In deze zaak vorderen eisers, [naam eiser 1] en [naam eiser 2], een schadevergoeding van gedaagde, [naam gedaagde], die als (middellijk) bestuurder van het failliete Ra Isolatie & Montage Bedrijf B.V. wordt aangesproken voor onrechtmatig handelen. De rechtbank Rotterdam heeft op 29 september 2021 uitspraak gedaan in deze civiele zaak, waarin de eisers stellen dat gedaagde hen heeft bewogen tot betaling van bedragen die niet zijn doorgeleid naar de leveranciers van de bouwmaterialen. De rechtbank oordeelt dat gedaagde door een valse voorstelling van zaken te geven, onrechtmatig heeft gehandeld. De rechtbank wijst de vordering tot schadevergoeding van € 96.651,64 af, omdat eisers niet voldoende hebben aangetoond dat gedaagde persoonlijk ernstig verwijtbaar heeft gehandeld. Echter, de vordering tot betaling van € 32.676,23 voor niet doorgeleide aanbetalingen wordt toegewezen, evenals een bedrag van € 1.101,76 voor buitengerechtelijke kosten. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van bestuurders in faillissementssituaties en de noodzaak voor transparantie in financiële transacties.