ECLI:NL:RBROT:2022:11569

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
13 mei 2022
Publicatiedatum
6 januari 2023
Zaaknummer
637982 / HA RK 22-355
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Burgerlijk procesrecht
Procedures
  • Verschoning
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een verzoek tot verschoning van een rechter in een civielrechtelijke procedure

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 13 mei 2022 een verzoek tot verschoning toegewezen van mr. C. van Steenderen-Koornneef, senior rechter in de rechtbank Rotterdam, team kanton 2. Het verzoek tot verschoning werd ingediend in het kader van een civielrechtelijke procedure waarin mr. C. van Steenderen-Koornneef als rechter betrokken was. De rechter had eerder in een beschikking op 29 oktober 2019 overwogen dat een van de procespartijen, [naam gedaagde sub 1], in ernstige mate tekortgeschoten was in de vereffening van de nalatenschap van [naam erflater]. Deze eerdere uitspraak leidde tot de vrees dat de rechterlijke onpartijdigheid in het geding zou kunnen komen, wat aanleiding gaf tot het verzoek tot verschoning.

De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat, hoewel de rechter subjectief onpartijdig is, de omstandigheden objectief gezien een gerechtvaardigde vrees voor partijdigheid kunnen oproepen. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de aangevoerde omstandigheden een zwaarwegende aanwijzing opleveren voor de vrees dat de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden. Om deze reden is het verzoek tot verschoning toegewezen, zodat de rechter zich niet verder met de zaak hoeft te bemoeien.

De beslissing is genomen door een meervoudige kamer voor verschoningszaken, bestaande uit de voorzitter mr. K.J. Bezuijen en de rechters mr. M.C. Franken en mr. S.C.C. Hes-Bakkeren. De beslissing is ondertekend door mr. S.C.C. Hes-Bakkeren en griffier J.A. Faaij in afwezigheid van de voorzitter en de oudste rechter.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Meervoudige kamer voor verschoningszaken
Zaaknummer / rekestnummer : 637982 / HA RK 22-355
Beslissing van 13 mei 2022
op het verzoek van:
mr. C. van Steenderen-Koornneef,
senior rechter in de rechtbank Rotterdam, team kanton 2 (hierna: de rechter),
ertoe strekkende zich te mogen verschonen in de zaak van:
[naam vereffenaar] ,
in hoedanigheid van vereffenaar van de nalatenschap van [naam erflater] ,
hierna te noemen: [naam vereffenaar] q.q.,
wonende te [woonplaats] ,
eiser in conventie,
verweerder in (voorwaardelijke) reconventie,
advocaat mrs. Chr. Groenewoud en C.J.M. Verheggen te Rotterdam,
tegen

1.[naam gedaagde sub 1] , verder ook [naam gedaagde sub 1] ,

wonende te [woonplaats] ,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. M.J.P. Schipper te Alkmaar,

2.[naam gedaagde sub 2] ,

wonende te [woonplaats] ,
gedaagde in conventie,
eiser in (voorwaardelijke) reconventie,
advocaten mr. N.M.A. Deckers en mr. K.G.J. Boddaert te Eindhoven,

3.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[naam vennootschap] B.V.,
statutair gevestigd te [plaats] , kantoorhoudende te [plaats] ,
gedaagde,
advocaat mr. B.A.P. Sijben te Helmond,
en
[naam gevoegde partij] ,
wonende te [woonplaats] ,
gevoegde partij aan de zijde van gedaagden,
advocaat mr. J.C.Th. Papeveld, mr. V.J.K. Welten en mr. M. van der Meulen te Waalwijk,
hierna gezamenlijk aan te duiden als: [naam gedaagde sub 1] c.s.

1.Het procesverloop en de processtukken

Bij deze rechtbank is in behandeling de civielrechtelijke procedure tussen [naam vereffenaar] q.q. als eiser in conventie en verweerder in (voorwaardelijke) reconventie en [naam gedaagde sub 1] c.s. als gedaagde in conventie en – voor zover van toepassing – eiseres in (voorwaardelijke) reconventie. Die procedure heeft als kenmerk C/10/616284 / HA ZA 21-313.
Op 10 mei 2022 heeft de rechter een schriftelijk verzoek tot verschoning gedaan.
Aan de verschoningskamer is ter beschikking gesteld het dossier van de hiervoor omschreven civielrechtelijke procedure.

2.Het verzoek

2.1.
De rechter heeft verzocht zich te mogen verschonen van deelname aan de behandeling door de meervoudige kamer op 19 mei a.s. om 13.00 uur van de hiervoor onder 1. bedoelde civielrechtelijke zaak. Hoewel de rechter zich zeer wel in staat acht de zaak op onpartijdige wijze te behandelen kan zij zich voorstellen dat bij [naam gedaagde sub 1] de vrees is ontstaan dat de rechterlijke onpartijdigheid in objectieve zin schade lijdt, nu de rechter in haar beschikking van 29 oktober 2019 waarbij [naam vereffenaar] q.q. is benoemd tot vereffenaar van de nalatenschap van [naam erflater] onder r.o. 5.6 en 5.8 heeft overwogen dat [naam gedaagde sub 1] in ernstige mate is tekortgeschoten in de vereffening van de nalatenschap. De rechter voelt zich derhalve niet vrij de zaak te behandelen.

3.De beoordeling

3.1.
Verschoning is een middel ter verzekering van de onpartijdigheid van de rechter. Voorop dient te staan dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij zich uitzonderlijke omstandigheden voordoen die zwaarwegende aanwijzingen opleveren voor het oordeel dat een rechter jegens een partij een vooringenomenheid koestert, althans dat de bij deze partij dienaangaande bestaande vrees objectief gerechtvaardigd is.
3.2.
Aan de door de rechter aangevoerde omstandigheden valt geen aanwijzing te ontlenen voor het oordeel dat de rechter - subjectief - niet onpartijdig is.
3.3.
Te onderzoeken staat vervolgens of de aangevoerde omstandigheden niettemin een zwaarwegende aanwijzing opleveren voor het oordeel dat de vrees dat de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden - objectief - gerechtvaardigd is.
3.4.
De door de rechter aangevoerde omstandigheid, in samenhang met het gegeven dat de rechter daarin aanleiding heeft gevonden zelf een verzoek in te dienen zich te mogen verschonen van de verdere behandeling van de zaak, levert naar het oordeel van de rechtbank op zichzelf een zwaarwegende aanwijzing als hiervoor onder 3.3 bedoeld op.
3.5.
Het verzoek wordt om deze reden toegewezen.

4.De beslissing

De rechtbank:
- wijst toe het verzoek van mr. C. van Steenderen-Koornneef zich in de civielrechtelijke procedure van [naam vereffenaar] q.q. als eiser in conventie en verweerder in (voorwaardelijke) reconventie tegen [naam gedaagde sub 1] c.s. als gedaagden in conventie en – voor zover van toepassing – eisers in (voorwaardelijke) reconventie met kenmerk C/10/616284 / HA ZA 21-313 te mogen verschonen.
Deze beslissing is gegeven door mr. K.J. Bezuijen, voorzitter, mr. M.C. Franken en
mr. S.C.C. Hes-Bakkeren, rechters.
Bij afwezigheid van de voorzitter en de oudste rechter is deze beslissing door mr. S.C.C. Hes-Bakkeren en J.A. Faaij, griffier ondertekend op 13 mei 2022.