ECLI:NL:RBROT:2022:11584

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
31 oktober 2022
Publicatiedatum
6 januari 2023
Zaaknummer
646104 / HA RK 22-1047
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Verschoning
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van een verzoek tot verschoning in een civiele procedure

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 31 oktober 2022 een verzoek tot verschoning afgewezen. Het verzoek was ingediend door mr. P. Joele, senior rechter in de rechtbank Rotterdam, in het kader van een civiele procedure tussen de Stichting Albert Schweitzer Ziekenhuis als verzoekster en een verweerster, vertegenwoordigd door mr. D. Müskens. De rechter verzocht zich te mogen verschonen omdat de verweerster in het verleden in de straat van de rechter heeft gewoond en mogelijk bekend is met de rechter. De rechtbank oordeelde dat de omstandigheid dat de verweerster de voorkeur zou geven aan een andere rechter, niet voldoende was om te concluderen dat de rechterlijke onpartijdigheid in gevaar zou komen. De rechtbank benadrukte dat rechters uit hoofde van hun aanstelling vermoed worden onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. De aangevoerde omstandigheden boden geen zwaarwegende aanwijzingen voor een subjectieve onpartijdigheid van de rechter. Daarom werd het verzoek tot verschoning afgewezen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Meervoudige kamer voor verschoningszaken
Zaaknummer / rekestnummer : 646104 / HA RK 22-1047
Beslissing van 31 oktober 2022
op het verzoek van:
mr. P. Joele,
senior rechter in de rechtbank Rotterdam, team kanton 2 (hierna: de rechter),
ertoe strekkende zich te mogen verschonen in de zaak van:
de stichting
Stichting Albert Schweitzer Ziekenhuis,
gevestigd te Dordrecht,
verzoekster,
gemachtigde mr. D.I.M.E. Hermans te ’s-Hertogenbosch,
tegen
mevrouw
[naam verweerster],
wonende te [woonplaats] ,
verweerster,
gemachtigde mr. D. Müskens te Dordrecht.

1.Het procesverloop en de processtukken

1.1.
In de verzoekschriftprocedure met kenmerk 10091140 HA VERZ 22-74 van verzoekster tegen verweerster, beiden hierboven genoemd, zijn partijen bij brieven van de griffier van 13 september 2022 opgeroepen voor een mondelinge behandeling ter zitting van 18 november 2022. Daarbij is aan partijen meegedeeld dat de zaak op die zitting zal worden behandeld door de rechter.
1.2.
Op 12 oktober 2022 heeft de rechter een schriftelijk verzoek tot verschoning gedaan.
1.3.
Aan de verschoningskamer is ter beschikking gesteld het dossier van de hiervoor omschreven procedure, waarin zich onder meer bevinden:
  • het inleidende verzoekschrift;
  • de hiervoor genoemde brieven van de griffier van 13 september 2022 en
  • de brief van de gemachtigde van verweerster aan de rechter, gedateerd 11 oktober 2022.

2.Het verzoek

2.1.
Ter adstructie van het verzoek om verschoning heeft de rechter het volgende aangevoerd – verkort en zakelijk weergegeven.
2.2.
In deze zaak is een brief binnengekomen van de advocaat van verweerster. Door deze brief weet de rechter dat verweerster iemand is die destijds bij de rechter in de straat heeft gewoond en dat zij kennelijk weet wie de rechter is. Gegeven dat verweerster om deze reden - die de rechter zich overigens best voor kan stellen - de voorkeur geeft aan behandeling door een andere rechter, verzoekt de rechter zich in deze zaak te mogen verschonen.

3.De beoordeling

3.1.
Verschoning is een middel ter verzekering van de onpartijdigheid van de rechter. Voorop dient te staan dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij zich uitzonderlijke omstandigheden voordoen die zwaarwegende aanwijzingen opleveren voor het oordeel dat een rechter jegens een partij een vooringenomenheid koestert, althans dat de bij deze partij dienaangaande bestaande vrees objectief gerechtvaardigd is.
3.2.
Aan de door de rechter aangevoerde omstandigheden valt geen aanwijzing te ontlenen voor het oordeel dat de rechter - subjectief - niet onpartijdig is.
3.3.
Te onderzoeken staat vervolgens of de aangevoerde omstandigheden niettemin een zwaarwegende aanwijzing opleveren voor het oordeel dat de vrees dat de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden - objectief - gerechtvaardigd is.
3.4.
De verschoningskamer is van oordeel dat dit niet het geval is en overweegt daartoe als volgt.
3.5.
De omstandigheid dat mogelijk voorstelbaar is dat verweerster de zaak liever door een andere rechter behandeld zou willen zien om de door haar genoemde reden, levert niet een zwaarwegende aanwijzing op voor het oordeel dat de vrees dat de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen leiden – objectief – gerechtvaardigd is.
3.6.
Het verzoek wordt om deze reden afgewezen.

4.De beslissing

De rechtbank:
- wijst af het verzoek van mr. P. Joele zich in de verzoekschriftprocedure met kenmerk 10091140 HA VERZ 22-74 van de stichting Stichting Albert Schweitzer Ziekenhuis als verzoekster tegen [naam verweerster] als verweerster te mogen verschonen.
Deze beslissing is gegeven door mr. A.J.P. van Essen, voorzitter, mr. E.I. Mentink en
mr. M.B. van den Enden, rechters en door de voorzitter en J.A. Faaij, griffier ondertekend
op 31 oktober 2022.