Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Het procesverloop
- het verzoekschrift, ontvangen ter griffie op 3 februari 2022;
- de overgelegde producties.
Rechtbank Rotterdam
Op 8 februari 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven inzake de benoeming van een vereffenaar voor de nalatenschap van de heer [naam erflater], die op 10 oktober 2021 is overleden. De verzoekster, dochter van de overledene, heeft de nalatenschap beneficiair aanvaard op 23 november 2021. De rechtbank is bevoegd om van de zaak kennis te nemen op basis van de woonplaats van de erflater, zoals bepaald in artikel 268 lid 1 Rv. De verzoekster heeft aangegeven niet in staat te zijn om de nalatenschap zelf te vereffenen, omdat deze te complex is en er mogelijk andere erfgenamen zijn. Daarom heeft zij verzocht om de benoeming van mr. B.H. Knoop-Bergsma als vereffenaar.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er voldoende belang is bij de benoeming van een professionele vereffenaar, die de rechten van de nalatenschap kan waarborgen en een nader erfgenamenonderzoek kan uitvoeren. De rechtbank heeft het verzoek toegewezen en mr. Knoop-Bergsma benoemd tot vereffenaar. De benoeming dient bekendgemaakt te worden in de (digitale) Staatscourant en de vereffenaar moet een nader erfgenamenonderzoek uitvoeren. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de griffier is opgedragen om de benoeming in te schrijven in het boedelregister van de rechtbank.
Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Den Haag, binnen een termijn van drie maanden na de uitspraak voor de verzoekende partij en verschenen belanghebbenden, en binnen drie maanden na betekening voor andere belanghebbenden.