In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 15 december 2022, wordt een verzoek tot ondertoezichtstelling van een ongeboren kind en een minderjarig kind behandeld. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om de ondertoezichtstelling voor de duur van twaalf maanden, met als doel de veiligheid en ontwikkeling van de kinderen te waarborgen. De moeder, die een lange hulpverleningsgeschiedenis heeft, heeft positieve ontwikkelingen laten zien, maar er zijn zorgen over haar vermogen om de zorg voor de kinderen zelfstandig te dragen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er ernstige ontwikkelingsbedreigingen zijn voor zowel het minderjarige kind als het ongeboren kind, en dat de betrokkenheid van een jeugdbeschermer noodzakelijk is. De kinderrechter heeft daarom besloten om de kinderen onder toezicht te stellen van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming west Zuid-Holland, met ingang van 15 december 2022 tot 15 december 2023. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en kan door belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak worden aangevochten. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door mr. G.M. Paling, kinderrechter, in aanwezigheid van mr. W.A. Graven, als griffier.