ECLI:NL:RBROT:2022:144
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep inzake Ziektewetuitkering na bezwaar door ex-werkgever
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 10 januari 2022 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijk geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. C.F.M. van den Ekart, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, vertegenwoordigd door S. Barto. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen een besluit van de verweerder, waarin werd vastgesteld dat zij recht had op een Ziektewetuitkering. De ex-werkgever van eiseres, Actief Werkt!, had echter bezwaar gemaakt tegen dit besluit, wat leidde tot een bestreden besluit van 10 februari 2021 waarin het bezwaar ongegrond werd verklaard. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep niet-ontvankelijk is.
De rechtbank overweegt dat volgens artikel 6:13 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) geen beroep kan worden ingesteld als er geen bezwaar is gemaakt door de belanghebbende zelf, tenzij dit redelijkerwijs niet kan worden verweten. In dit geval heeft de ex-werkgever bezwaar gemaakt en niet eiseres zelf. De rechtbank concludeert dat eiseres geen argumenten heeft aangevoerd die rechtvaardigen dat zij niet zelf bezwaar had moeten maken. Bovendien blijkt uit het bestreden besluit dat de restverdiencapaciteit van eiseres zelfs is verlaagd, wat betekent dat het besluit niet nadeliger voor haar uitpakt.
De rechtbank heeft daarom het beroep van eiseres niet-ontvankelijk verklaard en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan.