4.4.Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de in de zaak met parketnummer 10/093717-20 onder 1 subsidiair, onder 2 subsidiair, 3 en 4 ten laste gelegde feiten en het in de zaak met parketnummer 10/047294-20 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
In de zaak met parketnummer 10/093717-20:
1. subsidiair):
hij op 5 april 2020 in Nederland, een ambtenaar, [naam agent 1], hoofdagent van politie Eenheid Rotterdam, gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening heeft mishandeld door met een personenauto merk BMW, vanuit stilstand, met hoge snelheid weg te rijden, terwijl die [naam agent 1] zich in de directe nabijheid van die personenauto bevond, waardoor die personenauto (hard) de linker arm van die [naam agent 1] heeft geraakt .
2 ( subsidiair):
hij op 5 april 2020 in Nederland, een ambtenaar, [naam agent 2], brigadier van politie Eenheid Rotterdam, gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening heeft mishandeld door met een personenauto merk BMW, vanuit stilstand, met hoge snelheid weg te rijden, terwijl die [naam agent 2] zich in de directe nabijheid van die personenauto, bevond, waardoor het portier van die personenauto (hard) de rechter arm van die [naam agent 2] heeft geraakt.
3.
hij op 5 april 2020 in Nederland, als bestuurder van een voertuig, een personenauto merk BMW, dit voertuig heeft bestuurd, terwijl hij verkeerde onder zodanige invloed van cannabis (tetrahydrocannabinol), waarvan hij wist of redelijkerwijs moest weten, dat het gebruik daarvan - al dan niet in combinatie met het gebruik van een andere stof - de rijvaardigheid kon verminderen, dat hij niet tot behoorlijk besturen in staat moest worden geacht.
4.
hij op of omstreeks 5 april 2020 in Nederland, als bestuurder van een voertuig personenauto merk BMW, daarmee rijdende op de weg, de Rijksweg A15,
- op de Rijksweg A15 rechts, met een snelheid van 157 kilometer per uur heeft gereden, en
- op de Rijksweg A15 rechts, met een snelheid van 170 kilometer per uur heeft gereden, en
- een puntstuk heeft gebruikt en
- een voor hem rijdende personenauto, niet links, maar rechts heeft ingehaald met een (geschatte) snelheid van 150 kilometer per uur, door welke gedragingen van verdachte gevaar op die weg werd veroorzaakt.
In de zaak met parketnummer 10/047294-20:
hij omstreeks 13 oktober 2019 te Rhoon, gemeente Albrandswaard, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om een goed van zijn gading, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [naam complex], weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen door middel van braak een raam heeft verbroken en heeft geforceerd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet ook daarvan worden vrijgesproken.