ECLI:NL:RBROT:2022:11572

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
25 augustus 2022
Publicatiedatum
6 januari 2023
Zaaknummer
643519 / HA RK 22-864
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Burgerlijk procesrecht
Procedures
  • Verschoning
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een verschoningsverzoek in een wrakingsprocedure

Op 25 augustus 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam een verzoek tot verschoning toegewezen van mr. M. Fiege, rechter in de rechtbank Rotterdam, in een wrakingsprocedure tegen mr. C.P. van Gastel. De aanleiding voor het verzoek tot verschoning was de omstandigheid dat mr. Fiege en mr. Van Gastel tot 1 augustus 2022 teamgenoten waren en een kamer deelden. Dit leverde een zwaarwegende aanwijzing op voor de vrees dat de rechterlijke onpartijdigheid in het geding zou kunnen komen. De rechtbank oordeelde dat, hoewel mr. Fiege zich in staat achtte om onpartijdig te oordelen, de objectief gerechtvaardigde vrees voor een gebrek aan onpartijdigheid niet kon worden genegeerd. De rechtbank benadrukte dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling vermoed wordt onpartijdig te zijn, maar dat uitzonderlijke omstandigheden kunnen leiden tot een andere conclusie. In dit geval was de nauwe samenwerking tussen de rechters tot kort voor de zitting van de wrakingskamer op 1 september 2022 een relevante factor. De rechtbank besloot daarom het verzoek tot verschoning toe te wijzen, waarmee mr. Fiege zich mocht terugtrekken uit de behandeling van de wrakingsprocedure.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Meervoudige kamer voor verschoningszaken
Zaaknummer / rekestnummer : 643519 / HA RK 22-864
Beslissing van 25 augustus 2022
op het verzoek van:
mr. M. Fiege,
rechter in de rechtbank Rotterdam, team kanton 1, tevens lid van de wrakingskamer in die rechtbank (hierna: de rechter),
ertoe strekkende zich te mogen verschonen in de zaak betreffende het verzoek van:
[naam verzoeker tot wraking],
wonende te [woonplaats] ,
tot wraking van
rechter mr. C.P. van Gastel.

1.Het procesverloop en de processtukken

1.1.
Ter zitting van deze rechtbank op 17 augustus 2022 is behandeld de zaak van [naam verzoeker tot wraking] als eiser tegen Rijnland GDW als gedaagde, welke zaak als kenmerk heeft 10034682 \ VV EXPL 22-309.
1.2.
Op de genoemde zitting heeft [naam verzoeker tot wraking] wraking verzocht van rechter mr. C.P. van Gastel. De procedure betreffende dat wrakingsverzoek heeft als kenmerk 643162 / HA RK 22-832.
1.3.
In de wrakingsprocedure zijn de verzoeker [naam verzoeker tot wraking] en de gewraakte rechter mr. C.P. van Gastel bij brieven van de griffier van 18 augustus 2022 uitgenodigd voor de behandeling ter zitting van de wrakingskamer op 1 september 2022. In die brieven is meegedeeld dat de rechter deel zal uitmaken van de wrakingskamer van 1 september 2022.
1.4.
Op 25 augustus 2022 heeft de rechter een schriftelijk verzoek tot verschoning gedaan.
1.5.
Aan de verschoningskamer is ter beschikking gesteld het dossier van de hiervoor omschreven wrakingsprocedure.

2.Het verzoek

2.1.
Ter adstructie van het verzoek om verschoning heeft de rechter het volgende aangevoerd – verkort en zakelijk weergegeven – :
2.1.1.
Op 1 september 2022 maakt de rechter deel uit van de wrakingskamer. Die dag staat om 13.00 uur de zaak van [naam verzoeker tot wraking] tegen mr. C.P. van Gastel geagendeerd. Tot 1 augustus 2022 waren mr. Van Gastel en de rechter teamgenoten (team kanton 2) en deelden zij een kamer. Hoewel de rechter zich in staat acht de zaak op onpartijdige wijze te behandelen, kan de rechter zich voorstellen dat deze omstandigheden de objectief gerechtvaardigde vrees voor een gebrek aan onpartijdigheid van de rechter kunnen wekken. Daarom verzoekt zij zich in deze zaak te mogen verschonen.

3.De beoordeling

3.1.
Verschoning is een middel ter verzekering van de onpartijdigheid van de rechter. Voorop dient te staan dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij zich uitzonderlijke omstandigheden voordoen die zwaarwegende aanwijzingen opleveren voor het oordeel dat een rechter jegens een partij een vooringenomenheid koestert, althans dat de bij deze partij dienaangaande bestaande vrees objectief gerechtvaardigd is.
3.2.
Aan de door de rechter aangevoerde omstandigheden valt geen aanwijzing te ontlenen voor het oordeel dat de rechter - subjectief - niet onpartijdig is.
3.3.
Te onderzoeken staat vervolgens of de aangevoerde omstandigheden niettemin een zwaarwegende aanwijzing opleveren voor het oordeel dat de vrees dat de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden - objectief - gerechtvaardigd is.
3.4.
De rechtbank stelt voorop, dat het enkele feit dat de gewraakte rechter een voormalig teamgenoot is, niet in alle gevallen een reden is voor verschoning als lid van de wrakingskamer. Nu echter de rechter en de gewraakte rechter tot zeer recent geleden team en kamergenoten waren, levert de aangevoerde omstandigheid, in samenhang met het gegeven dat de rechter daarin aanleiding heeft gevonden zelf een verzoek in te dienen zich te mogen verschonen van de verdere behandeling van de zaak, naar het oordeel van de rechtbank op zichzelf een zwaarwegende aanwijzing als hiervoor onder 3.3 bedoeld op.
3.5.
Het verzoek wordt om deze reden toegewezen.

4.De beslissing

De rechtbank:
- wijst toe het verzoek van mr. M. Fiege zich te mogen verschonen in de wrakingsprocedure van [naam verzoeker tot wraking] tegen mr. C.P. van Gastel met kenmerk 643162 / HA RK 22-832.
Deze beslissing is gegeven door mr. A.P. Hameete, voorzitter, mr. E. Rabbie en
mr. drs. J. van den Bos, rechters.
Bij afwezigheid van de voorzitter is deze beslissing door mr. E. Rabbie en J.A. Faaij, griffier ondertekend op 25 augustus 2022.