Op 15 februari 2022 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak van een minderjarige, hierna te noemen [naam kind], die verblijft in een gesloten groep van Bergse Bos. De gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond heeft op 28 januari 2022 een verzoek ingediend voor een machtiging tot gesloten jeugdhulp voor [naam kind] voor de duur van zes maanden. Dit verzoek is gedaan omdat er ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen zijn die de ontwikkeling van [naam kind] ernstig belemmeren. De kinderrechter heeft de zaak met gesloten deuren behandeld, waarbij zowel de ouders als [naam kind] instemden met het verzoek. De ouders betreuren de situatie, maar achten een langer verblijf in de gesloten groep noodzakelijk voor het welzijn van [naam kind].
De kinderrechter heeft vastgesteld dat [naam kind] sinds september 2020 bij Bergse Bos verblijft en ernstige gedragsproblematiek vertoont. Na een escalatie in december 2021 is besloten dat hij niet meer onbegeleid naar huis kan. De kinderrechter oordeelt dat de machtiging voor gesloten jeugdhulp noodzakelijk is om te voorkomen dat [naam kind] zich aan de hulpverlening onttrekt. De kinderrechter heeft de machtiging verleend voor de periode van 26 februari 2022 tot 26 augustus 2022, met de nadruk op het belang van een gestructureerde omgeving voor [naam kind].
De kinderrechter dringt aan op een spoedige evaluatie van de onderliggende problematiek van [naam kind], zodat passende behandeling kan worden geboden. De beschikking is openbaar uitgesproken en de schriftelijke uitwerking is vastgesteld op 10 maart 2022. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld door de verzoekers en belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.