Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verloop van de procedure
- het exploot van dagvaarding van 17 juni 2020, met producties;
- de incidentele conclusie tot oproeping in vrijwaring, met producties;
- de conclusie van antwoord in het incident;
- het vonnis in het incident;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek, met producties;
- de conclusie van dupliek, met producties;
- de akte uitlaten producties.
2..De vaststaande feiten
had de shift na [naam 5] en hij zou dus met een nieuwe bulldozer gaan werken. (…) mij is gevraagd (…) om fijn materiaal neer te leggen op de plek waar de oude bulldozer had gestaan. (..) Toen ik de eerste hap wilde neerleggen, ging het mis.”
3..De vordering en de grondslag daarvan
4..Het verweer
5..De beoordeling
20, is een datum gelegen na het schrijven van de brief en betreft derhalve een evidente verschrijving. Het punt dat EMR ter zake kennelijk wil maken, als zou het gaan om (nieuw) niet ongevalsgerelateerd letsel omdat dit pas bij een MRI in november 2020 zou zijn geconstateerd, mist feitelijke grondslag en is overigens ook misplaatst.