Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 14 oktober 2022, met producties;
- producties 1 tot en met 4 van de zijde van [gedaagde01] ;
- de spreekaantekeningen van C&K;
- de pleitnota van [gedaagde01] .
2.De feiten
Artikel 12: Concurrentiebeding
zie ook artikel 9 van de cao).”
3.Het geschil
- [gedaagde01] te verbieden te handelen in strijd met het concurrentiebeding uit de arbeidsovereenkomst;
- [gedaagde01] te veroordelen tot betaling van een dwangsom aan C&K van € 10.000,- per overtreding alsmede een bedrag van € 1.000,- voor iedere dag dat de overtreding voortduurt vanaf twee dagen na betekening van het vonnis;
- [gedaagde01] te veroordelen om aan C&K bij wege van voorschot te voldoen een bedrag van € 13.250,- aan verbeurde boetes, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 19 september 2022 tot aan de dag van algehele voldoening;
- [gedaagde01] te veroordelen om aan C&K te betalen een bedrag van € 907,50 aan buitengerechtelijke incassokosten;
- [gedaagde01] te veroordelen in de proceskosten en de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.