ECLI:NL:RBROT:2022:1439
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering van de schone lei in het kader van de schuldsaneringsregeling wegens tekortkomingen in informatie- en sollicitatieverplichtingen
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 31 januari 2022 uitspraak gedaan over de weigering van de schone lei voor een schuldenares die onder de schuldsaneringsregeling valt. De rechtbank oordeelde dat de schuldenares toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen, waaronder de informatieverplichting en de sollicitatieverplichting. De schuldenares was niet verschenen op meerdere zittingen en had geen adequate informatie verstrekt aan haar bewindvoerder, wat leidde tot een geschatte boedelachterstand van € 1.645,99. De rechtbank stelde vast dat de schuldenares niet had voldaan aan de verplichtingen die voortvloeien uit de schuldsaneringsregeling, zoals het aanleveren van benodigde documenten en het actief solliciteren. De rechtbank overwoog dat de schuldenares, ondanks waarschuwingen van de rechter-commissaris, niet in staat was om haar tekortkomingen te verhelpen. De rechtbank concludeerde dat de schone lei niet kon worden verleend, omdat de schuldenares niet had aangetoond dat haar tekortkomingen van bijzondere aard of geringe betekenis waren. De rechtbank besloot dat de toepassing van de schuldsaneringsregeling eindigt op het moment dat de slotuitdelingslijst verbindend is geworden, maar dat de verplichtingen van de schuldenares eindigen op 15 november 2021. Het salaris van de bewindvoerder werd vastgesteld op maximaal € 3.444,92.