Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 jaar met aftrek van voorarrest, alsmede terbeschikkingstelling van de verdachte met bevel tot dwangverpleging;
- tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10/244450-18.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feit
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf en maatregel
pogingtot moord, zijn de feitelijke gevolgen hiervan qua ernst vergelijkbaar met de gevolgen van een voltooid levensdelict. De moeder van [naam slachtoffer] heeft in haar slachtofferverklaring treffend naar voren gebracht welke impact het handelen van de verdachte op het leven van haar familie heeft en hoe zij hier dagelijks op pijnlijke wijze mee worden geconfronteerd.
8..Vorderingen benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregelen
9..Vordering tenuitvoerlegging
10.. Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.. Bijlagen
12..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 10 (tien) jaar;
ter beschikking wordt gesteld;
van overheidswege wordt verpleegd;
€ 864.011,99 (zegge: achthonderdvierenzestigduizend en elf euro en negenenn egentig cent), bestaande uit € 514.011,99 aan materiële schade en € 350.000,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 10 oktober 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam slachtoffer] te betalen
€ 864.011,99 (zegge: achthonderdvierenzestigduizend en elf euro en negenennegentig cent)vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 oktober 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening;
€ 864.011,99niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
265 dagen;
€ 44.842,16 (zegge: vierenveertigduizend achthonderdtweeënveertig euro en zestien cent),bestaande uit € 4.842,16 aan materiële schade en € 40.000,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 10 oktober 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam benadeelde 1] te betalen
€ 44.842,16 (zegge: vierenveertigduizend achthonderdtweeënveertig euro en zestien cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 oktober 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening;
€ 44.842,16niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
40 dagen;
van € 17.500,- (zegge: zeventienduizend en vijfhonderd euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 10 oktober 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam benadeelde 2] (vader) te betalen
€ 17.500,- (zegge: zeventienduizend en vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 oktober 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening;
€ 17.500,-niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
20 dagen;
€ 40.000,- (zegge: veertigduizend euro),bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 10 oktober 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam benadeelde 3] (broer) te betalen
€ 40.000,- (zegge: veertigduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 oktober 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening;
€ 40.000,-niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
40 dagen;
tenuitvoerleggingvan het voorwaardelijk gedeelte, groot
6 (zes) maanden, van de bij vonnis van 19 augustus 2019 van de meervoudige kamer van deze rechtbank aan de veroordeelde opgelegde gevangenisstraf;