter heeft de beschikking schriftelijk vastgesteld op 8 maart 2022.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
Zaaknummer: C/10/629385 / JE RK 21-3108
Datum uitspraak: 25 februari 2022

Beschikking van de kinderrechter over een machtiging gesloten jeugdhulp

in de zaak van

het college van B&W van de gemeente Hardinxveld-Giessendam,

hierna te noemen: het collega, gevestigd te Hardinxveld-Giessendam,
vertegenwoordigd door

het Sociaal Team Gemeente Hardinxveld-Giessendam,

hierna te noemen: het Sociaal Team, gevestigd te Hardinxveld-Giessendam,
betreffende

[naam kind],

geboren op [geboortedatum kind] 2006 te [geboorteplaats kind], hierna te noemen: [naam kind],
advocaat: mr. E.J.M. van Daalhuizen, te Rotterdam.
De kinderrechter merkt als belanghebbende aan:

[naam moeder],

hierna te noemen: de moeder, wonende te [woonplaats moeder].

Het procesverloop

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de beschikking van deze rechtbank van 1 december 2021 en de daarin genoemde stukken;
- de brief met bijlagen van het Sociaal Team van 8 februari 2022, ingekomen bij de griffie op dezelfde datum;
- de evaluatie van Schakenbosch van 14 februari 2022, ingediend door de GI, ingekomen bij de griffie op 24 februari 2022;
- de instemmende verklaring d.d. 12 februari 2022 van de gekwalificeerde gedragswetenschapper.
Op 25 februari 2022 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden en heeft de kinderrechter de zaak met gesloten deuren behandeld.
Verschenen zijn:
- [naam kind], die voorafgaand aan de zitting apart is gehoord, bijgestaan door zijn
advocaat;
- de moeder;
- een vertegenwoordigster van het Sociaal Team, [naam 1], die middels een videoverbinding heeft deelgenomen.
Aangezien de moeder de Nederlandse taal niet of onvoldoende machtig is, maar wel de Poolse taal, heeft de kinderrechter het verhoor doen plaatsvinden met bijstand van [naam 2], tolk in de Poolse taal. De tolk heeft, alvorens haar taak aan te vangen, op de bij wet voorgeschreven wijze, de belofte afgelegd dat zij haar taak naar haar geweten zal vervullen.

De feiten

Het ouderlijk gezag over [naam kind] wordt uitgeoefend door de moeder.
[naam kind] verblijft op een gesloten groep van Schakenbosch.
Bij beschikking van 1 december 2021 is een machtiging gesloten jeugdhulp verleend met ingang van 1 december 2021 tot 1 maart 2022. De beslissing is voor het overig verzochte aangehouden.

Het aangehouden verzoek

Het Sociaal Team verzoekt een machtiging om [naam kind] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven voor de duur van zes maanden.
Bij brief van 8 februari 2022 heeft het Sociaal Team verzocht om de machtiging gesloten jeugdhulp voor maximaal twee maanden te verlenen. Dit gaat om de periode tot 1 mei 2022.
De GI heeft het gewijzigde verzoek ter zitting gehandhaafd en als volgt toegelicht. Het is belangrijk dat [naam kind] de komende twee maanden nog in een veilige omgeving verblijft met professionele zorg om te voorkomen dat hij een terugval krijgt. [naam kind] is bezig om de medicatie af te bouwen. Het is belangrijk dat hierop professioneel toezicht blijft. Ook zal [naam kind] starten met traumatherapie. Daarnaast wordt gewerkt aan het contactherstel tussen de moeder en [naam kind]. Begin mei 2022 zal er duidelijkheid komen over een passende vervolgplek voor [naam kind]. In de tussentijd zal hij naar een overbruggingsgroep gaan. Het Sociaal Team moet [naam kind] daarvoor nog aanmelden. Gelet op het verleden en het feit dat [naam kind] pas drie maanden stabiel is, is een machtiging gesloten jeugdhulp noodzakelijk.

Het standpunt van [naam kind]

heeft ter zitting aangegeven dat het goed met hem gaat op Schakenbosch. De afgelopen drie maanden zijn positief verlopen. [naam kind] heeft daar ingezien dat hij niet goed bezig was en moest veranderen. Schakenbosch is blij met [naam kind] op de groep. Het is de bedoeling dat [naam kind] binnenkort naar een overbruggingsgroep gaat en vervolgens naar een passende vervolgplek waar hij voor langere tijd kan verblijven. Gedacht wordt aan het Palet of Klimop in Dordrecht. Daarnaast is [naam kind] bezig met de voorbereiding om toegelaten te worden tot het mbo. Op dit moment wordt niet meer aan alle voorwaarden voor een gesloten plaatsing voldaan, maar het is belangrijk dat [naam kind] vanuit de stabiele veilige omgeving van Schakenbosch de overstap kan maken naar een overbruggingsgroep en vervolgens naar een passende vervolgplek. Op Schakenbosch heeft hij al meer vrijheden gekregen, zoals een weekend op verlof naar de moeder.

