In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 26 april 2022 een beschikking gegeven in het kader van de Wet homologatie onderhands akkoord (WHOA). Verzoekster, een besloten vennootschap, heeft op 15 oktober 2021 een verklaring ter griffie gedeponeerd om een akkoordprocedure buiten faillissement te starten. De rechtbank heeft eerder verzoeken van verzoekster tot het afkondigen en verlengen van een afkoelingsperiode toegewezen. Op 8 april 2022 heeft verzoekster verzocht om de aanstelling van een observator, omdat zij zich in de afrondingsfase van het WHOA-traject bevond. De rechtbank heeft op 22 april 2022 een zitting gehouden waarin verschillende partijen, waaronder advocaten en een middellijk bestuurder van verzoekster, zijn gehoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aanstelling van een observator noodzakelijk is om de belangen van de schuldeisers te waarborgen en om toezicht te houden op de totstandkoming van het akkoord. De rechtbank heeft mr. R. Slotboom aangesteld als observator en bepaald dat de kosten voor rekening van verzoekster komen. De beslissing is openbaar uitgesproken op 26 april 2022.