In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 11 maart 2022 uitspraak gedaan over een verzoek tot wijziging van de zorgregeling voor de minderjarige [naam kind], geboren in 2008. De gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond heeft het verzoek ingediend, waarbij de huidige zorgregeling, die in 2021 was vastgesteld, werd herzien. De ouders van [naam kind] zijn betrokken bij de procedure, waarbij de vader en moeder elk hun standpunt hebben ingenomen over de zorgverdeling. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [naam kind] zich in een loyaliteitsconflict bevindt en dat hij behoefte heeft aan een vaste thuisbasis. De ouders zijn het erover eens dat de huidige regeling niet in het belang van [naam kind] is, maar zijn het niet eens over de wijziging. De kinderrechter heeft besloten dat [naam kind] doordeweeks bij de vader zal wonen en om het weekend bij de moeder, en heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De kinderrechter benadrukt dat deze beslissing niet definitief is en dat de wensen van [naam kind] in de toekomst opnieuw in overweging moeten worden genomen.