In de strafzaak tegen de verdachte, die deel uitmaakt van de megazaak CAOS, werd de verdachte beschuldigd van het samen met anderen voorbereiden van de invoer van cocaïne in Nederland. De rechtbank heeft op basis van het onderzoek op de zittingen van 25 januari 2022 en 1 februari 2022, en na sluiting van het onderzoek op 9 februari 2022, geoordeeld dat de beschuldigingen niet wettig en overtuigend zijn bewezen. De verdachte is vrijgesproken van de tenlastelegging. De officier van justitie had betoogd dat de verdachte betrokken was bij voorbereidingshandelingen voor de invoer van cocaïne, maar de rechtbank concludeerde dat de rol van de verdachte beperkt was tot adviserende gesprekken met medeverdachten. De rechtbank oordeelde dat er geen bewijs was dat de verdachte opzet had op de voorbereidingshandelingen voor de invoer van cocaïne. De betrokkenheid van de verdachte bij de ontmoetingen met de medeverdachten op 7 en 16 augustus 2018 was niet voldoende om te concluderen dat hij medepleger was van de ten laste gelegde feiten. De rechtbank heeft ook beslist over de in beslag genomen geldbedragen, waarbij de bewaring ten behoeve van de rechthebbende is gelast.