ECLI:NL:RBROT:2022:1743

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
10 maart 2022
Publicatiedatum
10 maart 2022
Zaaknummer
71/171052-21
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor verspreiden, aanbieden, verwerven, in bezit hebben van en zich toegang verschaffen tot grote hoeveelheden kinderpornografisch materiaal

Op 10 maart 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan het verspreiden, aanbieden, verwerven en in bezit hebben van grote hoeveelheden kinderpornografisch materiaal. De verdachte, geboren op [geboortedatum verdachte] te [geboorteplaats verdachte], werd bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. E.M. Fortuin. Tijdens de zitting op 24 februari 2022 werd het bewijs tegen de verdachte besproken, waarbij de rechtbank zich baseerde op wettige bewijsmiddelen en de bekentenis van de verdachte. De rechtbank oordeelde dat de verdachte volledig toerekeningsvatbaar was en dat er geen feiten of omstandigheden waren die de strafbaarheid uitsloten.

De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 18 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. Bij de strafoplegging werd rekening gehouden met de ernst van het feit, de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en het advies van de reclassering. De verdachte had zich gedurende een lange periode schuldig gemaakt aan het downloaden en verspreiden van kinderpornografisch materiaal, met in totaal meer dan 325.000 afbeeldingen, waarvan het merendeel afbeeldingen van meisjes tussen de 0 en 15 jaar oud betrof. De rechtbank benadrukte de ernst van de zaak en de impact op de slachtoffers van de kinderporno-industrie.

De rechtbank wees ook de vordering tot dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden af en legde verschillende bijzondere voorwaarden op, waaronder een meldplicht bij de reclassering en ambulante behandeling. De rechtbank oordeelde dat de verdachte medeverantwoordelijk was voor het in stand houden van de vraag naar kinderporno en dat zijn gedrag zorgwekkend was. De verdachte had eerder geen strafblad, maar de rechtbank achtte het risico op recidive gemiddeld, gezien de aard van de feiten en het gedrag van de verdachte.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummer: 71/171052-21
Datum uitspraak: 10 maart 2022
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres [adres verdachte]
,
raadsvrouw mr. E.M. Fortuin, advocaat te Amstelveen.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 24 februari 2022.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de vordering nadere omschrijving tenlastelegging, waarbij de oorspronkelijke opgave van het feit als bedoeld in artikel 261, derde lid van het Wetboek van Strafvordering op vordering van de officier van justitie is gewijzigd. De tekst van de nader omschreven tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. I.M. Muller heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van dertig maanden met aftrek van voorarrest, waarvan tien maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar en als bijzondere voorwaarden meldplicht bij de reclassering, ambulante behandeling, vermijden contact met minderjarigen, vermijden kinderporno en andere voorwaarden het gedrag betreffende;
  • dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden en het daarop uit te oefenen reclasseringstoezicht;
  • onttrekking aan het verkeer van de op de lijst van in beslag genomen en niet teruggegeven voorwerpen onder 1 tot en met 9 vermelde voorwerpen;
  • opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte.

