Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 18 juli 2022, met producties;
- de conclusie van antwoord tevens houdende exceptie van onbevoegdheid, met producties;
- het antwoord in het incident tevens conclusie van repliek tevens vermindering van eis;
- de e-mail van 14 november 2022 van [gedaagde01] , waarin hij bezwaar maakt tegen de conclusie van repliek.
2..Het geschil in de hoofdzaak
- voor recht te verklaren dat [gedaagde01] jegens Taste of Heaven toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de op hem rustende verbintenis om adequate rechtsbijstand te verlenen;
- een schadevergoeding, nader op te maken bij staat, met een voorschot van € 20.000,- met de wettelijke handelsrente vanaf 13 mei 2017;
- [gedaagde01] te veroordelen in de buitengerechtelijke kosten ter hoogte van € 4.000,- met de wettelijke rente vanaf 6 juli 2022;
- [gedaagde01] te veroordelen in de proceskosten met wettelijke rente;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
3..Het geschil in het incident
4..De beoordeling in het incident
5..De beslissing
woensdag 11 januari 2023om 10.00 uur;
€ 2.837,-en dat de verhoging van
€ 1.453,-binnen vier weken na de hiervoor genoemde roldatum moet zijn betaald, waarvoor Taste of Heaven een nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak (LDCR) zal ontvangen;
€ 1.301,-is verschuldigd en dat dat bedrag binnen vier weken na de hiervoor genoemde roldatum moet zijn betaald, waarvoor [gedaagde01] een nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak (LDCR) zal ontvangen;