Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verloop van de procedure
2..De vordering
3..De beoordeling
4..De beslissing
:
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Rotterdam, heeft de stichting Havensteder een kort geding aangespannen tegen een gedaagde die niet is verschenen. De vordering betreft de ontruiming van een huurwoning vanwege ernstige overlast die door de gedaagde en zijn bezoekers wordt veroorzaakt. Havensteder heeft klachten ontvangen van omwonenden over geluidsoverlast, drugsoverlast en bedreigingen door bezoekers van de gedaagde. Ondanks herhaalde verzoeken om de overlast te stoppen, heeft de gedaagde hieraan geen gehoor gegeven. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van een onhoudbare situatie en dat het belang van Havensteder om de overlast te beëindigen zwaarder weegt dan het belang van de gedaagde om in de woning te blijven. De kantonrechter heeft de vordering van Havensteder toegewezen en de gedaagde veroordeeld om binnen zeven dagen na betekening van het vonnis de woning te ontruimen. Tevens is de gedaagde veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak is gedaan op 1 september 2021, waarbij de kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde op correcte wijze was opgeroepen voor de zitting, maar niet is verschenen, waardoor verstek is verleend. De kantonrechter heeft ook opgemerkt dat een eisvermeerdering door Havensteder niet in behandeling kon worden genomen, omdat dit niet tijdig was kenbaar gemaakt aan de gedaagde.