Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
- namens [eiseres01] de heer [naam01] (directeur), bijgestaan door de gemachtigde van [eiseres01] ;
- namens Woonstad de heer [naam02] (adviseur bedrijfshuisvesting), bijgestaan door de gemachtigde van Woonstad.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam, betreft het een kort geding dat is ingesteld door [eiseres01] tegen Stichting Woonstad Rotterdam. De mondelinge uitspraak vond plaats op 5 december 2022, naar aanleiding van een executiegeschil dat voortvloeit uit eerdere vonnissen van de kantonrechter van 25 november 2021 en 14 oktober 2022. De vorderingen van [eiseres01] zijn gericht op het schorsen van de tenuitvoerlegging van deze vonnissen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de belangenafweging in het executiegeschil in het voordeel van [eiseres01] uitvalt, omdat het belang van Woonstad voornamelijk financieel is en kan worden ondervangen door voorwaarden te stellen aan de schorsing. De kantonrechter heeft besloten de tenuitvoerlegging van de eerdere vonnissen te schorsen, onder de voorwaarde dat [eiseres01] de huur of schadevergoeding tijdig blijft betalen. Tevens zijn de proceskosten gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.