4..Waardering van het bewijs

In bijlage II heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
hij,
in de periode van 4 april 2018 tot en met 2 februari 2021 te Leiden, althans in Nederland,
meermalen,
telkens een (aantal) afbeelding(en), te weten foto’s en/of video’s/films,
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet
had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken,
heeft verspreid en aangeboden en verworven en in bezit gehad en
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een
communicatiedienst de toegang heeft verschaft,
welke seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven – bestonden uit:
het met de/een penis en/of de/een vinger en/of een voorwerp
oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of door een persoon die de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
  • [bestandsnaam 1]
  • [bestandsnaam 2]
  • [bestandsnaam 3]
  • [bestandsnaam 4]
  • [bestandsnaam 5]
  • [bestandsnaam 6]
  • [bestandsnaam 7]
  • [bestandsnaam 8]
  • [bestandsnaam 9]
  • [bestandsnaam 10]
  • [bestandsnaam 11]
  • [bestandsnaam 12]
  • [bestandsnaam 13]
  • [bestandsnaam 14]
  • [bestandsnaam 15]
  • [bestandsnaam 16]
en/of
het ejaculeren en/of zichtbaar maken van sperma bij/op het lichaam van een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het houden van de penis dicht bij het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
waarbij de afbeelding aldus telkens een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
  • [bestandsnaam 17]
  • [bestandsnaam 18]
  • [bestandsnaam 19]
  • [bestandsnaam 20]
  • [bestandsnaam 21]
  • [bestandsnaam 22]
en/of
het met de/een penis en/of de/een vinger/hand en/of de voeten en/of de mond/tong
betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of de billen
van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of door een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
  • [bestandsnaam 23]
  • [bestandsnaam 24]
  • [bestandsnaam 25]
  • [bestandsnaam 26]
  • [bestandsnaam 27]
  • [bestandsnaam 28]
  • [bestandsnaam 29]
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren
van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt,
waarbij deze persoon opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of in een (erotisch
getinte) houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of
waarna door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden
van deze persoon
nadrukkelijk het ontblote geslachtsdeel en/of billen van die persoon in beeld
gebracht worden,
waarbij de afbeelding aldus telkens een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling en/of sadomasochistische elementen bevat
  • [bestandsnaam 30]
  • [bestandsnaam 31]
  • [bestandsnaam 32]
  • [bestandsnaam 33]
  • [bestandsnaam 34]
  • [bestandsnaam 35]
  • [bestandsnaam 36]
  • [bestandsnaam 37]
  • [bestandsnaam 38]
  • [bestandsnaam 39]
  • [bestandsnaam 40]
  • [bestandsnaam 41]
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

5..Strafbaarheid feit

Het bewezen feit levert op:
een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verspreiden, aanbieden, verwerven, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van en communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, meermalen gepleegd, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.
Het feit is dus strafbaar.

