Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden met aftrek van voorarrest.
4..Waardering van het bewijs
diewederrechtelijk toe te eigenen
diewederrechtelijk toe te eigenen
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Vorderingen benadeelde partijen
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11.. Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 8 (acht) maanden;
[naam benadeelde 1]niet-ontvankelijk in de vordering;
[naam benadeelde 1]in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, en begroot deze kosten op nihil;
[naam benadeelde 2], te betalen een bedrag van
€ 1.000,- (zegge: duizend euro), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 12 juni 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
[naam benadeelde 2]gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van
[naam benadeelde 2]te betalen
€ 1.000,-(hoofdsom,
zegge: duizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 juni 2021 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van maximaal
20 (twintig) dagen; de toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
[naam benadeelde 2], tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij en omgekeerd.