Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..[gedaagde 1],
1..Het verloop van de procedure
2..De vaststaande feiten
3..Het geschil
4..De beoordeling
5..De beslissing
:
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Stichting Walang, gevestigd te Lelystad, een vordering ingesteld tegen twee gedaagden wegens huurachterstand. De gedaagden, die in persoon procederen, huren een woning van Walang voor een huurprijs van € 715,35 per maand. Door persoonlijke en financiële omstandigheden, waaronder de coronacrisis, zijn de gedaagden in gebreke gebleven met de huurbetalingen, wat heeft geleid tot een huurachterstand van negen maanden. Walang heeft in de procedure ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde gevorderd, alsook betaling van de achterstallige huur en bijkomende kosten.
Tijdens de mondelinge behandeling op 7 april 2021 hebben partijen overeenstemming bereikt over een betalingsregeling. De gedaagden hebben zich verplicht om in totaal € 8.209,44 aan Walang te betalen, met een eerste aflossing van € 1.642,- uiterlijk op 30 mei 2021 en het restant van € 6.567,44 uiterlijk op 30 december 2021. De kantonrechter heeft deze betalingsregeling in het vonnis opgenomen en bepaald dat de ontbinding van de huurovereenkomst en de ontruiming van het gehuurde alleen zullen plaatsvinden indien de gedaagden niet aan hun betalingsverplichtingen voldoen.
De kantonrechter heeft de vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde toegewezen, maar met de voorwaarde dat dit alleen zal gebeuren als de gedaagden in gebreke blijven met de afgesproken betalingen. Het vonnis is uitgesproken door mr. A.J.M. van Breevoort en is uitvoerbaar bij voorraad.