Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- het verzoekschrift, met producties;
- het verweerschrift, tevens houdende voorwaardelijk ontbindingsverzoek, met producties;
- de e-mail van 11 januari 2022 aan de zijde van [verzoekster], met productie.
2..De feiten
Het uit bed halen van cliënten en ondersteunen bij ADL;
Het begeleiden van cliënten gedurende de dag;
Observeren, signaleren en noteren van gedrag van cliënten
U bent arbeidsongeschikt sinds 16 maart 2020. Op 11 oktober jl. heeft u een start gemaakt met uw re-integratie in aangepaste werkzaamheden voor 3 x 3 uur per week. Dit betroffen administratieve werkzaamheden vanuit huis.
Op respectievelijk 28 oktober en 23 november jl. is er contact geweest tussen u en de Praktijkondersteuner Bedrijfsarts (hierna: POB). Hierin zijn de beperkingen aangegeven waarmee rekening gehouden moest worden met de re-integratie. Op 23 december jl. heeft de POB vastgesteld dat de medische situatie van u nog steeds ongewijzigd was. U ervaarde nog beperkingen waardoor verdere uitbreiding van uren nog niet aan orde was.
In oktober 2020 is door u een contract getekend bij uitzendbureau [naam bedrijf] voor 32 uur per week voor de periode van 1 november 2020 tot en met 31 december 2020. Dit was in dezelfde periode dat de POB heeft geconstateerd dat u uw uren bij Antes niet kon uitbreiden vanwege beperkingen.
U heeft een VOG aangevraagd op naam van uitzendbureau [naam bedrijf]. Deze had u nodig in verband met een dienstverband bij [naam bedrijf]. Deze VOG heeft u bij Antes ingeleverd.
Op dinsdag 13 april jl. is uw leidinggevende tot de ontdekking gekomen dat u in de maanden november- en december 2020 via uitzendbureau [naam bedrijf] hebt gewerkt bij [naam organisatie], een zorgorganisatie in de functie van Begeleider. Dit is precies dezelfde functie als die u heeft binnen Antes. De werklocatie van [naam organisatie] bevond zich in [adres]. Deze locatie staat bekend onder de naam [naam locatie].
U heeft in de maand november 2020 a 89,75 uren gedeclareerd en voor de maand december 2020 a 7,5 uur gedeclareerd aan werkzaamheden binnen [naam organisatie].
U werkte binnen [naam organisatie] als Begeleider op een cohort afdeling voor cliënten die besmet waren met het Corona-virus en door verschillende ziektebeelden (GGZ/VG) niet in staat zijn om in quarantaine te blijven vanwege de ernst van hun beperking. Deze cliënten groep wordt gezien als een zwaardere categorie cliënten. De Corona- unit is een maand na opening weer gesloten i.v.m. afname aantallen cliënten.
In de periode dat u werkzaam was bij [naam organisatie], werkte u binnen Antes in de functie van Begeleider 5 en conform advies van de bedrijfsarts in aangepaste werkzaamheden vanwege beperkte arbeidsmogelijkheden.
U heeft bij [naam organisatie] in de functie van Begeleider op een cohortafdeling gewerkt terwijl het beleid binnen Antes / Parnassia Groep is dat het gezien alle corona maatregelen niet toegestaan is om in een directie zorgfunctie werkzaam te zijn binnen een andere zorginstelling om zo de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. Dit had u kunnen en moeten weten.
U heeft uw werkgever Antes benadeeld en u heeft onnodige gezondheidsrisico’s genomen.
U heeft Antes en de bedrijfsarts van Antes niet op de hoogte gesteld dat u een contract aan zou gaan bij een tweede werkgever.
3..Het verzoek
[opmerking kantonrechter: bedoeld zal zijn artikel 6:119 BW]tot aan de dag der algehele betaling;
4..Het verweer en het voorwaardelijk tegenverzoek
5..De beoordeling
uit bed halen van cliënten en ondersteunen bij ADL, het begeleiden van cliënten gedurende de dag en het observeren, signaleren en noteren van gedrag van cliënten’. Verder blijkt uit deze bepaling dat [verzoekster] heeft aangegeven in beginsel voor 32 uur per week beschikbaar te zijn voor het uitvoeren van de opdracht. Uit de door [verzoekster] overgelegde specificaties blijkt dat zij over de maand november 2020 89,75 uur en voor de maand december 2020 7,5 uur wegens verrichte werkzaamheden bij [naam organisatie] heeft gedeclareerd en uitbetaald heeft gekregen.