Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..De procedure
- verzoeker;
- [naam persoon], werkzaam bij de Kredietbank Rotterdam (hierna: schuldhulpverlening),
2..Het verzoek
12 januari 2021 een schuldregeling aangeboden aan zijn schuldeisers. De schuldenlast ten tijde van deze brief was hoger dan in het verzoekschrift, namelijk € 52.384,49. De schuldregeling die bij brief van 12 januari 2021 werd aangeboden hield een betaling in van 5,34% aan de preferente schuldeisers en 2,67% aan de concurrente schuldeisers tegen finale kwijting. Nu de schuldenlast lager is geworden, kan verzoeker een hoger percentage aanbieden. In het verzoekschrift staat dat verzoeker thans in staat is om 6,21% aan zijn preferente en 3,12% aan zijn concurrente schuldeisers aan te bieden.
3..Het verweer
4..De beoordeling
5..De beslissing
mr. N.A. Masrom, griffier, in het openbaar uitgesproken op 6 september 2021. [1]