Op 15 december 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1999, die werd beschuldigd van het voorhanden hebben van een pistool, munitie en een geluiddemper. De verdachte werd aangetroffen achter bosjes, waar een patroonhouder met acht patronen en een autosleutel van een gehuurde auto werd gevonden. In de auto lag een geluiddemper en onder de auto een pistool. De rechtbank oordeelde dat er voldoende wettig bewijs was voor de betrokkenheid van de verdachte bij deze wapens, ondanks zijn ontkenning en de suggestie van mogelijke betrokkenheid van anderen. De rechtbank achtte de verdachte strafbaar en legde een gevangenisstraf op van acht maanden, waarvan drie maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank motiveerde de straf door de ernst van de feiten en de impact op de samenleving, en hield rekening met het strafblad van de verdachte, dat geen eerdere wapengerelateerde feiten vertoonde. De rechtbank besloot dat de verdachte een deel van de straf voorwaardelijk zou ondergaan, om hem te weerhouden van toekomstige strafbare feiten.