Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 primair, 2, 3, 4, 5 en 6 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 360 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 297 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar en als bijzondere voorwaarden een meldplicht, ambulante behandeling, begeleid wonen en een drugs- en alcoholverbod;
- oplegging van de gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel ex artikel 38z van het Wetboek van Strafrecht;
- volledige tenuitvoerlegging van de voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf in de zaak met parketnummer 10/224330-21 en omzetting daarvan in een taakstraf van 42 uur, te vervangen door 21 dagen hechtenis.
4.Waardering van het bewijs
dereambtenaren, te weten [naam02] en [naam03], hoofdagenten bij
5.Strafbaarheid feiten
1.poging zware mishandeling;
2.mishandeling;
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen;
4.bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, meermalen gepleegd;
eenvoudige belediging, terwijl de belediging wordt aangedaan aan een ambtenaar gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, meermalen gepleegd;
opzettelijk niet voldoen aan een bevel of vordering, krachtens wettelijk voorschrift gedaan door een ambtenaar belast met het opsporen of onderzoeken van strafbare feiten, meermalen gepleegd.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf en maatregel
8.Vordering tenuitvoerlegging
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 360 (driehonderd-zestig) dagen;
298 (tweehonderdachtennegentig) dagenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
proeftijd, die wordt gesteld op
3 (drie) jaar;
maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking;
1 (één) jaar;