Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- het verzoekschrift met producties, ontvangen op 28 september 2022;
- een betekend exploot met oproepingsbrief van de rechtbank van 11 oktober 2022 voor de zitting op 25 oktober 2022 om 13.00 uur.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 22 november 2022 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen Verstegen Spices & Sauces B.V. en de werknemer, aangeduid als [verweerder01]. De werknemer is niet verschenen tijdens de zitting, die plaatsvond op 25 oktober 2022. Verstegen heeft verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van artikel 7:671b jo. artikel 7:669 lid 1 en lid 3 sub e BW, omdat de werknemer zijn re-integratieverplichtingen niet is nagekomen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de werknemer op juiste wijze is opgeroepen, maar desondanks niet is verschenen en geen verweer heeft gevoerd.
De feiten tonen aan dat de werknemer sinds 1 september 2003 in dienst was als magazijnmedewerker en dat hij een bruto maandsalaris ontving van € 2.752,10, exclusief overwerkloon. Verstegen heeft herhaaldelijk geprobeerd de werknemer te begeleiden in zijn re-integratie, maar de werknemer heeft hieraan niet meegewerkt. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer, omdat hij niet de passende arbeid heeft verricht en niet heeft gereageerd op oproepen van de werkgever en de bedrijfsarts.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat de arbeidsovereenkomst ontbonden kan worden zonder rekening te houden met de opzegtermijn, gezien de ernst van het verwijtbare handelen van de werknemer. De ontbinding is vastgesteld per 1 december 2022, en de kantonrechter heeft bepaald dat ieder van de partijen de eigen kosten van de procedure draagt. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de ontbinding onmiddellijk van kracht is, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die de werknemer zou kunnen aanwenden.