6..Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

7..Motivering straf

De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft zich gedurende langere tijd schuldig gemaakt aan het verkrijgen, het in bezit hebben en het verspreiden van zeer grote hoeveelheden kinderpornografisch materiaal bestaande uit foto’s en video’s (in totaal ruim 325.000 afbeeldingen). Het overgrote deel van het materiaal, zo’n negentig procent, betrof afbeeldingen van meisjes, variërend van baby tot vijftien jaar oud.
Door aldus te handelen heeft de verdachte een belangrijke bijdrage geleverd aan het in stand houden van de criminele kinderporno-industrie. Immers, zouden er geen afnemers zijn, dan zou er wereldwijd niet op zo’n grote schaal kinderpornografisch materiaal geproduceerd worden.
Zowel tijdens zijn verhoor bij de politie als ter terechtzitting deed de verdachte voorkomen alsof hij min of meer toevallig in de wereld van kinderporno verzeild was geraakt. Het was hem er om te doen via internet contact te maken met de buitenwereld, waar het ‘plezier’ hierin bestond dat hij aandacht kreeg van anderen en kon reageren op berichten die hij van anderen ontving. Bovendien zou hij de kinderporno voornamelijk slechts gedownload hebben zonder de (vele) afbeeldingen daadwerkelijk te bekijken.
De rechtbank schuift deze verklaring van de verdachte terzijde. Het is volkomen ongeloofwaardig dat iemand vanwege behoefte aan contacten met de (digitale) buitenwereld toevallig in de wereld van kinderporno belandt. Daartoe heeft de verdachte immers zijn weg moeten zoeken in de moeilijk toegankelijke wereld van het dark web. Bovendien blijkt uit de inhoud van de onderliggende dossierstukken dat het kinderpornografisch materiaal dat de verdachte heeft gedownload een zeer specifieke categorie betreft (meisjes van nul tot vijftien jaar), terwijl er in het geval van willekeurig downloaden van kinderpornografisch materiaal sprake zou zijn geweest van veel ‘gevarieerder’ materiaal. Bovendien sluit deze selectie aan bij de vele door verdachte (gefantaseerde) sadistisch pornografische verhalen die hij met anderen gedeeld heeft over seks met jonge meisjes.
Het is een feit van algemene bekendheid dat kinderen die slachtoffer zijn geworden van de kinderporno-industrie nog jaren, zo niet blijvend nadelige psychische en vaak ook lichamelijke gevolgen ondervinden. De rechtbank houdt de verdachte, omdat hij heeft bijgedragen aan het in stand houden van de vraag naar en dus ook de vervaardiging en verspreiding van kinderporno, medeverantwoordelijk voor dit seksueel misbruik van kinderen. De verdachte is daar in zijn handelen volledig aan voorbij gegaan, hetgeen de rechtbank de verdachte zwaar aanrekent.
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van
10 februari 2022, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor strafbare feiten.
Reclassering Nederland heeft een adviesrapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd
5 oktober 2021. Dit rapport houdt, voor zover hier van belang en kort weergegeven, het volgende in.
De verdachte ontkent dat sprake is van een pedofiele voorkeur. Dit heeft hem echter niet
weerhouden om over een langere periode kinderporno te downloaden en te delen. Daarnaast heeft hij via een site contact gezocht met anderen om kinderporno uit te wisselen en heeft hij met hen uitgebreid van gedachten gewisseld over misbruik van kinderen. De reclassering maakt zich zorgen over dit gedrag. Het gedrag van de verdachte is dusdanig zorgelijk dat behandeling geïndiceerd is. Tijdens de behandeling kan getracht worden te achterhalen wat ten grondslag ligt aan de grensoverschrijdende wijze van handelen door de verdachte, naast de inzet van een veiligheidsplan vanuit De Waag, dat er toe strekt meer zicht te krijgen op en aandacht te geven aan zijn gedrag, om zo in de toekomst recidive te voorkomen. Het risico op recidive wordt ingeschat als gemiddeld. Het risico op onttrekken aan voorwaarden wordt ingeschat als laag.
Bij veroordeling tot een (deels) voorwaardelijke straf worden de volgende bijzondere voorwaarden geadviseerd:
  • meldplicht bij de reclassering;
  • ambulante behandeling;
  • vermijden contact met minderjarigen;
  • vermijden kinderporno;
  • andere voorwaarden het gedrag betreffende.
Op de terechtzitting van 12 oktober 2021 werd de voorlopige hechtenis van de verdachte met ingang van 13 oktober 2021 geschorst onder voorwaarden, onder meer inhoudende een meldplicht bij de reclassering en behandeling bij De Waag of een soortgelijke instelling.
Uit het voortgangsverslag van Reclassering Nederland van 10 februari 2022 blijkt onder meer dat de reclassering de verdachte heeft aangemeld voor behandeling bij De Waag en dat de behandeling aldaar is opgestart en dat verdachte zich aan de gestelde voorwaarden heeft gehouden.
Psycholoog [naam] heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd
26 augustus 2021. Dit rapport houdt, voor zover hier van belang en kort weergegeven, het volgende in.
De verdachte is lijdende aan een psychische stoornis, te weten een ongespecificeerde parafiele stoornis, zo ook ten tijde van het thans bewezen verklaarde feit. Deze stoornis beïnvloedde verdachtes gedragskeuzes en gedragingen ten tijde van het thans bewezen verklaarde feit niet significant. Het thans bewezen verklaarde feit is de verdachte geheel toe te rekenen. Het recidiverisico wordt ingeschat als laag. Aanbevolen wordt een traject van ambulante therapeutische begeleiding gericht op feiten als het thans bewezen verklaarde door een forensische kliniek als De Waag of Fivoor. Dit binnen het kader van een (deels) voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden.
Nu de conclusie van de psycholoog wat betreft de toerekeningsvatbaarheid van de verdachte gedragen wordt door diens bevindingen en door hetgeen ook overigens op de terechtzitting is gebleken, neemt de rechtbank die conclusie over en maakt die tot de hare. De verdachte wordt dus toerekeningsvatbaar geacht.
Dat is anders ten aanzien van het door de psycholoog als laag ingeschatte risico op recidive. Gelet op de aard en de omvang van het thans bewezen verklaarde feit en het gegeven dat de verdachte hardnekkig onder een andere naam is verder gegaan op het forum [naam forum] nadat de beheerder daarvan het oorspronkelijke account van verdachte had gesloten vanwege de inhoud van verdachtes chats, schat de rechtbank dit risico minst genomen in als gemiddeld, zoals door de reclassering gerapporteerd.
Gezien de ernst van het feit kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf. Bij de bepaling van de duur van de gevangenisstraf heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die in soortgelijke zaken plegen te worden opgelegd.
Standpunt van de verdediging inzake de strafmaat
De verdediging vindt dat er om twee redenen strafvermindering moet plaatsvinden.
Bij de start van het onderzoek is met toestemming van een verdachte in een andere zaak ingelogd, met diens gebruikersnaam en wachtwoord, op de het forum [naam forum]. Uit het desbetreffende proces-verbaal blijkt dat dit is gebeurd ‘na overleg met de officier van justitie’. Hiervoor had echter een bevel als bedoeld in artikel 126j van het Wetboek van Strafvordering moeten worden afgegeven.
Daarnaast is op 1 december 2021, terwijl de officier van justitie eerder al had gezegd dat het onderzoek gereed was, nog een getuige ( [naam getuige] ) door de politie gehoord, waarvan de raadsvrouw niet in kennis was gesteld.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank ziet in de door de verdediging aangevoerde omstandigheden geen aanleiding tot strafvermindering.
De politie kon op grond van de daartoe gegeven toestemming van de betrokkene met diens inloggegevens, inloggen op [naam forum]. Dat dit is gebeurd na overleg met de officier van justitie maakt niet dat het de inzet van een bijzondere opsporingsbevoegdheid is geworden. Het stelselmatige inwinnen van informatie als bedoeld in artikel 126j van het Wetboek van Strafvordering, waarnaar de raadsvouw verwijst, is hier niet aan de orde. Een betreffend bevel was dan ook niet nodig.
In het feit dat de officier van justitie nog een getuige in het opsporingsonderzoek laat horen nadat eerder is meegedeeld dat het onderzoek klaar was, ziet de rechtbank, hoewel wellicht wat ongelukkig, geen aanleiding tot strafvermindering. Al was dat in dit geval netjes geweest, er is geen verplichting de verdediging van te voren op de hoogte te stellen van een getuigenverhoor door de politie. Het stond de verdediging uiteraard vrij om zelf een verzoek tot het horen van de betrokken getuige te doen. Bij die stand van zaken is de verdediging door de gang van zaken niet in enig belang geschaad.
De beide verweren, gevoerd in het kader van de strafmaat, worden dan ook verworpen.
Nu de reclassering en de psycholoog begeleiding en bijzondere voorwaarden noodzakelijk achten, zal de rechtbank een deel van de voorgenomen straf voorwaardelijk opleggen, met de voorwaarden die hierna worden genoemd. Dit voorwaardelijk strafdeel dient er tevens toe de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen.
Zoals hiervoor vermeld, werd de voorlopige hechtenis van de verdachte geschorst met ingang van 13 oktober 2021. De verdachte had toen in totaal 104 dagen in voorlopige hechtenis doorgebracht.
Ondanks het pleidooi daartoe van de verdediging, zal het onvoorwaardelijk deel van de aan de verdachte op te leggen gevangenisstraf langer zijn dan de door de verdachte ondergane voorlopige hechtenis. Deze periode van 104 dagen detentie doet geen recht aan de ernst van het thans bewezen verklaarde feit. Het gegeven dat de voorlopige hechtenis van de verdachte eerder werd geschorst en de omstandigheid dat hij inmiddels is gestart met een behandeling bij De Waag, staan aan oplegging van een langer onvoorwaardelijk deel van de gevangenisstraf dan de tijd die de verdachte in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht niet in de weg. De behandeling van de verdachte bij De Waag kan bij aanvang van het voorwaardelijk deel van de gevangenisstraf weer opgepakt worden.
De rechtbank houdt, meer dan kennelijk de officier van justitie, rekening met het vrijwel blanco strafblad en de gevorderde leeftijd van de verdachte en komt tot een lager onvoorwaardelijk deel dan geëist. Zij vindt de na te noemen straf passend en geboden.
De rechtbank ziet bij de duur van het onvoorwaardelijk deel van de op te leggen gevangenisstraf geen aanleiding tot dadelijke uitvoerbaarheid als bedoeld in artikel 14e van het Wetboek van Strafvordering. Ook de vordering tot opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis zal de rechtbank afwijzen. Zij ziet daartoe geen dringende reden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal plaatsvinden binnen een penitentiaire inrichting, tot het moment dat de veroordeelde in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

