Uitspraak
1..Inleiding
2..Procesverloop
3..Adviezen
4..Standpunt van partijen
5..Beoordeling
6..Beslissing
2 (twee) jaren;
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 20 december 2022 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een ter beschikking gestelde, geboren in 1964. De terbeschikkingstelling was oorspronkelijk gelast door het gerechtshof Den Haag op 1 maart 2000, na een veroordeling voor poging tot zware mishandeling en bedreiging. De rechtbank ontving op 8 november 2022 een vordering van het openbaar ministerie om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen. Tijdens de openbare zitting zijn de ter beschikking gestelde, zijn raadsman mr. J.G.D. Rutten, en deskundige drs. [deskundige01] gehoord. De instelling adviseerde de verlenging van de terbeschikkingstelling, gezien de bipolaire stoornis, persoonlijkheidsstoornis en de risico's van terugval in gewelddadig gedrag bij beëindiging van de maatregel. De rechtbank oordeelde dat de ter beschikking gestelde nog steeds een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens vertoont, en dat de veiligheid van anderen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling wordt verlengd. De rechtbank wees het verzoek van de raadsman om de behandeling aan te houden voor een maatregelrapport af, evenals het verzoek om voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging. De rechtbank verlengde de terbeschikkingstelling met twee jaar en wees het meer of anders verzochte af. De beslissing werd genomen door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee rechters, en is openbaar uitgesproken.