Het standpunt van de moeder

De moeder is het eens met het verzoek en stemt in met het verblijf van [naam kind] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp. Het gaat veel beter met [naam kind]. Het liefst wil de moeder dat [naam kind] terug naar huis komt, maar ziet in dat dit nu nog niet mogelijk is. De moeder doet haar best voor [naam kind].

De beoordeling

Gelet op het bepaalde in artikel 6.1.2, tweede lid, Jeugdwet kan een machtiging voor een gesloten accommodatie voor jeugdhulp slechts worden verleend indien naar het oordeel van de kinderrechter deze jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de jeugdige naar volwassenheid ernstig belemmeren. Bovendien dient de opneming en het verblijf noodzakelijk te zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan deze jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken.
Ingevolge artikel 6.1.2, derde lid, Jeugdwet kan een machtiging gesloten jeugdhulp
bovendien slechts worden verleend indien de jeugdige onder toezicht is gesteld of degene die de wettelijke vertegenwoordiger van de minderjarige is met de opneming en het verblijf
instemt. Aangezien de moeder zowel voor als tijdens de zitting heeft aangegeven dat zij
instemt met de opneming en het verblijf van [naam kind] in een gesloten accommodatie, wordt
aan dit vereiste voldaan.
Sinds 1 december 2021 verblijft [naam kind] op een gesloten groep bij Schakenbosch vanwege ernstige zorgen over zijn emotionele ontwikkeling, fysieke veiligheid en de opvoedsituatie. De afgelopen drie maanden heeft [naam kind] op de gesloten groep een positieve ontwikkeling laten zien. [naam kind] voelt zich op zijn gemak, zet zich positief in voor de behandeling en vindt aansluiting bij groepsgenoten. De situatie van [naam kind] is stabiel geworden. [naam kind] heeft zelf aangegeven dat hij de knop heeft omgezet en zich inzet voor zijn toekomst. De kinderrechter vindt het knap hoeveel [naam kind] de afgelopen maanden heeft bereikt. Op dit moment wordt er gezien de positieve ontwikkelingen eigenlijk niet meer voldaan aan de voorwaarden voor een machtiging gesloten jeugdhulp. [naam kind] onttrekt zich niet meer aan de hulpverlening en de opgroeiproblemen zijn sterk afgenomen. Daarnaast is het perspectief duidelijk. Het is de bedoeling dat [naam kind] binnenkort naar een open woonvorm gaat, de schoolgang in Dordrecht wordt hervat en het GGZ-traject van Yulius wordt voortgezet.
Ondanks dat de gronden voor een gesloten plaatsing niet langer aanwezig zijn, is het wel in het belang van [naam kind] om direct vanuit Schakenbosch een overstap te maken naar een overbruggingsgroep en vervolgens naar een passende vervolgplek. Een extra tussenstap op een tijdelijke plek kan een terugval in de hand werken. Het is momenteel nog onduidelijk wanneer deze plek beschikbaar is. Tot die tijd is het belangrijk dat [naam kind] op de huidige groep bij Schakenbosch verblijft, waar hij in een veilige stabiele omgeving traumatherapie kan volgen en zijn stabiliteit gewaarborgd blijft. Omdat het belang van [naam kind] gezien het voorgaande vraagt om een langer verblijf bij Schakenbosch, zal de kinderrechter, ondanks het ontbreken van de gronden, de machtiging voor een gesloten accommodatie voor jeugdhulp verlenen voor de verzochte periode van twee maanden en het overig verzochte afwijzen. Het is van belang dat [naam kind] zo kort mogelijk op de gesloten groep blijft. De GI dient daarom [naam kind] zo snel mogelijk aan te melden voor een overbruggingsgroep.

De beslissing

De kinderrechter:
verleent een machtiging om [naam kind] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp met ingang van 1 maart 2022 tot 1 mei 2022;
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 25 februari 2022 door mr. W.J. Loorbach, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. L.M. Ruijgrok, als griffier. Deze beslissing is schriftelijk vastgesteld op 8 maart 2022.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Den Haag.