8..In beslag genomen voorwerpen

De op de lijst van in beslag genomen en niet teruggegeven voorwerpen onder 1 tot en met 9 vermelde voorwerpen (verschillende hardware waarop kinderporno is aangetroffen) zullen worden onttrokken aan het verkeer.
Het ongecontroleerde bezit daarvan is in strijd met de wet.
Het bewezen feit is met behulp van voornoemde voorwerpen begaan.

9..Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36b, 36c, 57, 240b van het Wetboek van Strafrecht.

10.. Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

11.. Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 18 (achttien) maanden;
bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot
6 (zes) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een
proeftijd, die wordt gesteld op
3 (drie) jaar;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd een bijzondere voorwaarde niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als
algemene voorwaardedat de veroordeelde zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig zal maken;
stelt als
bijzondere voorwaarden:
de veroordeelde zal zich melden bij Reclassering Nederland (hierna: de reclassering), zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht en houdt zich aan de aanwijzingen van de reclassering;
de veroordeelde zal zich onder ambulante behandeling stellen van De Waag of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering, voor zijn problematiek, na ingang van de proeftijd, gedurende de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt;
de veroordeelde zal op geen enkele wijze contact zoeken met minderjarigen en zal deze contacten zoveel mogelijk vermijden;
de veroordeelde onthoudt zich op welke wijze dan ook:
van het op digitale wijze met een seksuele intentie communiceren met
minderjarigen/kinderen;
van gedragingen die zijn gericht op internetomgevingen waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen;
van gedragingen die zijn gericht op internetomgevingen waarin over seksuele handelingen met minderjarigen/kinderen wordt gecommuniceerd;
van het aanwezig hebben of gebruiken van wisprogramma's op zijn digitale apparatuur;
de veroordeelde zal niet van adres wijzigen c.q. verhuizen zonder overleg met en toestemming van de reclassering;
overnachtingen op een ander adres dan zijn vaste verblijfsadres, worden vooraf met de reclassering besproken;
verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven genoemde bijzondere voorwaarden:
de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht aanbieden;
de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken ;
geeft opdracht aan de reclassering tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden, waarbij het toezicht op de onder 4 vermelde voorwaarde onder andere kan bestaan uit controles van geautomatiseerde werken en digitale gegevensdragers; de verdachte werkt daaraan mee tijdens een huisbezoek; deze controles mogen gedurende de proeftijd van 3 (drie) jaar maximaal 3 (drie) keer per jaar worden uitgevoerd en mogen – voor zover het gedrag bedoeld onder b) en c) van de onder 4 gestelde voorwaarde betreft – slechts op zodanige wijze worden uitgevoerd dat niet door een persoon kennis wordt genomen van de inhoud van elektronische bestanden (geautomatiseerde controle is derhalve wel toegestaan). Ten behoeve van deze controle mag een deskundige (niet zijnde een opsporingsambtenaar) de reclassering (technische) ondersteuning bieden;
wijst af de vordering tot dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden en het reclasseringstoezicht;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
beslist ten aanzien van de voorwerpen, geplaatst op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, als volgt:
verklaart
onttrokken aan het verkeerde onder 1 tot en met 9 vermelde voorwerpen;
wijst af de vordering tot opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte;
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte, die bij eerdere beslissing is geschorst.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. A.M.G. van der Kragt, voorzitter,
en mrs. K. Bakker en F.J.E. van Rossum, rechters,
in tegenwoordigheid van R. Meulendijk, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 10 maart 2022.
De oudste rechter en de jongste rechter zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst nader omschreven tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij,
op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 4 april 2018 tot en met 2 februari 2021 te Leiden, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging van met een of meer anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal
(telkens) een (aantal) afbeelding(en), te weten foto’s en/of video’s/films,
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet
had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken,
heeft verspreid en/of aangeboden en/of openlijk tentoongesteld en/of ingevoerd en/of doorgevoerd
en/of uitgevoerd en/of verworven en/of in bezit gehad en/of
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een
communicatiedienst de toegang heeft verschaft,
welke seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven – bestonden uit:
het met de/een penis en/of de/een vinger/hand en/of een voorwerp
oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of door een persoon die de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
  • [bestandsnaam 1] (p. 1-024)
  • [bestandsnaam 2] (p. 1-024)
  • [bestandsnaam 3] (p. 1-025)
  • [bestandsnaam 4] (p. 1-025)
  • [bestandsnaam 5] (p. 1-026)
  • [bestandsnaam 6] (p. 1-026)
  • [bestandsnaam 7] (p. 1-026)
  • [bestandsnaam 8] (p. 1-026 en 1-027)
  • [bestandsnaam 9] (p. 1-028)
  • [bestandsnaam 10] (p. 1-028)
  • [bestandsnaam 11] (p. 1-029)
  • [bestandsnaam 12] (p. 1-029)
  • [bestandsnaam 13] (p. 1-030)
  • [bestandsnaam 14] (p. 1-032)
  • [bestandsnaam 15] (p. 1-032)
  • [bestandsnaam 16] (p. 1-032)
en/of
het ejaculeren en/of zichtbaar maken van sperma bij/op het lichaam van een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het houden van de penis dicht bij het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
waarbij de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
  • [bestandsnaam 17] (p. 1-025)
  • [bestandsnaam 18] (p. 1-025)
  • [bestandsnaam 19] (p. 1-027)
  • [bestandsnaam 20] (p. 1-028 en 1-029)
  • [bestandsnaam 21] (p. 1-030)
  • [bestandsnaam 22] (p. 1-033)
en/of
het met de/een penis en/of de/een vinger/hand en/of een voorwerp en/of een/de voet(en) en/of de mond/tong
betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of de billen en/of de borsten
van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of door een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
  • [bestandsnaam 23] (p. 1-024)
  • [bestandsnaam 24] (p. 1-026)
  • [bestandsnaam 25] (p. 1-027 en 1-028)
  • [bestandsnaam 26] (p. 1-029)
  • [bestandsnaam 27] (p. 1-029)
  • [bestandsnaam 28] (p. 1-029)
  • [bestandsnaam 29] (p. 1-032 en 1-033)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren
van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt,
waarbij deze persoon opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of in een (erotisch
getinte) houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of
waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van
zijn/haar kleding ontdoet en/of
(waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden
van deze persoon en/of de uitsnede van de foto’s/films
nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die persoon in beeld
gebracht worden,
waarbij de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling en/of sadomasochistische elementen bevat
  • [bestandsnaam 30] (p. 1-024)
  • [bestandsnaam 31] (p. 1-024 en 1-025)
  • [bestandsnaam 32] (p. 1-027)
  • [bestandsnaam 33] (p. 1-027)
  • [bestandsnaam 34] (p. 1-027)
  • [bestandsnaam 35] (p. 1-028)
  • [bestandsnaam 36] (p. 1-028)
  • [bestandsnaam 37] (p. 1-029 en 1-030)
  • [bestandsnaam 38] (p. 1-030)
  • [bestandsnaam 39] (p. 1-030)
  • [bestandsnaam 40] (p. 1-031)
  • [bestandsnaam 41] (p. 1-033)
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.