Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..De procedure
- verzoeker;
- mevrouw mr. S. Canimoglu, werkzaam bij SC Advocatuur (hierna: schuldhulpverlening);
- de heer A. Cevikcan, hij treedt op als tolk van verzoeker (hierna: tolk).
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 21 februari 2022 uitspraak gedaan in een verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling door verzoeker, die 80-100% arbeidsongeschikt is. Verzoeker heeft op 12 januari 2022 een verzoek ingediend om DSW Zorgverzekeraar te bevelen in te stemmen met een door hem aangeboden schuldregeling, omdat DSW weigerde mee te werken. Verzoeker heeft zeven concurrente schuldeisers met een totale vordering van € 48.315,06. Hij heeft een schuldregeling aangeboden van 4,02% tegen finale kwijting, gebaseerd op zijn WIA-uitkering. DSW, die een vordering van € 9.619,45 heeft, heeft niet ingestemd met de regeling en heeft aanvullende voorwaarden gesteld voor een betalingsvoorstel.
Tijdens de zitting op 11 februari 2022 is DSW niet verschenen, ondanks een behoorlijke oproeping. De rechtbank heeft de belangen van DSW afgewogen tegen die van verzoeker en de overige schuldeisers. De rechtbank oordeelt dat de aangeboden regeling het maximaal haalbare is voor verzoeker, die sinds 2019 volledig arbeidsongeschikt is en geen nieuw inkomen kan verwerven. De rechtbank concludeert dat de belangen van verzoeker en de schuldeisers die met de regeling instemden zwaarder wegen dan die van DSW.
De rechtbank heeft DSW bevolen in te stemmen met de schuldregeling en veroordeeld in de kosten van de procedure, die op nihil zijn begroot. Het vonnis vervangt de vrijwillige instemming van de schuldeisers en het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling is afgewezen. Dit vonnis is uitgesproken door mr. B.J. Tideman, rechter, en is uitvoerbaar bij voorraad.